Laatste nieuws
Wetenschap

Weinig bekend over uitkomsten chirurgische missies

1 reactie

Wie chirurgische missies in ontwikkelingslanden uitvoert, zou de uitkomsten daarvan moeten monitoren en evalueren. Dat gebeurt nog weinig, blijkt uit onderzoek van tropenarts Thom Hendriks.

Thom Hendriks op de foto met Grayson Mtui en brandwond patienten.
Thom Hendriks op de foto met Grayson Mtui en brandwond patienten.

Kortdurende missies waarbij goed opgeleide, ervaren artsen uit welvarende landen reconstructieve ingrepen uitvoeren in een land waar de zorg er minder goed voor staat, vinden al jaren plaats. Thom Hendriks, tropenarts en onderzoeker aan het VUmc, heeft dergelijke missies zien gebeuren op het platteland van Tanzania, waar hij langere tijd werkte in een tertiair verwijscentrum en opleidingsziekenhuis. ‘Plastisch chirurgen vanuit het VUMC voerden – gesteund door Dokters van de Wereld – samen met het lokale team operaties uit bij mensen met ernstige brandwondlittekens. Dat is dankbaar werk, maar we wisten eigenlijk niet zo goed hoe het deze patiënten op de langere termijn verging.’

Dat is niet uniek voor dergelijke missies, blijkt uit een systematische review die Hendriks met anderen uitvoerde. Het onderzoek kwam mede voort uit de stichting Global Surgery Amsterdam, die streeft naar verbeteren van chirurgische zorg in ontwikkelingslanden. Zij publiceerden hierover in BMJ Global Health. Zij zochten naar artikelen over de uitkomsten van kortdurende reconstructief-chirurgische missies. Bij het gros daarvan hadden schisisoperaties plaatsgevonden. Van de 41 artikelen die zij onder de loep namen, rapporteerden negen studies niet over complicaties. Bij twaalf studies werden complicaties wel vermeld, maar was niet duidelijk hoe lang de follow-up was. Bij deze studies vond bij 1,2 procent van de geopereerden een complicatie plaats. Slechts tien studies hadden een follow-up van minimaal een halfjaar, waarbij ongeveer de helft van de patiënten terugkwam voor de follow-up. Bij deze studies was het percentage geregistreerde complicaties veel hoger: 22 procent. Twaalf studies rapporteerden over uitkomsten zoals esthetisch resultaat of spraak.

Hier valt verbetering te halen, zegt Hendriks: ‘Ik vind het logisch dat als je dergelijke missies uitvoert, dat je dan evalueert wat het effect ervan is. Op basis van de studieresultaten lijkt het dat veel projecten de positieve impact van hun werk overschatten, bijvoorbeeld omdat ze door gebrek aan follow-up complicaties missen. Het monitoren en evalueren van de uitkomsten gebeurt te weinig. Wij hebben daarnaast alleen maar gekeken naar de missies die publiceerden, we weten dat er ook organisaties zijn die dat niet doen. De omvang daarvan is onbekend.’ Hoe dat vervolgens het beste kan gebeuren is de volgende vraag, zegt Hendriks: ‘Binnen onze onderzoeksgroep denken we hierover na. Een interessante discussie is of er richtlijnen moeten komen, vanuit de WHO, of de nationale overheden van de landen waar dergelijke missies plaatsvinden, waarin staat aan welke eisen deze projecten zouden moeten voldoen, zoals hoe je patiënten kunt vervolgen en hoe je daarover rapporteert. Daar is het nu te vroeg voor, want we weten nog niet wat de beste manier is.’

Hendriks heeft in het Tanzaniaans ziekenhuis waar hij werkte, het Haydom Lutheran Hospital, in samenwerking met Global Surgery Amsterdam, onderzoek gedaan naar het langer vervolgen van brandwondpatiënten bij wie een complexe reconstructie plaatsvond door Nederlandse plastisch chirurgen in samenwerking met lokale chirurgen. ‘De eerste gegevens werk ik nu in Nederland verder uit, maar in Tanzania gaat het onderzoek verder, met Grayson Mtui, een Tanzaniaanse arts en een Nederlandse arts die de follow-up nu doen. Dat lijkt goed te gaan, meer dan 80 procent van onze patiënten zien we voor nacontrole. We leiden daarmee ook lokale krachten op in het doen van wetenschappelijk onderzoek. Zo krijgen kortdurende missies ook een langetermijneffect.’

