Laatste nieuws
opinie

Geaccrediteerde nascholing is punten niet altijd waard

Dubieuze cursussen worden soms toch goedgekeurd

7 reacties
Getty Images

Bij het beoordelen van de kwaliteit van nascholingscursussen lijkt de medische wetenschap uit beeld te raken, waarschuwt de Vereniging tegen de Kwakzalverij. Er worden te vaak accreditatiepunten uitgedeeld aan vage cursussen die ver afstaan van evidencebased medicine.

Goede nascholing bestaat uit het overdragen van kennis en vaardigheden met een wetenschappelijke basis. Kennis die berust op gedegen onderzoek dat is getoetst en gepubliceerd in een vaktijdschrift. Kennis en vaardigheden die niet stoelen op toetsbare hypo­thesen en die niet door de beroepsgroep zijn getoetst op effectiviteit vallen niet onder goede nascholing. Cursussen hierover mogen geen accreditatie­punten krijgen.

Accreditatie

Wetenschappelijke verenigingen en beroepsverenigingen zijn verantwoordelijk voor de accreditatiebeoordeling van de nascholing, zij delen de punten uit. De KNMG houdt de accreditatiepunten voor BIG-geregistreerde artsen bij met de internetapplicatie GAIA, wat staat voor Gemeenschappelijke Accreditatie Internet Applicatie. Een cursusaan­bieder kan zijn cursus via GAIA laten beoordelen en accrediteren door de verantwoordelijke (wetenschappelijke) vereniging. KNMG heeft ook andere organisaties, zoals Leerpunt KOEL, dat zich richt op de eerstelijnszorg en ABAN (Accreditatie Bureau Algemene Nascholing), gemachtigd om accreditatieaanvragen te beoordelen.

‘Een nascholing wordt alleen geaccrediteerd als de inhoudelijke, didactische en organisatorische kwaliteit voldoende tot (zeer) goed is’, was de formulering van artsenfederatie KNMG in 2014 in een notitie aan de Tweede Kamer. Artsen moeten over een periode van vijf jaar nascholingscursussen volgen met in totaal tweehonderd accreditatiepunten.

Het aantal accreditatiepunten is gelijk aan het aantal klokuren onderwijs. Accreditatie kan alleen worden toegekend als alle onderdelen van de scholing van voldoende tot goede kwaliteit zijn. Volgens de algemene beoordelingsregels is het niet mogelijk om alleen de goede onderdelen te accrediteren. Zijn er ook slechtere onderdelen in een nascholings­cursus, dan kan in het geheel géén accreditatie worden toegekend.

Discutabele goedkeuringen

Accreditering heeft in het verleden tot discutabele, wenkbrauwfronsende goedkeuringen geleid. We noemen er enkele, zonder de pretentie te hebben compleet te zijn. Een jaar geleden kende Leerpunt KOEL veertien tot zestien accreditatiepunten toe aan een driedaagse PRI-introductie­cursus, voor huisartsen en POH’s-ggz. PRI staat voor ‘past reality integration’. Het zou een burn-out buiten de deur houden. PRI is nergens onderbouwd en is een hersenspinsel van psycholoog Ingeborg Bosch. PRI behoort niet tot het behandelarsenaal van de huisarts. De accreditering werd ingetrokken na een klacht van de Vereniging tegen de Kwakzalverij (VtdK).

Eind vorig jaar werd een introductiecursus MatriXmethode door maar liefst vier instanties geaccrediteerd: de Stichting Kwaliteitsregister Jeugd SKJ (‘hét beroepsregister voor jeugdprofessionals’), de Landelijke Vereniging van Praktijkondersteuners GGZ (LV POH-GGZ) en het Kwaliteits­register Verpleegkundigen en Verzorgenden (V&VN) deelden dertig accreditatiepunten uit. De KNMG honoreerde de cursus met vijfentwintig punten. Dit is meer dan de helft van wat een arts gemiddeld per jaar moet binnen­halen.

De MatriXmethode is een uitvinding van Ingrid Stoop uit 1991. Psychische en lichamelijke klachten zouden ermee kunnen worden aangepakt. In het universitaire curriculum is geen ruimte ingeruimd voor deze niet-wetenschappelijk getoetste methode. De zoekmachine van PubMed vindt er geen wetenschappelijke publicatie over.

