Ophef over vermelding BIG-nummer op social media

Op Twitter reageren artsen, verpleegkundigen, therapeuten en andere BIG-geregistreerden verontwaardigd over de aanstaande verplichting om hun nummer ‘actief’ bekend te maken – óók op social media. Dit is het gevolg van een wijziging in de Wet BIG.

Het zou daarmee voor patiënten makkelijker moeten zijn te controleren of een zorgverlener in het BIG-register staat ingeschreven, zo beargumenteert VWS. En de BIG-geregistreerde zorgverlener is bovendien snel vindbaar, zonder mogelijke naamsverwarring met een collega met dezelfde achternaam.

De wetswijziging is eerder ingevoerd, toch lijken de praktische consequenties per 1 april nu door te dringen bij de betrokkenen. Op Twitter laten artsen weten het niet eens te zijn met de verplichte BIG-vermelding. Is het soms een grap van het ministerie, vraagt kinderarts Carsten Lincke zich af. Dat blijkt niet geval.

Een woordvoerder van het ministerie twitterde vrijdag dat het nummer voortaan op alle communicatie-uitingen vermeld dient te worden: in brieven, e-mails, maar ook bij het versturen van een bericht via social media, zoals Twitter of een andere app. ‘Het gaat dus om het communiceren als arts, ongeacht hoe dat gebeurt.’

Een aantal artsen en andere zorgverleners hebben nu hun Twitternaam veranderd in hun BIG-nummer. Zo laat revalidatiearts Bowine Michel (‘49022806901’) weten ‘uit protest’ alleen onder haar BIG-nummer te twitteren. Dat geldt ook voor huisartsen Marco Blanker uit Zwolle (‘19048973501’ – tevens bekend van de paarsekrokodilstempel) en S.W. den Haan uit Oostvoorne, die een klein biggetje als emoji heeft toegevoegd aan zijn nieuwe Twitternaam ‘99060157001’.

De KNMG heeft vorige week voor uitstel van de wet gepleit. Niet zozeer vanwege in de inhoud, want de artsenorganisatie is voorstander omdat het transparantie in de zorg bevordert, maar omdat het te vroeg is.