Laatste nieuws
Achter het nieuws

Op pad met Nederlandse e-health-handelsmissie in Zwitserland

Digitale samenwerking tussen artsen moeilijk met 26 kantons

Plaats een reactie
Foto’s auteur.
Foto’s auteur.

Zwitserland staat open voor Nederlandse innovaties op het gebied van digitale gezondheidszorg, zo bleek vorige week tijdens een Nederlandse handelsmissie op het gebied van e-health. Het Alpenland kent alleen een gefragmenteerd systeem. ‘We hebben geen Epic.’

‘Digitale zorg is in rap tempo een speerpunt aan het worden in Zwitserland – na de bekende kaas en chocola’, zegt consultant Gian-Andrea Degen (PwC). Hij houdt zijn praatje in Sitem-Insel, een licht modern gebouw in Bern dat ‘Zwitserse innovatie’ uitstraalt.

Buiten liggen de Alpen aan de strakblauwe horizon te schitteren, binnen zetelt biotechbedrijf CSEM en zijn de lijntjes kort. Op één verdieping zit een ketenpartner, waar organen op een chip worden gemaakt, en even verderop is één grote ok, waar onderzoekers uit binnen- en buitenland kunnen oefenen met robotoperaties.

Zijn toehoorders vandaag: een groep Nederlandse ondernemers, die onder begeleiding van de Task Force Health Care en de Nederlandse ambassade een aantal dagen op handelsmissie zijn in Duitstalig Zwitserland. Op het gebied van e-health, welteverstaan. Het is de eerste handelsmissie in Zwitserland ‘sinds corona’, en het enthousiasme om deel te nemen was groot. ‘Binnen 24 uur zaten we vol’, zegt Rick Slettenhaar van de Nederlandse ambassade. ‘Dat is ongewoon’, vult Micha van Lin namens het organiserende Task Force Health Care.

Foto auteur. Sitem Insel.
Foto auteur. Sitem Insel.

Warme technologie

De groep ondernemers is niet puur e-health-georiënteerd. Een aantal in de delegatie representeert de ‘warme technologie’; ze hebben een vinding die bijvoorbeeld ingezet kan worden om te communiceren met patiënten met dementie. Daarnaast zijn er ondernemers die software, een IT-systeem of andere dienst hebben waarmee ze in Nederland soms al flink aan de weg timmeren. Zo is er de ICT-ondernemer die Spreekuur.nl lanceerde en loopt laatstejaars geneeskunde Rahul Gannamani mee met zijn pitch voor zijn bedrijf Ancora, dat tot doel heeft het welzijn van zorgpersoneel te verbeteren. De gemeenschappelijke drijfveer is: ze willen weten hoe de Zwitserse markt in elkaar zit. Staan de Zwitsers open voor hun product? Kunnen we een partner vinden?

Zo gek is het niet dat de Nederlands ondernemers interesse hebben voor het Alpenland. Er zijn overeenkomsten in het zorglandschap. Neem: een hoogopgeleide, vergrijzende bevolking – met dus een toenemende zorgvraag – , een nijpend personeelstekort en een zorgverzekeringsstelsel dat weliswaar anders, maar niet extreem anders is. Verschillen zijn er ook. Tel alleen al het aantal ziekenhuizen: 265 in een land dat qua inwoneraantal de helft is van Nederland, met driemaal minder ziekenhuizen. Het voornaamste verschil, zo horen de Nederlandse ondernemers telkens bij hun bezoek aan zorginstellingen en innovatiehubs in Basel, Bern, Winterthur en Zürich: de 26 kantons.

Nederland loopt relatief voorop met de toepassing van digitale data, met ziekenhuissystemen die met elkaar kunnen ‘praten’. De Zwitsers wijzen naar hun federale systeem ter verklaring voor de betrekkelijke achterstand op digitaal zorggebied. Een federaal bestuur kan iets besluiten, bijvoorbeeld een wet aannemen om een elektronisch patiëntendossier in te voeren, maar elk van de 26 kantons beslist vervolgens zelf of die wet wordt ingevoerd.

‘De zorg loopt vijftien jaar achter qua digitalisering’

Fax

‘We hebben geen Epic’, verzucht Beat Jordi, opgeleid als internist maar nu chief information officer van Lindenhofspital in Bern, dat wat gedateerd oogt. ‘We lopen in de zorg vijftien jaar achter op andere sectoren qua digitalisering.’ Jordi zou er maar wat voor over hebben als de overheid meer vaart zou zetten achter een epd. Het woord fax valt. ‘Er is al 200 tot 300 miljoen Zwitserse franc uitgegeven aan een nationaal e-health-programma, zonder resultaat helaas. We zullen het zelf moeten doen.’

Dat laatste gebeurt dan ook: het ontwikkelen van verschillende vormen van digitale zorg, buiten de trage overheid om. Zo heeft zorgverzekeraar Swica een virtuele gezondheidsomgeving Santé24 opgezet en loopt daarmee vooruit op de overheid. Later in de week zal Santé24 in smart-health-hub Winterthur tonen hoe vergevorderd die virtuele zorg is.