Mindful lunchen

Een cursus van de Academy of Integrative Medicine (AIM) is van hetzelfde laken een pak. AIM geeft opleidingen in allerlei alternatieve, onbewezen behandelingen als mindfulness, meditatie et cetera. KNMG Cluster 1 (ABC1) accrediteerde al een aantal malen een nascholing integrative medicine voor artsen over de waarde van het zelfhelend vermogen met vijf punten. De cursus waarvoor nu accreditatie is toegekend, bestaat uit mindfulnesstraining, voordrachten over muziek als medicijn en salutogenese, mindful lunchen, meditatief wandelen in de natuur en andere activiteiten. Geen cursussen die de beroepskennis en -vaardig­heden van artsen ten goede komen.

Diezelfde AIM organiseerde recentelijk een nascholingscursus introductie in de homeopathische geneeskunde: theorie, praktijk & wetenschap. Er zijn accreditatiepunten voor aangevraagd.

Eenentwintig punten voor een week leefstijl­geneeskunde aan de Côte d’Azur

ABAN van de KNMG honoreerde een regelmatig georganiseerde cursus van de Amsterdam School of Integrative Medicine & Health met eenentwintig punten, een cursus van een week die meer gericht is op wellness – met onder andere wandelen, yoga en ‘gezonde maaltijden’ – dan op medische wetenschap. Deze retraite leefstijlgeneeskunde wordt georganiseerd aan de zonnige Côte d’Azur, in het huis van een van de organiserende artsen. Een verkapte vakantieweek lijkt het. Vanwege corona wordt tijdelijk uitgeweken naar het Utrechtse Kedichem voor lezingen over ‘voeding, beweging, bioritme, mind-body, sociale verbondenheid en zingeving’.

De meeste cursusdocenten geloven in de kPNI-gedachte, wat staat voor klinische psycho-neuro-immunologie (kPNI). Voor deze theorie, die in Nederland wordt gepromoot door een fysiotherapeut, is geen wetenschappelijke onderbouwing.

Bij de cursus ‘heartfullness’ van de Amsterdam School – tot voor kort aan de Côte d’Azur, in september in Lochem – is dit ook het geval. Wandelen, yoga en ‘gezonde maaltijden’ worden afgewisseld met lezingen over vaagheden. ‘Zo zal’ – citeren we – ‘er aandacht worden besteed aan je eigen leefstijl en balans werk-privé. Omdat je vanuit deze ervaring en bewustzijnsgroei krachtiger en met compassie de patiënt mee kunt laten bewegen naar meer vitaliteit, zelfzorg en compassie.’ KNMG honoreert deze cursus met zestien punten, zonder te weten wat de sprekers inhoudelijk gaan vertellen en waar de onderbouwing op gestoeld is.

Wandelen, yoga en ‘gezonde maaltijden’ worden afgewisseld met lezingen over vaagheden

Vraagtekens

De Vereniging tegen de Kwakzalverij heeft de afgelopen jaren verschillende keren vraagtekens gezet bij uitgedeelde accreditatiepunten voor weinig wetenschappelijk/medisch getinte nascholingscursussen. ABAN heeft enkele malen toegekende accreditatiepunten ingetrokken. Hier lijkt verandering in te zijn gekomen. Illustratief is het antwoord van het ABAN-bureau op vragen die de VtdK in januari stelde over de accreditatie van de eerdergenoemde AIM-cursus over zelfhelend vermogen. Een maandje voor de cursus kwam er antwoord van de KNMG/ABAN: ‘De accreditatiecommissie heeft uitvoerig gediscussieerd over uw vragen. De accreditatie kan niet worden ingetrokken voor reeds ingevoerde uitvoeringsdata. Wij geven u de suggestie om door actieve deelname aan dit congres een kritische noot te laten horen. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.’ Een kritische e-mail met vragen over de cursus MatriXmethode van Ingrid Stoop moet ABAN nog beantwoorden.

De Stichting Kwaliteitsregister Jeugd (SKJ), die ook dertig accreditatie­punten toekende aan deze cursus, antwoordde direct en beloofde beterschap.

Wetenschappelijk gehalte

Kwalitatief hoge nascholing van BIG-geregistreerde artsen is essentieel voor een goede gezondheidszorg. Bij het beoordelen van de cursus­kwaliteit lijkt de medische wetenschap uit beeld te raken. Een discussie over de kwaliteit van nascholingen lijkt op zijn plaats. Moet het wetenschappelijk gehalte van een cursus niet beter worden geborgd in de vorm van een verslag/rapport van de accrediteur? Dit zou openbaar moeten zijn. 

