Laatste nieuws
Tjerk de Ruiter
5 minuten leestijd
revalidatiezorg

Zbc’s in de revalidatiezorg hunkeren naar erkenning

Samenwerken met focusklinieken is noodzakelijk om zorgvraag aan te kunnen

7 reacties
Getty Images
Getty Images

De revalidatiezorg staat voor een toestroom van patiënten. Als er niet wordt samengewerkt met zelfstandige behandelcentra op dit gebied loopt het water over de dijken.

Door de vergrijzing van de bevolking, de snel toenemende comorbiditeit en complexiteit stijgen de zorgkosten snel. Intussen is de zorgpraktijk in veel gevallen niet erg efficiënt geregeld, terwijl er wel oplossingen voor klaarliggen.

De gevleugelde begrippen marktwerking en zorgsubstitutie blijken papieren tijgers, onmogelijk gemaakt door contraproductieve regel­geving, hokjesdenken en gebrek aan onderling vertrouwen op meerdere niveaus. Dit artikel focust op gemiste kansen in de revalidatiegeneeskunde en vooral op het belang van zelfstandige behandelcentra.

Zelfstandige behandelcentra

Meer dan 90 procent van de medisch-specialistische revalidatiezorg in Nederland is gecontracteerde zorg, die overwegend wordt geleverd door ziekenhuizen en traditionele revalidatiecentra waarvan er 32 zijn aan­gesloten bij brancheorganisatie Revalidatie Nederland. Zo’n veertig (ongecontracteerde) zelfstandige behandelcentra (zbc’s) zijn bij de politiek, zorgverzekeraars, beroepsverenigingen en de meeste revalidatie­artsen onbekend en – zonder goede reden – onbemind. Samen leveren zij revalidatiezorg aan ongeveer 11 procent van de revalidatiepatiënten.1

Vrijwel elk zbc in de revalidatiezorg is een focuskliniek waar patiënten poliklinisch worden behandeld. Ze zijn vaak gericht op chronische pijnklachten met twee tot tien doorgaans als zzp’er, parttime werkende revalidatieartsen.

Het voordeel van een focuskliniek is dat het kennis- en serviceniveau op een klein specifiek gebied erg hoog is, en dat de zorg zeer efficiënt en flexibel is. Die efficiëntie is essentieel omdat vaak maximaal 120 dagen behandeld mag worden, tegen een tarief dat meestal slechts 65 tot 75 procent van het tarief van reguliere revalidatie is. Inkomen is er alléén als er productie wordt gedraaid, en productie is er alléén als de kliniek met kop en schouder boven het maaiveld uitsteekt. Een zbc kan alleen opvallen door bovengemiddeld goede zorg en een zeer hoge patiënttevredenheid. De enige revalidatiekliniek in de tevredenheidstop tien van Zorgkaart­Nederland van 2020 is een zbc.

Efficiëntere bedrijfsvoering

Bij veel traditionele zorgorganisaties heeft een revalidatiearts ongeveer 33 procent van de tijd patiëntcontacturen, met uitschieters naar 20 procent; 67 tot 80 procent van de tijd wordt dus besteed aan administratie en voorwaardenscheppende werkzaamheden. Met zo’n tijdsindeling kan een zbc-schoorsteen niet roken. Een zbc organiseert de bedrijfsvoering efficiënter en meer gestructureerd, waardoor een indeling van 80 procent patiëntencontact en 20 procent administratie- en beleidstijd mogelijk is, zonder in te boeten op de kwaliteit van de zorg.

Om ervoor te zorgen dat revalidatietrajecten worden goedgekeurd door medisch adviseurs van zorgverzekeraars moet de administratie van een zbc van hogere kwaliteit zijn dan die van een traditioneel instituut. Door de machtigingspolitiek van de zorgverzekeraars is het aantal zbc’s de afgelopen jaren flink gedaald, terwijl ze hun zorg juist steeds kostenefficiënter leveren.Jaren geleden werd overigens ook al becijferd dat zorgvuldig ingezette revalidatie de maatschappij een veelvoud aan rendement oplevert. Dat rendement kan dus ook met minder kosten bij beter gebruik van het netwerk.

