Laatste nieuws

Retrograad jongensbesnijdenis

Plaats een reactie

De KNMG publiceert op 27 mei het standpunt ‘Niet-therapeutische circumcisie bij minderjarige jongens’. Al eerder berichtte Medisch Contact over jongensbesnijdenis. Een duik in het archief.

In de jaren negentig laait in de kolommen van Medisch Contact de discussie over meisjesbesnijdenis op, en in de marge van dat debat brengen verschillende auteurs ook het onderwerp jongensbesnijdenis voorzichtig ter sprake. Vóór de jaren negentig wordt het onderwerp slechts sporadisch genoemd. Bijvoorbeeld in één van de artikelen van dr. A. Melchior uit 1950 over zijn werk in ontwikkelingslanden. Hij beschrijft zijn afkeer van zowel meisjes- als jongensbesnijdenissen onder ‘negers’ in Afrika. 

‘Aan de hygiënische waarden van deze verminking geloof ik niet. Het feit, dat er hier geen phimosis voorkomt met zijn bezwaren en gevolgen, weegt bij lange na niet op tegen de ernstige gevolgen, de  bijna altijd etterende wonden en de soms dodelijke infecties na deze zinloze en bij de primitieve negers nog gevaarlijke operatie. (…) Het standpunt van een paar Europese artsen in Kampala, die elk pasgeboren jongetje principieel besneden, kan ik dan ook geenszins appreciëren. Vooral waar ze geen betere argumentatie te berde wisten te brengen, dan dat deze oeroude methode wel goed zou zijn. Nog een stap verder en wij, Westerse artsen, zouden kunnen zeggen: je weet nooit waar het goed voor is.’ (MC 38/1950: 759)

Als jongensbesnijdenis voor de jaren negentig wordt genoemd, is het meestal terloops en ‘neutraal’. In een artikel over religie en geneeskunde uit 1955 staat bijvoorbeeld welke wetten en voorschriften van joden, protestanten en katholieken de arts in acht moet nemen. De arts wordt erop gewezen dat joden bij mogelijk levensgevaar mogen afwijken van hun eigen regels, waardoor het mogelijk is om een besnijdenis niet uit te voeren als men een gegrond vermoeden heeft van hemofilie. (MC 31/1955: 523)

Vanaf 1991 verschijnen er steeds meer artikelen over besnijdenis. Wat meisjesbesnijdenis betreft is de stellingname heel duidelijk: dat wordt afgekeurd. Over jongensbesnijdenis lopen de meningen uiteen. Enerzijds zijn er artsen die vinden dat jongensbesnijdenis ingaat tegen de rechten van de mens en die moeite hebben met besnijden zonder medische reden. Anderzijds zijn er artsen die geloven in de preventieve werking van besnijdenis bij het voorkomen van bijvoorbeeld peniscarcinoom.
Dr. A.P.J. van der Burg schrijft in 1991 gedetailleerd over de geschiedenis van jongens- en meisjesbenijdenis en de gebruiken van verschillende religies en culturen. Zoals ook wel wordt voorgesteld voor meisjesbesnijdenis, oppert hij een minder mutilerende tussenvorm voor jongensbesnijdenis.

‘Het besnijden stelt ons voor een dilemma. Enerzijds is er het recht op de integriteit van lichaam en psyche en het zelfbeschikkingsrecht van het individu. Anderzijds is er de godsdienstvrijheid met archaïsche voorschriften en de ongerechtvaardigde kankervrees. (…) Het besnijden van jongens ontneemt hun zonder medezeggenschap een belangrijk lichaamsdeeltje. (…) Art. 11 van onze Grondwet luidt: 'Ieder heeft, behoudens of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op onaantastbaarheid van zijn lichaam.' Zouden de mensenrechten en de emancipatie niet worden gediend door de religieuze of quasihygiënische ingreep pas te verrichten wanneer de jongen 18 jaar is geworden en hem zelf, na alle consequenties te hebben begrepen, de beslissing te laten nemen? Bij een besluit tot besnijden zou men kunnen overwegen slechts een klein stukje van de voorhuid te verwijderen, dus met behoud van de beschermende waarde en gevoelswaarde van dit orgaan. (…) Een besnijdenis tast de grondwettelijke onaantastbaarheid van het lichaam aan. Het  besnijden van meisjes, vrouwen, jongens en mannen is echter niet uitdrukkelijk in het Wetboek van Strafrecht verboden. Zou het daar wel in worden opgenomen, dan zou dat waar het de jongens en mannen betreft zeker als antisemitisch of anti-islamitisch worden aangemerkt: politiek niet ‘haalbaar’ , dus.’ (MC 31-32/ 1991: 921)

Anderen staan positiever tegenover jongensbesnijdenis. Neem geneeskundestudent A.M.L. Peek, die de traditionele rituelen rondom de besnijdenis van een islamitisch jongetje omschrijft als een groot feest en een belangrijke sociale gebeurtenis. In plaats van de besnijdenis in de kille sfeer van het ziekenhuis te laten uitvoeren, stelt hij voor dat de huisarts de ingreep uitvoert. Peek noemt de besnijdenis een vrijwel pijnloze, kleine en weinig mutilerende ingreep met louter voordelen; in de Verenigde Staten worden veel besnijdenissen uitgevoerd, omdat de kans op een peniscarcinoom nihil is bij besneden mannen. (MC 41/1993: 1279)