Reactie KNMG

‘ABC1 kijkt dit jaar kritisch naar eigen beoordelingscriteria’

Het Accreditatie Bureau Cluster 1 (ABC1) heeft zich tot doel gesteld de kwaliteit van deskundigheidsbevordering voor Cluster-1-artsen (huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde en artsen voor verstandelijk gehandicapten) te borgen. Conform de definitie in onze regelgeving betreft dit ‘het verwerven en onderhouden van kennis en vaardig­heden en professionele attitude in het takenpakket van de Cluster-1-arts die zijn beschreven in het meest recente competentieprofiel van de Cluster-1-arts’.

Het ABC1 heeft geconstateerd dat het landschap van nascholingsorganisaties zich behoorlijk heeft ontwikkeld sinds de verplichtstelling van deskundigheidsbevordering voor herregistratie. In het verlengde hiervan kijkt het bureau dit jaar kritisch naar zijn eigen beoordelingscriteria, of deze op de juiste wijze worden toegepast en of aanscherping noodzakelijk is.

Daarnaast buigt het ABC1 zich over de organisatiestructuur en werkprocessen zoals deze zich gevormd hebben in de loop der jaren en denkt het na over aanpassingen hierin. Op onze website is bijvoorbeeld al langere tijd te lezen dat de regeling voor instellingsaccreditatie wordt herzien en dat nieuwe aanvragen voor instellingsaccreditatie niet in behandeling worden genomen.

Het ABC1 voert het bureau voor het Accreditatie Bureau Algemene Nascholingen (ABAN). Dit is op initiatief van het Accreditatie Overleg (AO) opgericht voor accreditatie van ‘vakoverstijgende’ nascholingen voor alle geneeskundig specialisten. Binnen het AO zijn alle wetenschappelijke verenigingen van deze geneeskundig specialisten vertegenwoordigd.

Het ABC1 voert naast het bureau, ook een klein deel van de beoordelingen zelf uit, maar is geen eigenaar van de regeling. Het artikel zal daarom meegenomen worden in het AO om te bespreken.

auteurs

Broer Scholtens, wetenschapsjournalist en lid Vereniging tegen de Kwakzalverij

Nico Terpstra, huisarts en voorzitter Vereniging tegen de Kwakzalverij

Hans Vemer, gynaecoloog niet-praktiserend en bestuurslid Vereniging tegen de Kwakzalverij

contact

hansvemer@me.com

cc: redactie@medischcontact.nl

Lees ook
KNMG opinie kwakzalverij
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • H. Vemer

    gynaecoloog n.p., bestuurslid Vereniging tegen de Kwakzalverij, Heilig Landstichting

    Graag willen wij reageren op ingezonden brieven op ons artikel "Geaccrediteerde nascholing is punten niet altijd waard" in MC van 13 januari j.l.
    Wij danken Boers en Keuter voor de steun voor en versterking van ons betoog. Bernsen beschrijft het be...lang van goede supervisie en intervisie, terwijl collega Tiessen et al. het belang van communicatie, professionaliteit en leiderschap benadrukken. Genoemde zaken zijn inderdaad belangrijk, maar niet aan te leren met wandelen, yoga, ontspanning en gezond eten. Tiessen et al. citeren bronnen in relatie tot de zin van training in mindfulness: Scheepers et al. beschrijven wel een positief effect op "wellbeing and performance" van de deelnemers, maar stellen ook dat het door "methodological limitations" (nog?) niet moet worden gebruikt voor professionele ontwikkeling, terwijl Villareal et al. alleen aangeven dat de "psychological wellbeing" van de deelnemers wordt ondersteund.
    Samenvattend kan worden geconcludeerd dat onvoldoende kan worden onderbouwd dat nascholing die artsen leert voor zichzelf te zorgen door te wandelen, te lezen, goed te eten, en zich anderszins te ontspannen deze artsen tot betere artsen maakt en dat dit soort nascholing daarom geen accreditatiepunten verdient.
    Hans Vemer
    Broer Scholtens
    Nico Terpstra

    • A.H. Tiessen

      huisarts, Groningen

      Vemer et al. parafraseren selectief zinnen die passen in hun betoog: Scheepers et al. stellen in hun abstract ook nog voor dat gezondheidszorgorganisaties mindfulness modules aanbieden aan bijvoorbeeld artsen met ambities op het vlak van persoonlijke... ontwikkeling. In het artikel van Villarreal et al. staat dat er significante verbetering was in uitkomst scores op het gebied van veerkracht, mindfulness, stress en burn-out. Dat geeft toch een ander beeld.