Er speelt nog veel onterechte argwaan en concurrentie­angst

Tijdens de eerste coronalockdown sloten diverse reguliere poliklinieken hun deuren voor niet-acute revalidatie. Vanaf de eerste dag hadden de zbc’s hun teleconsultatie echter op orde en zijn de trajecten gewoon doorgegaan, vrijwel zonder verlies van patiënttevredenheid. Eind januari 2021 kreeg zo’n zbc een intake van een patiënt die in maart 2020 al geïncludeerd was voor een traject in een reguliere revalidatie-instelling. ‘Vanwege de coronamaatregelen’ werd daar niemand meer opgeroepen voor behandeling. Na vier maanden was de behandeling naar tevredenheid afgerond. Bij de meeste zbc’s is de wachttijd voor een intake plus de behandeling maximaal een paar weken, veel reguliere centra overschrijden structureel de zes maanden tot soms meer dan een jaar. Een jaar waarin betrokkenen vaak ook niet kunnen werken. Over macro-economische maatschappelijke kosten gesproken.

De optie van wederzijdse afspraken maken met andere zorgaanbieders, zoals zbc’s, zien we helaas in de dagelijkse praktijk maar heel weinig terug. Maar daar waar we het wel zien, is die samenwerking meestal warm en succesvol.

Lijnen verdwijnen

De Federatie Medisch Specialisten schetst de toekomst van de geneeskunst van 2025 als volgt: ‘Veel handelingen die vroeger binnen de muren van het ziekenhuis plaatsvonden, vinden nu op andere plekken plaats. “De lijnen gaan verdwijnen.” De medisch specialist werkt zelf ook in een netwerk.’ 2

De FMS heeft dus behoefte aan een continuüm van de nulde lijn (de patiënt zelf) naar de derdelijnszorg (academische centra). Voor hokjes­denkers is hierbij geen plaats.

Het grootste problemen bij substitutie van generalistische revalidatiezorg naar de eerste lijn is de daar (nog) beperkte expertise, de capaciteit, de beperkte multidisciplinaire samenwerkingsmogelijkheden en de financieringsstructuur. En daarmee is deze zorg in eerste en anderhalve lijn gedoemd te mislukken.

Zbc’s kunnen vanuit hun vooruitgeschoven positie, gedrevenheid, kennis, efficiëntie, ingebakken interdisciplinaire werkwijze en flexibiliteit vaak makkelijker en inventiever aansluiten met tweedelijnsproducten tegen een eerstelijnsprijs.

Toestroom patiënten

De revalidatiegeneeskunde kan zich opmaken voor een enorme toestroom van patiënten. De huidige pandemie met toenemende inactiviteit, verkeerde dieetgewoontes, chronische stress en de postcovidzorg gaat zorgen voor veel patiënten met chronische pijn- en uitputtingssyndromen. Daarbovenop komt nog de vergrijzing en de comorbiditeit.

De manier waarop de (revalidatie)zorg nu is geregeld, is niet houdbaar. Verzekeraars en overheden stoppen een keer met het subsidiëren van inefficiënt werkende organisaties, zeker als blijkt dat betere zorg voor veel minder geld kan worden geleverd met minstens zoveel werkplezier en meer tevreden patiënten.

Kenmerkend voor de bedrijfsvoering van zbc’s zijn efficiëntie, klantgerichtheid, flexibiliteit en het deelnemen aan het netwerk. Dat laatste is volgens de FMS een essentieel onderdeel van de toekomst. Voor zbc’s is het al een essentieel onderdeel van het heden.

Zbc’s in de revalidatie hebben zich nauwelijks georganiseerd, maken slechts sporadisch samen een vuist en bepalen de inhoud nog onvoldoende samen. Daardoor hebben ze geen passende stem binnen de beroeps­vereniging (waarbinnen ook nog veel onterechte argwaan en concurrentieangst speelt) en hebben ze onvoldoende hun plaats in het zorglandschap kunnen tonen. Een enkel zbc organiseert zich daarom inmiddels in een netwerk met een hoge landelijke dekkingsgraad.

