Sociale ongelijkheid bij palliatieve zorg
Plaats een reactieMet laag opgeleide patiënten wordt relatief weinig gesproken over hoe zij aankijken tegen beslissingen rond het levenseinde. Ook ervaren nabestaanden van mensen met een niet-westerse achtergrond relatief weinig aandacht voor het psychosociaal welbevinden van hun zieke naaste.
Het zijn voorbeelden van sociale ongelijkheid bij palliatieve zorg in Nederland, althans zoals zorggebruikers deze ervaren. Onderzoekers van het Nivel constateren dit in een ‘kennissynthese’, waarbij verschillende soorten onderzoek over de kwaliteit van palliatieve zorg zijn verzameld en bestudeerd.
Sociale gelijkheid in deze context betekent dat patiënten met vergelijkbare ziektekenmerken gelijke kansen hebben op goede palliatieve zorg. En daarvan is niet altijd sprake, volgens het Nivel. De geboden palliatieve zorg lijkt dus minder goed te passen bij de wensen en behoeften van vooral mensen met een niet-westerse achtergrond en laag opgeleide mensen. Met hen zou meer gesproken moet worden over bijvoorbeeld beslissingen over palliatieve sedatie, stoppen van levensverlengende behandeling, of het ophogen van pijnmedicatie met een mogelijk levensverkortend effect.
In het algemeen is het van belang om aandacht te hebben voor specifieke doelgroepen, luidt de aanbeveling, waarbij het vooral gaat over ‘de manier waarop’ zorg wordt gegeven.
Lees ook- Er zijn nog geen reacties