      In het verslag van de ‘Nationale a(n)ios-enquête 2020’ door De Jonge Specialist is te lezen dat er een enorme vraag is naar ondersteuning in de ontwikkeling van bijvoorbeeld de werk-privébalans, de persoonlijke ontwikkeling en stressreductie. Wandelen, goed eten en ontspannen kunnen een waardevolle invulling zijn van pauzemomenten gedurende een scholing, maar het is logisch dat voor zulke activiteiten op zich geen accreditatie wordt toegekend. Vemer et al. geven geen suggesties hoe communicatie, professionaliteit en leiderschap volgens hen wél getraind zouden kunnen worden onder artsen. Daarom moeten interventies waar tot nu toe het meeste bewijs voor is, zoals mindfulness, het voordeel van de twijfel verdienen. Mits op een goed onderbouwde manier aangeboden, verdienen dergelijke scholingen accreditatie.

      Ans Tiessen, huisarts/opleider, programmacommissie Gezonde Dokter
      Vivian van Vliet, huisarts/groepsbegeleider huisartsopleiding Groningen, programmacommissie Gezonde Dokter
      Margreet Teelken, huisarts, programmacommissie Gezonde Dokter
      Sietske de Haan, mindfulness- en communicatietrainer en coach bij Compassion in Business en Gezonde Dokter

  • J.J. Post uiterweer- van der meulen

    huisarts, Utrecht

    Beste bestuursleden van de Vereniging tegen de Kwakzalverij,

    In MC van 13 jan 2022 trekt u te velde tegen onterechte accreditaties voor softe bijscholingen. Eind vorige jaar stonden de accreditatiebureau’s va de KNMG nog op uw shortlist voor de Mee...ster Kackadorus-prijs. Ik ben bang dat u enigszins in de 20ste eeuw bent blijven hangen. In deze eeuw zijn Spinoza-premies gegeven aan Prof Jozien Bensing voor haar onderzoek over de werking van empathie, en aan Prof Andrea Evers voor haar werk rond placebo-werking. Een ZonMw parel werd uitgereikt aan Machteld Huber voor het creëren van een nieuw concept ‘gezondheid’ als opvolger van de WHO definitie, de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving komt met een boekje over de relativiteit van EBM, net als de hoofdredactie van het NTvG. In het Raamplan 2020 voor de artsopleiding staat te lezen: De arts van morgen houdt rekening met de veerkracht en het vermogen tot eigen regie van de patiënt of patiëntengroep, en stimuleert daarbij aanpassing aan een leven met ziekte of verminderde gezondheid. (…) Het is overigens van groot belang dat de arts heeft geleerd aandacht te besteden aan het eigen welzijn. Om goed voor anderen te kunnen zorgen en duurzaam inzetbaar te blijven, moet je eerst goed voor jezelf kunnen zorgen. Tijd voor een kackadorus-prijs voor de NFU?
    Zorgelijke ontwikkelingen als ik de eerste twee zinnen van uw artikel lees, maar zeer terechte ontwikkelingen als we ons realiseren dat wij als artsen meer zijn dan protocol-uitvoerders en onze patiënten meer zijn dan dragers van een diagnose.
    Gelukkig kijken accreditatiecommissies met eigentijdse blik naar de aangeboden cursussen en bijscholingen, en realiseren zich dat ook deze softere aspecten van ons vak onderdeel uitmaken van de wetenschappelijkheid ervan en aandacht en bijscholing vergen. Dat is geen kwakzalverij! Dat sommige aanbieders komen uit complementaire richtingen, is geen wonder en geen reden om een scholing af te wijzen. Ik heb zelf ervaren hoe goed door het ABC1 (het accreditatiebureau voor HA, AVG en SOG) op inhoud wordt gekeken en beoordeeld en nagevraagd. Ik wil u dringend aanbevelen u te richten op echte kwakzalverij; als uw vereniging dat zou doen, zou ik graag lid worden.