Die combinatie van korte- en langetermijndoelen noemt Hendriks een diagonale aanpak, wat hem betreft een goede manier om chirurgische missies duurzamer te krijgen. ‘Veel ngo’s willen dat ook, die zijn zich natuurlijk bewust van de nadelen van kortdurende projecten. Je wilt het liefst het lokale team versterken, zodat hulp van buitenaf minder nodig is, maar hoe doe je dat? Bijvoorbeeld door op te leiden, tijdens dergelijke missies. Maar ook daarvan moet je nagaan wat het oplevert. Bij de review bleek dat veel studies wel rapporteerden over het opleiden tijdens de missies, maar nooit aan de hand van cijfers. Dus ook daar valt nog veel te winnen.’

Global Surgery Amsterdam: https://globalsurgeryamsterdam.com/
BMJ Glob Health, 2019. Doi: 10.1136/bmjgh-2018-001176

Lees ook
Wetenschap
  • Sophie Broersen

    Sophie Broersen was journalist bij Medisch Contact van 2008 tot 2021. Na haar studie geneeskunde en huisartsopleiding ging zij als journalist aan de slag. Bij Medisch Contact schreef zij over geneeskunde en zorg in de volle breedte: van wetenschap tot werkvloer, van arts-patiëntrelatie tot zorg over de grens. Samen met de juristen van de KNMG becommentarieerde zij tuchtzaken. Na haar journalistieke carrière is zij in 2021 weer als arts gaan werken.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Willem Nugteren

    ex-tropenarrts/chirurg, Haren

    Het doen van degelijk onderzoek wordt gedaan naar de resultaten en waarde van kortlopende medische missies door (vaak zelfbenoemde) experts en -teams naar ontwikkelingslanden is zeer te prijzen. Dit draagt bij aan de discussie over nut en noodzaak va...n dergelijke hulp: wat is de opbrengst voor het individu dat medisch tekort kwam en komt. Als tropenarts, als algemeen/lepra-chirurg in een referral hospital en als ‘flying doctor’ in het AMREF-programma binnen Tanzania kreeg ik ruime ervaring met (een mogelijkheid tot) controle op de uitkomsten van het eigen handelen en de nabehandeling door degenen aan wie de patiënten waren toevertrouwd. Als ‘visiting consultant’ krijg je bij navraag tevredenheid, de resultaten waren altijd goed. Van echte feedback, evaluatie of zinnige terugrapportage was geen sprake. Alleen door een strikt gecontroleerde studieopzet worden de toch al eerder ervaren resultaten na de korte bezoeken van specialisten, op de juiste waarden duidelijk (zie artikel Klaas Marck 2010).
    Terecht komen Hendriks c.s tot de conclusie dat er gestreefd moet worden naar “duurzame“ samenwerkingsverbanden om de tot de gewenste resultaten van deze kortdurende missies te komen. Ik heb ervaren dat een programma dat aan de behoeftigen geen vis maar een hengel met instructie hoe vis te vangen biedt, constructiever en effectiever werkt dan dergelijke korte weldoenersmissies. Zo begon het Brandwondencentrum Groningen samen met de stichting Burns Turiani een programma in het Turiani Hospital in Tanzania met als speerpunt zinvolle en effectieve zorg voor patiënten met (ernstige) brandwonden. Het feitelijke doel is kwalitatief goede basale zorg, gericht op infectiepreventie en goede wondverzorging. Hierbij zijn de inzichten en wensen van de verpleging en dokters in het ziekenhuis zelf leidiend. Dat is een langdurig proces. Maar het werkt. Haba na haba, inajaza kibaba (beetje bij beetje wordt de (koren)maat gevuld) is in dit opzicht een zeer toepasselijk gezegde in het Swahili.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.