Tamoxifen soms ook nadelig bij borstkanker

Het anti-oestrogeen tamoxifen (Nolvadex) is een belangrijk middel bij de behandeling van mammacarcinoom, maar bij een aanzienlijk aantal patiënten verliest de behandeling uiteindelijk haar effect. Bovendien heeft het middel mogelijk ook nadelige effecten.

Er zijn bijvoorbeeld aanwijzingen dat tamoxifen de expressie verhoogt van een biomarker die wijst op een slechte prognose. Onderzoekers van de Cardiff University in Wales beschrijven in Breast Cancer Research van 3 december één van de methoden voor ziekteprogressie gedurende een behandeling met tamoxifen. Zij ontdekten dat borstkankercellen die E-cadherine missen, onder invloed van tamoxifen juist invasief kunnen worden. E-cadherine speelt een belangrijke rol bij de invasieve groei van cellen.

De onderzoekers onder leiding van Stephen Hiscox onderzochten de invasiviteit van hormoongevoelige borstkankercellen met behulp van een speciaal membraan. In eerste instantie vergeleken zij het effect van tamoxifen op de invasiviteit van de kankercellen. Hoewel de gebruikte tumorcellen normaliter in vitro nauwelijks invasief zijn, bleken meer cellen invasief te worden nadat tamoxifen was toegevoegd. Vervolgens schakelden de onderzoekers het celadhesiemolecuul E-cadherine uit met behulp van een antilichaam.

Dat leidde slechts tot een kleine toename van de invasiviteit. Maar als zowel E-cadherine werd uitgeschakeld als tamoxifen werd toegediend, nam de invasiviteit van de cellen wel significant toe. Een ander anti-oestrogeen (fulvestrant, Faslodex) bleek een vergelijkbaar effect te hebben op tumorcellen zonder E-cadherine.

Hiscox c.s. denken dat patiënten met borsttumoren bij wie de adhesie tussen cellen is verstoord mogelijk een slechtere prognose hebben bij behandeling met anti-oestrogenen zoals tamoxifen en fulvestrant. De bevindingen vormen volgens de onderzoekers misschien een verklaring voor het in grote studies gevonden overlevingsvoordeel van aromataseremmers (die de vorming van oestrogeen verhinderen). Als de bevindingen worden bevestigd, kan de aanwezigheid van E-cadherine op borstkankercellen helpen bij de keuze voor adjuvante hormonale therapie. TvV

Breast Cancer Research 2008; 10: R103