Richtlijn gevraagd over splenectomie

Door technologische ontwikkelingen wordt miltletsel als gevolg van een stomp buiktrauma steeds minder vaak operatief behandeld. Er bestaat echter nog veel variatie in de gekozen behandeling tussen de verschillende Nederlandse ziekenhuizen. Daarom pleit Dominique Olthof in haar proefschrift (UvA) voor een landelijke richtlijn.

Olthof vond dat het percentage geobserveerde patiënten in alle ziekenhuizen vergelijkbaar was, maar het percentage patiënten dat behandeld werd door middel van embolisatie varieerde sterk, van 9 tot 32 procent. Evenals het percentage chirurgisch behandelde patiënten, dat uiteenliep van 8 tot 28 procent. Ook na correctie voor hemodynamische instabiliteit, hooggradig miltletsel en injury severity score, bleef deze variatie bestaan.

Door middel van vragenlijsten aan bijna dertig internationale traumachirurgen en interventieradiologen is geprobeerd consensus te verkrijgen over de optimale behandel- en follow-upstrategie. Consensus was gedefinieerd als overeenstemming van 80 procent of hoger. Operatieve behandeling vond 82 procent van de experts altijd geïndiceerd bij een hemodynamisch instabiele patiënt, bij geassocieerd intra-abdominaal letsel of bij transfusie van vijf of meer packed cells. Over de verdere follow-upstrategie was ook 88 procent van de experts het eens.

Alhoewel behandeling altijd aangepast dient te worden aan de individuele patiënten, kunnen deze resultaten, volgens Olthof dienen als algemene richtlijn.

Els Oosterhout

Olthof verdedigt haar proefschrift Splenic injury diagnosis & splenic salvage after trauma aan de UvA op 7 mei a.s.

Bron: Proefschrift D.C. Olthof: Splenic injury diagnosis & splenic salvage after trauma

Lees ook:

Geen alarmlampje na splenectomie - Uitspraak Tuchtcollege

Vervolgcursus traumazorg onmisbaar