Laatste nieuws
Nieuws

Datagedreven zorg komt langzaam op gang

2 reacties
Getty
Getty

Big data, machine learning en AI (artificiële intelligentie) maken in de zorg snellere beslissingen, effectievere interventies en behandelingen op maat mogelijk. Gezondheidswetenschapper en filosoof Marthe Stevens onderzocht hoe het staat met die verwachtingen en promoveerde daarop op 4 juni aan de Erasmus Universiteit.

‘Die grootse beloften waren en zijn overtrokken’, zegt Stevens in haar proefschrift Dreaming with data. Datagedreven zorg zal volgens haar niet op korte termijn leiden tot grootschalige veranderingen van ‘kennispraktijken in de zorg’, zoals zij dat noemt. Het is een langzaam proces waarbij samenwerking tussen de betrokken artsen, biomedische wetenschappers en datawetenschappers cruciaal is. ‘Maar in de media en in medische tijdschriften zie je die beloften in wisselende bewoordingen nog steeds terug en blijft kritiek grotendeels beperkt tot enkele terugkerende thema’s, zoals privacy. Terwijl er meer maatschappelijke vragen spelen. Zo weten we bijvoorbeeld niet goed hoe in data-initiatieven verantwoordelijkheden het best kunnen worden georganiseerd.’

 

Niet over één nacht ijs

Stevens ging voor haar onderzoek niet over één nacht ijs; ze deed een literatuurstudie, werkte mee aan een internationale vergelijking tussen acht Europese landen, interviewde 164 personen en combineerde dat met meer dan 250 uur aan observaties en uitgebreide documentenanalyses. Zo liep ze zes maanden lang als een etnograaf mee in een psychiatrisch ziekenhuis (van september 2017 t/m februari 2018) om te zien hoe daar de samenwerking tussen datawetenschappers en psychiaters gestalte kreeg. ‘Ik koos voor psychiatrie, omdat ik daar op historische gronden wat meer weerstand verwachtte tegen “dataficering”; discussies daar zouden uitvergrote versies kunnen zijn van de debatten elders in de geneeskunde. Maar het Europese onderzoek dat ik later deed, liet mij geen grote verschillen zien tussen de diverse vakgebieden.’

 

Kleine stapjes

Stevens zag ‘veel teleurstelling en ook wel frustratie’, zodra uiteenlopende ideeën over methoden en data samenkwamen. ‘Bijvoorbeeld bij het maken van voorspellingsmodellen op basis van machine learning-technieken waarmee je hoopt de kans op bijwerkingen van antipsychotische medicijnen te kunnen voorspellen. Dat bleek geen gemakkelijk proces en leidde ook niet meteen tot een praktisch bruikbaar model. Het kost de diverse professionals namelijk veel tijd om elkaars taal en werkwijze te leren kennen. Ze kunnen daarom steeds maar kleine stapjes zetten, omdat ze telkens oplossingen moeten vinden voor de technische en ethische problemen waar ze tegenaan lopen. Psychiaters en datawetenschappers moesten daarbij ook onderhandelen over allerlei “epistemische” verschillen. Ik bedoel daarmee dat de medici wilden vasthouden aan de drempelwaarden van bepaalde data maar de datawetenschappers niet, of dat ze in debat raakten over het begrip significantie dat ze verschillend invulden.’

 

Terughoudend

Vaak, stelt ze vast, blijkt de kenniscultuur van de gezondheidszorg leidend. Dit betekent dat zorgprofessionals terughoudend zijn om hun ‘kennispraktijken’ abrupt te veranderen en dat ze blijven vasthouden aan de manieren waarop ze gewend zijn kennis te vergaren. Ook zie je volgens Stevens nogal eens dat datagedreven technologieën zoals AI alleen worden gebruikt voor vraagstukken die veilig, want afgrensbaar en beheersbaar zijn of die bekendstaan als zeer onzeker, en waarover dus nog maar weinig informatie of karig bewijs beschikbaar is om beslissingen op te baseren.

Maar samenwerking tussen artsen en datawetenschappers kan uiteindelijk toch heel vruchtbaar zijn, meent Stevens. En mooie resultaten opleveren. ‘Ik liep mee op de afdeling van een groot Nederlands ziekenhuis dat datawetenschappers had aangesteld om met de beschikbare data een overzicht te krijgen van de medicijncombinaties die het vaakst werden voorgeschreven bij een bepaald ziektebeeld. Bovenaan bleek een combinatie te staan die helemaal niet bewezen effectief was. Daar heb je wat aan als dokter.’

lees ook
Nieuws Wetenschap
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Henk van der Pol

    psychiater, Heerenveen

    'Datagedreven'...., zullen we het gebruik van dit lelijke anglicisme maar meteen verbieden?
    En verder, een gewone gedreven dokter die zijn eigen oren en ogen open heeft, heeft toch helemaal geen 'datawetenschapper' nodig?

  • Nico Terpstra

    praktijkhoudend huisarts, Hoorn

    Wat een fijn artikel. Digitale ontwikkelingen ten dienste van de zorg zijn welkom, maar wat we nu zien is een griezelige combinatie van harde, op kapitalistische leest geschoeide, bedrijfsmatige data-roof door bv Quin-dokters, en daarnaast de als kra...nkjorum ervaren druk die zorgverzekeraars als bv CZ (maar in feite alle verzekerings-molochs) op huisartsen uitoefenen: "Spring door ons digitale hoepeltje of we gaan je korten." Deze mensen hebben nul komma nul verstand van zorg, maar uitsluitend van de rekenmachine. Mijn vermoeden: als het aan de verzekeraars ligt, wordt eerstelijnszorg ingeruild voor een app en een callcentrum met goedkope basisartsen. Dystopisch? Zo is nu al ongeveer het werkmodel van Quin

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.