Tijdens diezelfde bijeenkomst vertelt kantondokter Barbara Grützmacher over de belemmeringen die kantonartsen ervaren als ze onderling digitaal willen samenwerken. Een kantonarts heeft een hoofdzakelijk publieke gezondheidsfunctie, en geeft advies aan de kantonnale overheid ‘wat niet hoeft te worden opgevolgd. Beslissingen zijn niet bindend.’ Ten tijde van covid kon dat leiden tot rare verschillen. In het ene kanton was een mondkapje verplicht op school, in het ander niet. Grützmacher: ‘We wilden als kantonartsen heel graag één ICT-systeem, alleen al om onze manieren van bron- en contactonderzoek gelijk te schakelen. Maar het duurde zo lang. Sommige kantons hebben hun systeem samengevoegd. Nu, met corona op z’n retour, is de belangstelling afgenomen om digitaal beter op elkaar te zijn aangesloten. Ik vrees voor de volgende uitbraak.’

Foto auteur. Lindenhofhospital.
Foto auteur. Lindenhofhospital.

Teleconsult

Net als in Nederland, heeft de coronapandemie in Zwitserland het gebruik van digitale zorg een boost gegeven. Maar niet overal in dezelfde mate, zo blijkt bij het bezoek aan huisartsenpraktijd Medbase. De Griekse huisarts Georgios Charitsis, opgeleid als internist met diabetes als specialisatie, werkt sinds tien jaar in Zwitserland. Hij toont op zijn pc wat de coronatijd hem bracht, op het gebied van teleconsult. Patiënten kunnen hem via een beveiligde videoverbinding van OneDoc – à la Zoom – consulteren. Hoe bevalt dat? ‘I love it.’ Alleen: hij heeft maar één scherm tot zijn beschikking, en hij kan patiëntengegevens niet tegelijk invoeren. En, het teleconsult was een pilot, voor twee uur per week. De Nederlandse gasten kijken elkaar aan: waarom niet gewoon een tweede scherm aangeschaft? Toch is er vooruitgang: patiënten kunnen hun eigen afspraak inplannen. Er zijn ook meer telefonische consulten.

Medbase, nu een dochter van supermarktketen Migros, is een bijzondere organisatie. In de centra van Medbase werken huisartsen, maar ook apotheken, psychologen en tandartsen. ‘Een huisartsenpraktijk als dit is echt een cultuurverandering voor Zwitsers’, verduidelijkt de Nederlandse huisarts Willy Prinse in Medbase Wiedikon in Zürich, één van de zestig vestigingen. Prinse is zeventien jaar huisarts, waarvan dertien werkzaam in Zwitserland. ‘Hier is de huisarts niet de poortwachter zoals hij dat is in Nederland. De zorgverzekeraar kwam met het idee voor een medisch centrum als het onze. Als je nu eerst bij ons, de huisarts komt, dan betaal je minder premie.’

Foto's auteur. In de spreekkamer van Nederlandse huisarts Willy Prinse (Zürich).
Foto's auteur. In de spreekkamer van Nederlandse huisarts Willy Prinse (Zürich).

Autonomie

Het gebrek aan personeel heeft bij Medbase tot meer innovaties geleid die je onder taakherschikking zou kunnen scharen. Vanuit dit centrum gaan vijf verpleegkundigen (nurse-practitioners) in de wijk op huisbezoek, niet alleen voor chronische maar ook acute zorg, vertelt Patrick Holzer, directeur van het centrum. ‘Dat ontlast de artsen die dat gewoonlijk deden.’ Met de arts wordt contact gehouden. Het is een succesvolle pilot, vertelt Holzer, die helaas nog niet vergoed wordt door de verzekeraar. ‘

Als huisarts heeft Prinse meer autonomie dan een collega in Nederland, vermoedt ze. ‘We hebben hier geen NHG-richtlijn, dus iedere huisarts zal naar eigen inzicht handelen. Dat leidt soms tot verschillen, bijvoorbeeld rond antibiotica, waar Nederlandse artsen relatief terughoudend in zijn.’ Over autonomie gesproken: ‘Tweejaarlijks borstkankeronderzoek vinden ze hier niet werken, een kanton verderop vinden ze die check weer wel nuttig. Iets dergelijks geldt voor HPV- en darmkankeronderzoek. Een kanton heeft veel zeggenschap.’

Nog een cultuurverschil: diabetespatiënten worden voornamelijk door de huisarts gezien, er is geen POH die dat kan overnemen of aanvullende zorg biedt. Prinse: ‘Ze komen al van ver, eerst was dit zorg die door de medisch specialist werd uitgevoerd. Dit ís al een stap voor Zwitsers.’

Op de terugweg, in de bus, is de nabeschouwing van deze verkenning van de Zwitserse markt overwegend positief. Semiarts Gannamani wacht thuis nog een laatste coschap revalidatie in Haren, hij heeft er zin in. ‘Daarna wil ik twee jaar vol geven aan Ancora, het bedrijf dat ik heb opgezet met drie anderen, onder wie mijn vader die een achtergrond bij Philips heeft. Lukt het niet in die tijd, dan zijn we te vroeg voor de markt. Dan ga ik werken als arts. De psychiatrie trekt me, of huisarts. Misschien wel huisarts hier in Zwitserland, met accent op digitale zorg? Ik denk dat het gaat lukken.’ 

Lees ook
Achter het nieuws E-health arbeidsmarkt Zwitserland videoconsult Europa
  • Marieke van Twillert

    Marieke van Twillert werkt als journalist voor Medisch Contact. Arbeidsmarkt, levenseinde en e-health hebben haar speciale aandacht.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.