    Casper Post Uiterweer, huisarts, Utrecht

    [Reactie gewijzigd door Post uiterweer- van der meulen op 26-01-2022 13:46]

  • Lidwien Bernsen

    (voormalig) hoofd Huisartsopleiding Nijmegen, Lid Coaches voor Medici

    Dit artikel van de VtgK valt me erg tegen,terwijl ik het vaak wel met hun standpunt eens ben. Zij stellen dat kwalitatief hoge nascholing van BIG geregistreerde artsen essentieel is voor een goede gezondheidszorg. Daar zal een ieder het mee eens zijn..., maar zij stellen daarbij, dat alle nascholing moet bestaan uit overdragen van medische kennis en vaardigheden ( evidence based). Het wetenschappelijk gedeelte moet hoog zijn. Nu zijn er verschillende Canmeds competenties waaraan de arts dient te voldoen; hiervan wil ik naast het medisch handelen noemen: professionaliteit, communicatie en samenwerken: ook in Gaia wordt hierin onderscheid gemaakt.
    Huisartsen ( in opleiding) hebben veel ervaring met intervisie en supervisie en het is heel mooi om te zien, dat specialisten hier ook meer en meer het nut van in zien.
    Het valt toe te juichen, dat er gemengde groepen zijn van specialisten en huisartsen, die naar hun samenwerking en communicatie kijken. Duurzaamheid van onze dokters is een belangrijk aandachtspunt, kijk naar de cijfers van de artsen, die hun vak verlaten (voor of na een burn-out). Deze reflectie op hun rol als arts in het brede werkveld zorgt er mede voor, dat onze artsen gezond blijven en hun vak blijven uitoefenen. Er wordt zeker wel ( wetenschappelijk) onderzoek gedaan naar het effect van supervisie/intervisie op de kwaliteit van zorg, die artsen leveren; er loopt op dit moment een onderzoek (met promovendus) in het Radboudumc.
    Ook naar het effect van mindfulness op de werkzaamheden van professionals zijn allerlei onderzoeken gedaan met een positieve uitkomst.
    Willen we de beweging stimuleren, dat artsen in hun opleiding en ook daarna alle Canmeds competenties meenemen in hun scholing dan dienen we te kijken naar de kwaliteit van de nascholing aan de hand van meerdere criteria.
    Laten we het kind niet met het badwater weggooien.

    [Reactie gewijzigd door redactie op 27-01-2022 09:55]

  • A.H. Tiessen

    huisarts, Groningen

    Alleen kwalitatief goede nascholing, zowel in didactisch opzicht als qua wetenschappelijke onderbouwing, moet accreditatie verkrijgen. Dan moeten accrediteurs wel op de hoogte zijn van de onderbouwing van bijvoorbeeld mindfulness en niet elke scholin...g afwijzen waarmee mindfulnessvaardigheden of persoonlijke ontwikkeling worden getraind. Afgelopen najaar ontvingen wij letterlijk deze tekst als toelichting op een afgewezen accreditatieaanvraag: “Door het Accreditatie Overleg (AO), dat eigenaar is van de regelgeving van het ABAN, is besloten om nascholingen met betrekking tot mindfulness uit te sluiten van accreditatie. Daarnaast bevat het o.a. elementen van training in persoonlijke ontwikkeling, die ook niet voor accreditatie in aanmerking komen.” Hiermee wordt het kind met het badwater weggegooid!

    Allereerst omdat er grote behoefte is aan scholing op gebied van de “zachtere” kanten van het vak. Burn-out komt veel voor en artsen staan extra onder druk door toegenomen regeldruk, minder autonomie, verwachtingen vanuit de maatschappij etc. Veel artsen missen scholing in deze vaardigen in hun opleiding. Dit komt geregeld terug in artikelen in onder andere het Medisch Contact, waaronder het interview met chirurg Lisette te Velde (zelfde nummer als het artikel over de accreditatie, MC 01-02 14 jan. ’22), die zegt: “Ik had beter voor mezelf moeten zorgen,” en nu de keiharde consequenties ondervindt.

    Daarnaast omvatten de CanMeds competenties, die definiëren welke vaardigheden een arts moet hebben, meer dan alleen medische deskundigheid, maar ook bijvoorbeeld communicatie, professionaliteit en leiderschap. Persoonlijke ontwikkeling is onderdeel van competenties professionaliteit en leiderschap. In het document “Raamplan artsenopleiding 2020” staat omschreven dat een arts in staat moet zijn “zelfreflectie en zelfinzicht te tonen”, en “zich continu te blijven ontwikkelen als professional door een levenslang lerende houding” en “het eigen welzijn en het functioneren in de praktijk te bewaken en hierop te reflecteren, teneinde optimale (patiënten)zorg te waarborgen”. Zeer tegenstrijdig daarom dat persoonlijke ontwikkeling per definitie niet voor accreditatie in aanmerking komt.

