Laatste nieuws
Joost Visser
5 minuten leestijd
video

Tromp was ‘op een bizarre manier te goeder trouw’

7 reacties

Artsen oordeelden aanvankelijk vrij eensluidend over huisarts Nico Tromp in Tuitjenhorn: hij heeft goed werk gedaan. Nu is het oordeel genuanceerder. ‘Zijn optreden getuigt van compassie, maar was ook impulsief en onverstandig.’

Kea Fogelberg, huisarts en scen-arts: 'Door meteen naar de IGZ te gaan, stuur je de co het beroepsleven in als iemand die leert zwart-wit te denken.'


Met de openbaarmaking van het bevel tegen huisarts Nico Tromp in Tuitjenhorn heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) de mist boven het Noord-Hollandse dorp doen optrekken. We zien een terminaal zieke patiënt, die een euthanasieverklaring had getekend, maar een week voor zijn dood toch koos voor palliatieve zorg, ‘om rustig weg te zakken’. En een gealarmeerde huisarts die – gezien de toestand waarin hij de patiënt aantrof – oordeelde dat er geen tijd meer was voor een geleidelijk proces. Om hem ‘zo snel mogelijk vrij te krijgen van pijn en benauwdheid’, gaf hij hem twee injecties met respectievelijk 1000 mg morfine en 350 mg Dormicum.

Sinds het op non-actief stellen van Tromp op 4 oktober, en zeker sinds diens suïcide drie dagen later, heeft de zaak een stroom van reacties opgeleverd, ook op de website van Medisch Contact. Veelal met begrip of expliciete steun voor het handelen van de huisarts, en op z’n minst verbazing over het gedrag van andere betrokkenen: de IGZ en het door de inspectie ingeschakelde Openbaar Ministerie, en ook het AMC, thuishaven van de coassistent die Tromps handelen aankaartte.

Gevangen
Aad Cense, psychiater in Stoutenburg, reageerde al op die vroege 4 oktober: ‘Tromp heeft gehandeld zoals ik zou willen dat mijn huisarts zou handelen.’ Ruim drie weken later noemt hij het bevel van de inspectie eenzijdig: ‘Alles wat negatief kón zijn, is negatief of formalistisch uitgelegd.’ Alle spelers in dit ‘Griekse drama’, zegt hij, zullen naar eer en geweten hun rol hebben gespeeld, maar toch deugt er iets niet. ‘Dat is de structuur waarin wij als artsen gevangen zitten. Het is symbolisch dat er in mijn vak wel dertien gremia zijn om mij te beoordelen en te veroordelen, en maar één gremium – mijn intervisiegroep – waarin ik met collega’s kan praten. De inspectie is een verlengstuk van de overheid geworden en heeft ten onrechte de mogelijkheid gekregen om sancties op te leggen. Alleen de rechter zou daartoe bevoegd moeten zijn.’

‘Stervenshulp is maatwerk’, liet huisarts en SCEN-arts Kea Fogelberg in Zoeterwoude een week later op de website weten: ‘Soms heeft behandeling de dood tot gevolg. Dat valt onder normaal medisch handelen.’ Na lezing van het bevel en de verklaring van de coassistent noemt zij het handelen van Tromp ‘getuigen van compassie’, maar ook impulsief en onverstandig. ‘Je moet dat zien binnen de context. Door zijn vakantie had hij de patiënt een aantal weken niet gezien, en hij wist niet dat diens toestand zo verslechterd was. Ook was de patiënt dat weekend door twee waarnemers bezocht, en ging er iets mis met de visiteaanvraag, waardoor Tromp zes uur later kwam dan de bedoeling was geweest. Dat zijn verzachtende omstandigheden voor de manier waarop hij reageerde toen de patiënt hem indringend om hulp vroeg.’

