Tussen 1920 en 1970 minstens 540 mannen gecastreerd
Plaats een reactieMinimaal 540 homoseksuelen, pedoseksuelen en exhibitionisten hebben in de periode tussen 1920 en 1970 een chirurgische castratie ondergaan als onderdeel van hun psychiatrische behandeling of om gevangenisstraf of terbeschikkingstelling van de regering te voorkomen of te bekorten.
Rond 1950 vonden de meeste castraties plaats, in 1968 werden de laatste drie, gedocumenteerde, castraties uitgevoerd. Dat concludeert ZonMw in een onderzoek naar vooral de rol van psychiaters bij de castraties.
Het onderzoek werd gedaan op verzoek van de staatsecretaris van Veiligheid en Justitie na vermoedens dat in het verleden castraties met oneigenlijke motieven waren toegepast. Dit werd een politiek thema door de getuigenis van een pupil van een katholiek internaat, die werd misbruikt door een van de broeders en tijdens een opname in een psychiatrische kliniek werd gecastreerd.
Van deze 540 castraties, waarvan er 384 plaatsvonden bij tbr-verpleegden (nu: tbs), kan met zekerheid worden gezegd dat ze hebben plaatsgevonden. Het daadwerkelijke aantal moet volgens de onderzoekers groter zijn geweest, maar valt zelfs bij benadering niet vast te stellen. Castratie werd voornamelijk toegepast bij plegers van ontucht met kinderen en minderjarigen, plegers van homoseksuele ontucht en exhibitionisten. Vooral mannen met een verstandelijke beperking werden gecastreerd, onder meer vanwege een gebrek aan zelfbeheersing.
In principe ondergingen de mannen de castratie vrijwillig en na ‘informed consent’, er werden ook specifieke voorwaarden gesteld door psychiaters aan de toepassing ervan. Toch kunnen er vanuit medisch- en (straf)proces-ethisch perspectief wel vraagtekens worden gezet bij de mate waarin voldaan werd aan de noodzakelijk geachte vrijwilligheid van de operatie, stellen de onderzoekers. Soms gebeurde een ingreep voor of tijdens de rechtsgang en was de druk van een dreigende veroordeling zo groot dat de castratie volgens de onderzoekers beschouwd kan worden als het afkopen van straf of tbr, iets waar ook destijds al bezwaar tegen werd gemaakt. Het is de vraag of de tbr-verpleegden de gevolgen van de beslissing konden overzien. Bovendien is twijfel op zijn plaats over de diepgang van de door psychiaters versterkte informatie.
Er heerste bovendien een zeer strenge seksuele moraal en grote delen van de samenleving maakte zich ernstige zorgen om het zedelijk verval en een toename van seksuele criminaliteit. Homoseksuelen, pedoseksuelen en exhibitionisten stonden destijds zwaarder onder druk dan na de seksuele revolutie, terwijl psychiatrische hulpverlening vaak beperkt en ineffectief was. Castratie werd maatschappelijk beschouwd als een verantwoorde, effectieve oplossing, zonder onacceptabele lichamelijke of psychische bijverschijnselen.
Simone Paauw
Lees ook
- Ivan Wolffers over chemische castratie: Het klinkt zo vrolijk

- Er zijn nog geen reacties