E-healthmonitor: digitale zorg verhoogt werkdruk artsen

Steeds meer zorgmedewerkers zien de meerwaarde van e-health in, dat komt deels door ervaringen tijdens de coronapandemie. Wel neemt de ervaren werkdruk onder artsen toe. Dat meldt het RIVM op basis van de E-healthmonitor 2021. Het RIVM peilt in samenwerking met Nivel en National eHealth Living Lab (NeLL) de overgang naar e-health.

In 2021 maakte de ruim de helft van de huisartsen (55%), medisch specialisten (61%) en sociaal geneeskundigen (67%) gebruik van beeldbellen. In 2019, toen de vorige monitor plaatsvond, werd dit nog bijna niet gedaan. De meerderheid van de artsen geeft hierbij aan enkel met een selectieve groep patiënten digitaal contact te hebben. Digitale communicatie wordt met name geschikt geacht voor patiënten onder de zestig die digitaal vaardig zijn.

Slechtnieuwsgesprekken

Bovendien achten artsen beeldbellen niet voor elk type gesprek even geschikt. De meerderheid geeft aan beeldbellen geschikt te vinden voor controleconsulten en het voorschrijven van geneesmiddelen. Iets minder dan de helft zou het gebruiken voor een kennismakingsgesprek. En het overgrote deel van de huisartsen en medisch specialisten is van mening dat slechtnieuwsgesprekken en lichamelijk onderzoek fysiek zouden moeten plaatsvinden.

Steeds meer zorgverleners bieden daarnaast een patiëntportaal waar patiënten online hun eigen medische gegevens kunnen inzien. Artsen zijn positief over het feit dat patiënten zo inzicht kunnen krijgen in hun eigen gezondheid. Als belangrijkste nadeel noemt 56 procent van de huisartsen en medisch specialisten dat het hun eigen werkdruk verhoogt. Ook zijn er zorgen over het risico dat een patiëntportaal vormt voor de privacy van de patiënt. 

‘Voor erbij’

Digitale zorg zou volgens het RIVM een uitkomst kunnen bieden bij oplopende personeelstekorten in de zorg, terwijl de vraag naar zorg vanwege vergrijzing en het stijgende aantal mensen met chronische ziekten verder toeneemt. Maar daarvoor is het wel van belang dat de zorg anders wordt ingericht: nu ervaren de meeste zorgverleners digitale zorg nog als iets ‘voor erbij’.