Ontnuchterend
Toen op 23 oktober uit berichten in Medisch Contact en de Volkskrant duidelijk werd dat Tromp onevenredig grote hoeveelheden medicatie had toegediend, gaf huisarts Peter van den Braak in Biddinghuizen hem nog ‘het voordeel van de twijfel’. Ook nu nog wil hij het zijn collega niet zwaar aanrekenen dat hij de bestaande regels niet heeft gevolgd, zegt hij. ‘Mogelijk had hij met de patiënt afgesproken hem uit zijn lijden te verlossen en heeft hij voor deze hoge dosering gekozen om maar niets aan het toeval over te laten.’ Desondanks heeft hij geen goed woord over voor het handelen van de huisarts: ‘Er was geen laatste gesprek, geen laatste handdruk. Het was Tromp die het moment bepaalde, zonder iets te zeggen of de patiënt zelfs maar de gelegenheid te geven om afscheid te nemen. Ik vind dat ontnuchterend.’

Flip Sutorius, huisarts en SCEN-arts in Overveen, schrijft op diezelfde 23ste oktober zich te hebben ‘sufgepiekerd’ over wat Tromp nu zo normoverschrijdend heeft gedaan. ‘Bizar’, noemt hij nu de gerapporteerde doseringen: ‘Stevig betekent dat je begint met 20 tot 60 mg morfine en 10, 15 mg dormicum of meer, afhankelijk van hoe de patiënt op eerdere doseringen reageerde. Dat had ook in dit geval best gekund.’ Desondanks twijfelt ook hij er niet aan dat Tromp te goeder trouw heeft gehandeld. ‘Hij was een uitgesproken man, met het hart op de tong. De coassistent nam daar kennelijk aanstoot aan. Dat mag, maar dat het AMC na haar melding niet met Tromp is gaan praten, is onvergeeflijk.’ Sutorius, in 2001 veroordeeld voor hulp bij zelfdoding aan een patiënt die ‘leed aan het leven’, weet wat het met een arts doet als er een ‘brief’ op de mat valt. ‘Als arts ben je gewend te werken in een sfeer van vertrouwen, en plots word je met wantrouwen geconfronteerd. Tromp had een opname achter de rug vanwege een suïcidepoging, en toch is er uren over zijn handelen doorgezaagd. Dat is hard. Hij is echt kapotgemaakt.’

Moord
Hans van der Linde in Capelle aan den IJssel, eveneens huisarts en SCEN-arts, ziet dat anders. ‘Patiënt werd doodgespoten, niet palliatief gesedeerd en niet geëuthanaseerd volgens de zorgvuldigheid die wij als beroepsgroep hebben opgebouwd’, schreef hij op 23 oktober op de website. En: ‘Moord meld je aan het OM, niet aan de dader.’ Iedere ter zake deskundige zal het medisch handelen van Tromp onverantwoord noemen, zegt hij nu, na openbaarmaking van het bevel: ‘Dat zou voor mijn gevoel niet zoveel commotie moeten veroorzaken.’ Dat de zaak wél tot ‘massale verontwaardiging’ leidde, ziet Van der Linde als teken van onbehagen: ‘De laatste tijd worden artsen in de beklaagdenbank gezet. We zouden dementen in de kou laten staan, we moeten gedwongen worden om mensen met een doodswens door te verwijzen. Dat valt slecht in de beroepsgroep en draagt ertoe bij dat artsen onzeker worden en zich bedreigd voelen.’

Zwijgen
Ook het lange zwijgen van de inspectie over de gebeurtenissen in Tuitjenhorn maakte menig huisarts onzeker. ‘Vorige week zette ik een paar ampullen in de koelkast, en toen ging het tóch even door m’n hoofd dat ik die misschien maar beter niet meer in huis kon halen’, zegt bijvoorbeeld huisarts Fogelberg.

Hoeveel morfine en Dormicum mag je eigenlijk in huis hebben? En hoeveel mag je eigenlijk geven zonder angst om daarvoor te worden gestraft? In dat opzicht werkt het openbaar maken van het bevel tegen Tromp bevrijdend. Zoals de Amsterdamse huisarts Marike de Meij zondag in de tv-rubriek Buitenhof opgelucht opmerkte: ‘Het verschil met wat wij wel eens doen, blijkt wel érg groot.’


Joost Visser, journalist Medisch Contact

Contact: j.visser@medischcontact.nl


Lees meer

  • Lees alles over deze zaak en de vele reacties die erop kwamen in dossier Tuitjenhorn

<b>Download dit artikel (PDF)</b>
video Achter het nieuws recht Tuitjenhorn huisartsgeneeskunde

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.