‘Samenwerking tussen arts en verpleegkundige moet beter’

Maar liefst 95 procent van de verpleegkundigen en 77 procent van de artsen vindt dat in de samenwerking tussen verpleegkundigen en artsen nog veel moet verbeteren. Dat blijkt uit onderzoek gedaan in opdracht van Medisch Contact en Nursing, vakblad voor verpleegkundigen. Vooral een verbetering in de communicatie en het onderlinge respect kan de samenwerking tussen artsen en verpleegkundigen ten goede komen, zo blijkt uit de toelichting van de respondenten. Artsen en verpleegkundigen vinden elkaar en zichzelf wel voor hun taken toegerust.

Samenwerking kan veel beter

Arts is niet zo toegankelijk, verpleegkundige heeft weinig aanzien. MC 14, 4 april 2008

Radio-interview:

met auteur

H. Neggers

P. Holland

Arts vindt eigen beroepsgroep arrogant

Telegraaf:

'Artsen neigen naar arrogantie'

 2 april 2008

Volledig onderzoeksrapport:

onderaan

 dit bericht.

Beeldvorming

Bijna negen op de tien verpleegkundigen en ruim acht op de tien artsen vinden dat artsen (neigen naar) arrogant(ie). Over de mate van toegankelijkheid van artsen zijn beide beroepsgroepen het minder eens: 64 procent van de verpleegkundigen meent dat artsen (neigen naar) ‘niet toegankelijk’; 57 procent van de artsen vindt de eigen beroepsgroep wel toegankelijk.

Bijna 30 procent van de artsen vindt verpleegkundigen (neigen naar) arrogant(ie), maar de verpleegkundigen oordelen milder over de eigen beroepsgroep: ruim 10 procent is het met de artsen eens.

Negen van de tien verpleegkundigen vinden dat verpleegkundigen in de regel een betere vertrouwensband met patiënten hebben dan artsen. Bijna de helft van de artsen is het hiermee(helemaal) eens. Meer dan driekwart van de dokters én de verpleegkundigen vindt dat het aanzien van de arts groot is. Verpleegkundigen scoren daarop veel lager: in de ogen van iets meer dan de helft van alle respondenten is hun aanzien groot, volgens 45 procent juist niet.

Contact met de familie

De familie toestemming vragen om een extreem angstige en hallucinerende patiënt te fixeren en een kalmerend middel te geven, vinden acht van de tien artsen de taak van de arts. Artsen benadrukken dat het om een ingrijpende en voor de familie belastende interventie gaat, die een arts beter kan uitleggen. Ongeveer een derde van de verpleegkundigen vindt het juist een taak van henzelf. Het feit dat het vaak om noodsituaties in de nacht gaat waarbij een arts niet altijd direct beschikbaar is, wordt daarvoor als belangrijke reden aangedragen.

Standaard

De respondenten kregen verder een casus voorgelegd waarin de arts handelt tegen de - wetenschappelijk onderbouwde,

door zowel artsen en verpleegkundige onderschreven - standaard rond de behandeling van doorligwonden in. De betrokken verpleegkundige legt in deze casus het advies van de arts naast zich neer en pakt de behandeling volgens de richtlijn op. Niet alleen negen van de tien artsen maar evenveel verpleegkundigen zijn het met de handelswijze van deze verpleegkundigen oneens.

Rituelen

Onlangs publiceerde het LEVV (Landelijk Expertisecentrum Verpleging & Verzorging) een lijst van negentien verpleegkundige rituelen waarvan wetenschappelijk is vastgesteld dat ze niet zinvol of zelfs schadelijk zijn. Van de artsen vindt 55 procent en van de verpleegkundigen 60 procent dat de arts als behandelaar daarvoor verantwoordelijk is.

Het onderzoek

Het onderzoek werd uitgevoerd door onafhankelijk onderzoeksbureau MWM2. Er werden zo’n tweeduizend artsen en tweeduizend verpleegkundigen benaderd. Hiervan reageerden 29,5 procent van de artsen en 13,1 procent van de verpleegkundigen. Het merendeel van alle respondenten werkt in een intramurale setting (artsen 54%, verpleegkundigen 70%).

Artsen en verpleegkundigen kregen dezelfde vragen voorgelegd. Deze bestonden uit stellingen rond de wederzijdse beeldvorming en twaalf casussen uit de intra- en extramurale zorg. Het onderzoek werd gehouden in het kader van een gezamenlijke special van Medisch Contact en Nursing, die vrijdag 4 april verschijnt.

Onderzoeksrapport:

Onderzoek wederzijdse beeldvorming: antwoorden van artsen

Onderzoek wederzijdse beeldvorming: antwoorden van verpleegkundigen