KNOV wil heroverweging advies integrale geboortezorg

De beroepsorganisatie van en voor verloskundigen KNOV keert zich tegen de plannen voor integrale bekostiging van geboortezorg, zoals verwoord in een recent advies van de Nederlandse Zorgautoriteit. De KNOV voorziet ‘ongewenste effecten’ en doet een dringende oproep het advies aan te passen.

De NZA publiceerde haar ‘Advies toekomst bekostiging integrale geboortezorg’ afgelopen september. Per 2028 zou de geboortezorg op die manier wordt bekostigd, terwijl in aanloop daarnaartoe ook een aantal experimenten zou kunnen plaatsvinden. Ook toen liet de KNOV weten dat niet te zien zitten. Recentelijk heeft de organisatie een brief aan minister Tamara van Ark (VVD) van Medische Zaken gestuurd, waarin ze de bezwaren nader toelicht.

De KNOV stelt, onder meer, dat er ruimte moet zijn voor ‘de juiste zorg op de juiste plek’ en er een inzet op preventie moet komen, in plaats van verdergaande medicalisering. Dat is in het advies niet het geval, vindt de organisatie. ‘Wij zien in uw advies het gevaar dat ziekenhuizen de regie naar zich toe zullen trekken en de geboortezorg op een dusdanige wijze gaan organiseren die niet in het belang is van goede geboortezorg. Dit zou de samenwerking in de keten zelfs doen verslechteren.’

Tergooi

Directe aanleiding is de vorming van een Integrale Geboorte Organisatie (IGO) door ziekenhuis Tergooi per 1 januari 2021. ‘Wij zien de door ons aangehaalde risico’s nu in de praktijk realiteit worden. Met één eerstelijnsverloskundige praktijk heeft Tergooi deze samenwerking in de vorm van een IGO opgezet. De andere verloskundige praktijken doen niet mee. Omdat ook de kraamzorg niet meedoet aan de IGO, levert de kraamzorg niet meer de partusassistentie bij eerstelijns poliklinische bevallingen. Hierdoor verplaatst geboortezorg zich in rap tempo naar de tweede lijn met kostenstijgingen evenals verslechterde samenwerking tussen de ketenpartners tot gevolg. Dit lijkt ons een duidelijk onbedoeld maar ook ongewenst effect van uw advies. Bovendien vermindert de kwaliteit van zorg doordat het een extra overdrachtmoment voor de zwangere creëert. Niet tijdens de bevalling van verloskundige naar kraamverzorgende, maar van de verloskundige via een verpleegkundige van het ziekenhuis naar kraamverzorgende. (...).’

De KNOV vreest dat meerdere ziekenhuizen het voorbeeld van Tergooi zullen volgen. De minister zou voornemens zijn het experiment integrale bekostiging op te nemen in de reguliere bekostiging.

Niet iedere zwangere heeft dezelfde zorg nodig, benadrukt Charlotte de Schepper, directeur van de KNOV in een verklaring. ‘Verloskundigen willen kunnen samenwerken met bijvoorbeeld een diëtist, fysiotherapeut of psycholoog als dat nodig is. De integrale financiering richt zich slechts op de verloskundige met de kraamzorg en de gynaecoloog. Het model is anno 2021 niet meer passend.’

• Brief KNOV aan VWS

• Bijlage brief