Durven reguliere revalidatiecentra over de muren van hun instituut te kijken en samen te gaan werken met zbc’s om daarna samen te concluderen dat de zorg daardoor klantvriendelijker, flexibeler, kwalitatief beter, toegankelijker, goedkoper en toekomstbestendig wordt?

Zijn verzekeraars en overheden bij machte om steeds terugkerende dwalingen zoals het schrappen van de vrije artsenkeuze en de volstrekte willekeur in contractering los te laten? Zouden ze met verstand en logica de regie kunnen pakken op een andere dan de kaasschaafmethode, daarmee echt werk maken van zorgsubstitutie en zuinige en zinnige revalidatiezorg door deze makkelijk en dichtbij te organiseren waar het kan, verregaand klinisch-specialistisch en verder weg waar het moet? 

auteurs

Tjerk de Ruiter, (zelfstandig) revalidatiearts, Medinello revalidatie

Josemiek Pesch, revalidatiearts, medisch directeur Medinello revalidatie

contact

tjerk.deruiter@medinello.nl

cc: redactie@medischcontact.nl

voetnoten

1. Brancherapport Revalidatie Nederland, 2018.

2. Visiedocument Medisch Specialist 2025.

Lees ook

long covid
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • A.J.W. ter Mors

    Psychiater o.a. Werkzaam in de revalidatie, Helmond

    Ik vind het zeer bijzonder dat dit artikel in deze vorm geplaatst is in MC. Het betreft in feite een reclame boodschap voor Zbc’s.
    Geen ander geluid vanuit de reguliere revalidatie. Geen kritische kanttekeningen bij de claims voor superioriteit van... Zbc’s revalidatie.
    Deze vorm van journalistiek is niet veel anders dan het toelaten van een advertentie van een bedrijf met winstoogmerk zonder erbij te vermelden dat het om een advertentie gaat.

  • W.D.C. Gaykema

    Revalidatiearts, Enschede

    Goede samenwerking tussen regulier revalidatiecentrum en ZBC: het kan wel.

    Het klopt dat er al enkele jaren reuring is in de revalidatiesector sinds de opkomst van de ZBC's binnen de pijnrevalidatie. Een belangrijke reden daarvan is de forse groei v...an de revalidatie-ZBC's die, ongehinderd door enige budgetafspraken, als paddenstoelen uit de grond schoten en een steeds groter deel van het revalidatie macrobudget gingen uitmaken. Mede hierdoor ligt de sector nu onder het vergrootglas van de zorgverzekeraar. Anderzijds brachten ze wel belangrijke manco's aan het licht binnen de 'reguliere' revalidatiecentra: te stroperige processen, te lange wachtlijsten. De voordelen van revalidatiezorg zoals deze binnen ZBC-setting geleverd kan worden zijn dus echt wel gezien.

    Om deze reden heeft ons revalidatiecentrum enkele jaren geleden samen met een ZBC-organisatie een eigen ZBC opgezet. Het overgrote deel van de daar werkzaam zijnde therapeuten en revalidatieartsen zijn binnen ons centrum opgeleid en wetenschappelijk onderzoek wordt gezamenlijk uitgevoerd. Bij patiënten met chronische pijn wordt na verwijzing de complexiteit bepaald, waarna de minder complexe groep binnen het ZBC wordt behandeld. Hierdoor blijft de capaciteit van het centrum behouden voor behandeling van de hoogcomplexe groep. Gevolg is dat de wachtlijst voor behandeling voor beide groepen fors is afgenomen en de kwaliteit van behandeling van beide groepen is gewaarborgd.

    Wietse Gaykema en Aernout Oudenaarden

    [Reactie gewijzigd door Gaykema, Wietse op 14-10-2021 16:39]

