Minder braken bij buikgriep door ondansetron in de eerste lijn

Kinderen met buikgriep braken minder als ze ondansetron bij de standaardbehandeling krijgen, maar het aantal ziekenhuisverwijzingen bleef onverminderd hoog. Dat blijkt uit een gerandomiseerde studie die onlangs in The British Journal of General Practice verscheen.

Voor hun studie includeerden arts-onderzoeker Anouk Weghorst en collega’s (UMCG) 194 kinderen van zes maanden tot zes jaar die zich met acute buikgriep op een van de drie deelnemende huisartsenposten hadden gemeld. De kinderen waren geselecteerd op een hoog dehydratierisico. Na randomisatie (1:1) kregen ze de standaardbehandeling – informatie en ORS – met of zonder één dosis ondansetronsiroop (0,1 mg per kg lichaamsgewicht; dosering op basis van het kinderformularium). Uit de intention to treat-analyse met gegevens van 175 kinderen bleek dat ondansetron het braken binnen vier uur na randomisatie reduceerde van 43 naar 20 procent; number needed to treat was vier. Het aantal bijwerkingen, zoals hoofdpijn, en ernstige bijwerkingen, zoals convulsies, lag niet hoger in de interventie- dan in de controlegroep; gebaseerd op 96 inclusies, want de studie werd gehinderd door ontbrekende data.

Zorgkosten

Het aantal ziekenhuisverwijzingen lag met ongeveer 1 op 5 hoger dan gemiddeld. Waarschijnlijk door selectie op basis van hoog dehydratierisico. Tussen de interventie- en controlegroep vonden de onderzoekers slechts een minimaal en niet-significant verschil ziekenhuisverwijzingen. Desondanks vielen de totale zorgkosten lager uit in de interventiegroep. Als verklaring voor het minimale verschil in ziekenhuisverwijzingen noemen de onderzoekers het falen van ORS – in beide groepen was de inname laag – en andere verwijsredenen dan dehydratie die mogelijk een rol hebben gespeeld, zoals bezorgdheid van de ouders.