    Methoden om deze vaardigheden te trainen zijn in het algemeen niet te onderzoeken met een RCT. Een methode waarnaar wel steeds meer wetenschappelijk onderzoek is gedaan en waarvoor intussen veel bewijs is, is mindfulness. Bijvoorbeeld uit een systematic review in 2020 kwam naar voren dat artsen na training in mindfulnessvaardigheden zich beter konden inleven in anderen en beter omgingen met stress.1 Ook zelfbewustzijn en welbevinden verbeterden. Vergelijkbare resultaten werden gevonden bij huisartsen.2 Veel van deze onderzoeken zijn helaas gebaseerd op zelfgerapporteerde uitkomsten en hebben vaak geen controlegroep. Meer goed onderzoek is nodig naar interventies die artsen helpen in het ontwikkelen van communicatie en professionaliteit.

    Tot die tijd zouden interventies waar tot nu toe het meeste bewijs voor is, het voordeel van de twijfel verdienen. Zoals mindfulness om bij te dragen aan communicatieve vaardigheden, burn-out preventie en persoonlijk leiderschap. Mits uiteraard de scholing goed opgezet is: duidelijk omschreven wat en hoe er onderwezen wordt en hoe dit bijdraagt aan het beroepsmatig functioneren van artsen.

    Wij zijn graag bereid tot een meer uitvoerige uitleg.

    Referenties:
    1. Scheepers, R.A., Emke, H., Epstein, R.M., Lombarts K.M.J.M.H. (2020). The impact of mindfulness-based interventions on doctors' well-being and performance: A systematic review. Med Educ Feb;54(2):138-149. doi: 10.1111/medu.14020.
    2. Villarreal M., Hanson P., Clarke A., Khan M., Dale J. (2021). Feasibility, acceptability and effect of the Mindful Practice curriculum in postgraduate training of general practitioners. BMC Med Educ. 21: 327.

    dr. Ans Tiessen, huisarts/opleider, programmacommissie Gezonde Dokter
    Vivian van Vliet, huisarts/groepsbegeleider huisartsopleiding Groningen, programmacommissie Gezonde Dokter
    Margreet Teelken, huisarts, programmacommissie Gezonde Dokter
    Sietske de Haan, mindfulness- en communicatietrainer en coach bij Compassion in Business en Gezonde Dokter
    Bert Tent, huisarts

  • M. Boers

    reumatoloog, hoogleraar klinische epidemiologie, Amersfoort

    Prima artikel , maar wat een muffe reactie van de KNMG, met als kop:
    'ABC1 kijkt dit jaar kritisch naar eigen beoordelingscriteria.'
    Eerst een alinea over de organisatie van de deskundigheidsbevordering, en dat het Accreditatiebureau (ABC1) de kwa...liteit moet borgen.
    Dan dat 'het landschap van nascholingsorganisaties zich behoorlijk heeft ontwikkeld' en dat ABC1 kritisch gaat kijken naar de criteria, en zich gaat buigen over de organisatiestructuur, waarvan gesteld wordt dat het beoordelen van de kwaliteit eigenlijk grotendeels een taak is van het Accreditatiebureau algemene nascholingen (ABAN) dat ABC1 'voert'. Maar dat het artikel wordt 'meegenomen' in het 'Accreditatieoverleg' (AO).
    Bent u er nog? Voor mij is de korte samenvatting van bovenstaande: 'het is best ingewikkeld, maar we hebben de organisatie eigenlijk prima voor elkaar, en zijn daardoor niet aanspreekbaar.' Geen woord over de voorbeelden, of wat men daar op dit moment van vindt. Het lijkt het kabinet Rutte wel!
    KNMG, kom op! Graag een herkansing van de reactie, voorstel:
    'De voorbeelden in het artikel geven aan dat het behoorlijk uit de hand is gelopen met allerlei rare nascholingsactiviteiten, we gaan er binnenkort met een zeef doorheen om het kaf van het koren te scheiden, en het beoordelingsproces aanpassen om toekomstige missers te voorkomen.'

    • E.J.W. Keuter

      neuroloog, Aruba

      Mee eens. Goed om aandacht te vragen voor piraterij. Maar waarom al die moeilijke woordjes? Enig onderzoek van de geldstromen en de te ontvangen informatie zou toch genoeg moeten zijn? Bij twijfel een mistery guest. Juist voor die scholingen die wel ...nodig zijn.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.