Verminderde visus na toppoging

Joost vertelt mij dat hij de vorige avond tijdens het lezen heeft gemerkt dat hij minder goed ziet met zijn linkeroog. Ik vraag hem wat hij dan minder ziet. ‘Ik zie niet scherp in het midden. Alles eromheen zie ik wel.’ Dat klinkt niet best. Joost heeft net met Greg een hoogte van 8.000 m, bereikt. 201 m onder de top. Over een paar dagen zullen ze een nieuwe poging wagen. Tijdens mijn voorbereiding heb ik wel iets gelezen over High Altitude Retinal Hemorraghe, maar ik weet er het fijne niet van. Ik sla mijn boeken erop na en laat ook Joost het resultaat lezen. Als gevolg van de hoogte, de verminderde zuurstofspanning waardoor vasodilatatie en het vele hoesten kunnen er kleine bloedingen ontstaan in de retina. Meestal perifeer maar in sommige gevallen ook in de macula. Dit kan dan het centrale scherpzien compromitteren. Allereerst doe ik de gezichtsveldentest volgens Donders: geen afwijkingen. Vervolgens maak ik een stenopeïsche opening en teken drie rijen met O-haken op een papier. Op een afstand van 1 meter kan Joost een O-haak van 1 cm niet onderscheiden. Dit is toch duidelijk ernstig. Helaas is mijn setje otoscoop-oftalmoscoop incompleet. Ik heb alleen de eerste. Een ijdele poging om met een otoscoop iets in het oog te zien strandt snel, zoals te verwachten viel. Voor zover ik weet ben ik de enige arts in het base camp. Wel zijn er een paar nieuwe expedities aangekomen die ik nog niet heb gesproken. In de hoop dat er dan toch ook een andere arts is met wel een oftalmoscoop, struin ik met Joost het base camp af op zoek naar dat stukje techniek. We vinden een nieuwe Oostenrijkse expeditie met een bijna arts en bijna een oftalmoscoop. Nee, hij heeft er geen. Helaas. Een oog dat niet goed ziet, mogelijk als gevolg van de hoogte. Joost wil graag weer naar boven om wel de top te halen. Hoe gevaarlijk is dit? Ik bel met een oogarts uit het Diakonessenhuis Utrecht/Zeist waar ik tot voor kort werkte. Na veel problemen met de verbinding van onze satelliettelefoon vertelt hij dat het óf oedeem óf een retinale bloeding is. Het eerste gaat snel over, het tweede kan blijvende schade geven en opnieuw naar boven gaan is in dat gevel zeker af te raden. Joost is onzeker over wat hij moet doen en voor een second opinion wordt een oogarts in het Oogziekenhuis geraadpleegd. ‘Dat is een netvliesbloeding, gaat over maar hij moet niet meer naar boven. In Kathmandu even laten nakijken door een oogarts.’ ‘Wat en hoe groot is het risico als hij toch naar boven gaat?’, vraag ik in opdracht van Joost. ‘Als hij toch gaat, hak ik zijn kop eraf!’ Dit is duidelijke taal met een duidelijk signaal. Joost is hevig teleurgesteld en geëmotioneerd. ‘Misschien is het morgen beter en kan ik over drie dagen toch omhoog’. Ik heb daar weinig vertrouwen in maar hij zoekt houvast. Ik probeer hem te steunen maar de realiteit niet uit het oog te verliezen. Hij heeft schade aan zijn linkeroog hetgeen waarschijnlijk overgaat, maar omhoog gaan en misschien meer schade ontwikkelen is gevaarlijk. Als je plotseling op die berg met beide ogen niet meer scherp ziet, is het levensgevaarlijk. Helaas eindigt hier voor Joost de VickSpedition Ski8000. Greg zal over drie dagen alleen met twee sherpa’s een laatste poging wagen.