Inspectie: ‘Verbeterpunten bij dwang in de zorg’

De implementatie en uitvoering van de Wet zorg en dwang (Wzd) blijven haperen. Dat stelt de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd in haar rapport ‘Dwang in de zorg – van wet naar mindset’.

De Wzd beschermt samen met de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) de rechtspositie van mensen die onvrijwillige zorg krijgen. Bij de Wvggz verloopt het soepeler, maar ook daar ziet de inspectie ruimte voor verbetering.

Drie belangrijke problemen zitten volgens de inspectie de juiste uitvoering van beide wetten in de weg. Ten eerste is er een tekort aan deskundige zorgverleners, terwijl persoonsgerichte zorg een belangrijke rol speelt bij het voorkomen van gedwongen zorg. Ten tweede zijn er problemen rondom het registreren van gegevens, waardoor het lastig is het proces te analyseren en hiervan te leren. En als laatste zou het interne toezicht nog niet goed geregeld zijn.

Het uitgangspunt bij beide wetten is als volgt: géén gedwongen zorg, behalve als het niet anders kan. In dat geval moeten zorgverleners kiezen voor de minst ingrijpende vorm van zorg. Naast problemen ziet de inspectie ook positieve ontwikkelingen. Zo heeft de invoering van de Wzd ervoor gezorgd dat zorgverleners zich bewuster zijn van onvrijwillige zorg. En de Wvggz heeft de regie van de cliënt verbeterd.