Er ontstaat ook discussie over het vergoeden van besnijdenis door het ziekenfonds. Professor Tom Schulpen van het Centrum voor Migratie en Gezondheid van het WKZ zegt in een artikel uit 1998: ‘Twintig jaar geleden hebben we tegen de moslimgemeenschap gezegd dat ze hun kinderen hier moesten laten besnijden, dat zou beter en gezonder zijn. Nu doet iedereen het, en dan willen de ziekenhuizen en de Ziekenfondsraad er weer vanaf. Als we het hier niet goed regelen, bestaat het gevaar dat mensen het illegaal laten doen of ervoor naar hun land van herkomst gaan. En dan krijgen we nabloedingen, infecties en allerlei complicaties. Ik vind dat we dat niet kunnen maken.’ (MC 25/1998: 866)

In een ingezonden brief uit 1999 pleit A.F. Mantel van de Stichting tegen religieuze besnijdenis juist tegen het vergoeden van jongenbesnijdenis door het ziekenfonds.
‘Dat nu ziekenfondsen deze vorm van kindermishandeling gaan vergoeden, acht ik zeer ernstig uit het oogpunt van wetshandhaving, alsmede vanuit het oogpunt van gezondheidsbescherming en emancipatie van het betrokken kind. In Nederland worden straffeloos jaarlijks 10.000 jongetjes zonder medische noodzaak met fysiek geweld beroofd van een gezond lichaamsdeel. Het is zeer zeker géén taak van een ziekenfonds om dit type geweld jegens kinderen te gaan stimuleren, respectievelijk vergoeden.’ (MC 14/1999: 492)

Eind jaren negentig en in het begin van de 21ste eeuw gaan artsen de jongensbesnijdenis steeds toegankelijker en goedkoper regelen. Binnen speciale projecten wordt de ingreep uitgevoerd bij de GGD of in speciale centra zoals het Besnijdenis Centrum Utrecht waar de besnijdenis plaatsvindt voor 200 euro onder leiding van twee chirurgen en een huisarts. (MC 21/ 2002: Besnijdenis)

In 2004 komt er een argument voor jongensbesnijdenis bij. Onderzoek van de Johns Hopkins University toont namelijk aan dat mannen zonder voorhuid een kleiner risico lopen op een hiv-besmetting dan onbesneden mannen. In 2006 blijkt dat de populariteit van besnijdenissen in Afrika daardoor toeneemt. Experts waarschuwen echter voor een vals gevoel van veiligheid. De WHO besluit in 2007 een onderzoek te doen naar besnijdenis als hiv-preventie, nadat nieuw onderzoek aantoont dat besnijdenis het risico op hiv halveert voor heteroseksuele mannen. (MC 14/2004: Lager HIV-risico na besnijdenis) (MC 29-30/ 2006: 1195: Meer besnijdenissen tegen hiv in Afrika) (MC 9/2007: 360: WHO onderzoekt besnijdenis als preventie) (MC 9/2007: 382: Besnijdenis reduceert risico hiv-besmetting)

Eén van de afbeeldingen bij de artikelen van dr. A. Melchior
Eén van de afbeeldingen bij de artikelen van dr. A. Melchior

In 2004 zet door VVD-Kamerlid Ayaan Hirsi Ali behalve de meisjesbesnijdenis ook de jongensbesnijdenis op de politieke agenda. Minister Hoogervorst laat vervolgens weten dat er jaarlijks 17.000 besnijdenissen bij jongens en mannen plaatsvinden, waarbij onduidelijk is hoeveel daarvan religieus gemotiveerd zijn. Artsen maken daarin in ieder geval vaak geen onderscheid; zij declareren álle besnijdenissen bij het ziekenfond, terwijl officieel alleen besnijdenissen op medische indicatie worden vergoed. Naar aanleiding van dit bericht in Medisch Contact besluit minister Hoogervorst een maand later alle besnijdenissen uit het ziekenfondspakket te gooien. Dit stuit ook op weerstand, omdat sommige besnijdenissen wél op medische gronden worden uitgevoerd, zoals bij een peniscarcinoom, een ontsteking of phimosis. En ook de zorgverzekeraars zijn tegen dit plan van Hoogervorst. Het regent ingezonden brieven bij Medisch Contact. (MC 47/2004: Besnijdenissen ten onrechte gedeclareerd)(MC 52/2004: Hoogervorst schrapt besnijdenis uit pakket)   MC, 31 mei 2005: Zorgverzekeraar gaat besnijdenis toch vergoeden

In 2008 ten slotte, stelt dr. Refaat B. Karim de jongensbesnijdenis weer stevig ter discussie. Hij vindt dat er sprake is van rechtsongelijkheid tussen jongens en meisjes als meisjesbesnijdenis verboden is terwijl jongens besnijden wél mag. Hij stelt dat jongensbesnijdenis, net als meisjesbesnijdenis, mutilerend en traumatiserend is. Wat Karim betreft zijn er geen medisch overtuigende argumenten om jongensbesnijdenis te rechtvaardigen. In Amerika sterven er bijvoorbeeld jaarlijks meer jongens aan de gevolgen van circumcisie dan dat er mannen sterven aan peniskanker. (MC 38/2008: 1536: Jongens wel meisjes niet

Simone Paauw

Recent nieuws over besnijdenis:


Lees hier de eerdere afleveringen van Retrograad





Detail van de besnijdenis van Jezus Christus, door Pellegrino da San Daniele (1467-1547)
Detail van de besnijdenis van Jezus Christus, door Pellegrino da San Daniele (1467-1547)
Beeld: Shutterstock
Beeld: Shutterstock
  • Simone Paauw

    Simone Paauw deed de deeltijdopleiding journalistiek in Tilburg en werkt sinds 2008 als journalist bij Medisch Contact. Ze interviewt het liefst de ‘gewone arts’ met een bijzonder verhaal, bijvoorbeeld voor de rubriek Het Portret.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.