  • B. Drentje

    revalidatiearts np, Delft

    De revalidatieartsen De Ruiter en Pesch hebben een intrigerend artikel geschreven. Intrigerend vooral is de opmerking: inkomen is er alléén als er productie wordt gedraaid, en productie is er alléén als de kliniek met kop en schouder boven het maaive...ld uitsteekt”. Deze opmerking klinkt logisch maar is strijdig met de opmerking een eind verderop waarin wordt gesteld dat de revalidatiearts in een ZBC wel 80% tijd voor patiëntencontact kan scoren en dus maar(!) 20% administratie- en beleidstijd nodig zou hebben.
    Waar blijft dan de inzet om de hunkering naar erkenning te bevredigen?
    De revalidatieartsen zullen daar zelf in moeten investeren. Zij zullen zelf moeten zorgen voor hun netwerk. Het netwerk dat nodig is om samen te kunnen werken met de huisarts en andere aanbieders in de eerste, tweede en derde lijn in de regio, samen te kunnen werken met collega’s van de eigen beroepsvereniging ten behoeve van beleids- en kwaliteitsontwikkeling, samen te kunnen werken met patiëntenorganisaties, met zorgverzekeraars, samen te kunnen werken in het hoognodige wetenschappelijk onderzoek.
    Die investering kost veel tijd. Ik ben van mening dat bij het voornoemde 80/20-scenario nooit in die tijd geïnvesteerd zal kunnen worden en dat het gewenste “kop en schouder boven het maaiveld”-verhaal nooit kan worden gerealiseerd.
    En als ik dan het artikel van Margot Smits ea lees in hetzelfde nummer over gangbare zorg versus verzekerde zorg vrees ik dat die ZBC’s die teveel op de productie zitten op voortdurende tegenwerking van de zorgverzekeraars kunnen rekenen, hetgeen afbreuk kan doen aan de hele sector.
    Het kan zo anders...

  • N.B.M. Voet

    Revalidatiearts, Wageningen

    Deze handreiking is mooi, maar begint wel met een veeg uit de pan naar de revalidatiecentra, en dat is een slecht begin van een samenwerking. Want als we niet oppassen, worden we door zorgverzekeraars tegen elkaar uitgespeeld en leidt dat tot nog mee...r administratieve lasten, nog minder tijd voor patiënten en onder de streep verdwenen revalidatieplezier.

  • V. Blum

    sportarts n.p., Haarlem

    Het probleem is heel structureel. Inefficiënte zorg wordt door de overheid en zorgverzekeraars tot standaard gemaakt. Om de kosten te drukken wordt er een oerwoud van administratieve regels bijgeleverd. Niemand wordt hier beter van, zeker de patiënt ...niet. Onze portemonnee ook niet.

    Wat er moet gebeuren is een structurele verandering van de zorgverzekering. Laat de patiënt direct meebetalen voor alle medische zorg, naar financiële draagkracht. De zorgverlener gaat eindelijk ook financiële overwegingen zien bij het kiezen voor een behandeling of onderzoek. Schrappen van heel veel administratieve rompslomp wordt dan mogelijk. De zorg wordt goedkoper en veel beter.

    • T.J.W. de Ruiter

      revalidatiearts

      Volgens mij is er geen medewerker in de gezondheidszorg die niet ageert tegen het woud van regels en rompslomp, gebaseerd op wantrouwen. Niemand wordt hier vrolijk van.
      Het zou zoveel schelen als we beleid zouden baseren op basis van vertrouwen, maa...r vertrouwen moet je wel verdienen.

      Ik accepteer in mijn relatie met de zorgverzekeraar dat ik verantwoording moet afdragen, omdat op haar beurt de verzekering dat ook naar mij moet doen. Ik ben immers ook de polisbetaler. Ik eis dat er met mijn polisgeld zorgvuldig wordt omgegaan, dat er geen onzinnige of te dure zorg wordt geleverd. (en van sponsoring van eredivisie voetbalclubs kan ook een groot deel van de hulpmiddelzorg worden gefinancierd)

      Het is niet mijn taak, noch mijn expertise om het zorgsysteem te hervormen, maar onderling verdiend vertrouwen zal de zorg zeker niet schaden.

      • V. Blum

        sportarts n.p., Haarlem

        U accepteert dat u naar de zorgverzekeraar moet verantwoorden wat u doet? Waarom? Waarom niet ervan uitgaan dat je als zorgverlener goede dingen doet voor je patiënt? Ik begrijp de opmerking over de voetbal-eredivisie niet goed. De bedragen die daar... omgaan zijn verwaarloosbaar in vergelijking met de vele miljarden die de gezondheidszorg kost.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.