Oorzaak fibromyalgie onduidelijk
Plaats een reactieHet meest concrete wat er uit bijna zestig jaar onderzoek naar de pathofysiologie van het diffuse chronische pijnsyndroom fibromyalgie naar voren is gekomen, is dat fibromyalgiepatiënten pijn anders ervaren dan gezonde mensen. Ook hebben ze een lagere fysiologische pijngrens. Dat blijkt uit de review die Abeles c.s. van de New York University School of Medicine 15 mei in Annals of Internal Medicine publiceerden.
In de Verenigde Staten komt fibromyalgie bij ongeveer 2 procent van de bevolking voor. Er bestaat echter geen consensus over de oorzaak, de behandeling en het is zelfs niet duidelijk of fibromyalgie wel moet worden gezien als een opzichzelfstaand klinisch beeld.
De review van Abeles c.s. omvat alle relevante onderzoeken van 1970 tot 2006 gericht op het (mogelijke) mechanisme of de pathofysiologie van fibromyalgie. In toenemende mate lijkt er bewijs te bestaan dat een abnormale pijnverwerking door het centrale zenuwstelsel een rol speelt. Overige mechanismen die van belang zouden kunnen zijn, betreffen centrale sensibilisatie, een disfunctie van de rem op de banen die pijnprikkels doorgeven en overmatig geactiveerde gliacellen, die de gewaarwording van de pijn versterken. Ten slotte kunnen afwijkingen van de concentratie neurotransmitters en bepaalde eiwitten van invloed zijn.
Psychiatrische comorbiditeit lijkt een predisponerende functie te kunnen vervullen bij het krijgen van fibromyalgie. Een posttraumatische stressstoornis, angst of somatisatie kan bijdragen aan het ontstaan of het persisteren van het chronische pijnsyndroom. Ook hiv, hepatitis C of fysiek trauma kan het ontstaan van fibromyalgie triggeren.
De onderzoekers concluderen dat een effectieve, toekomstige therapie voor fibromyalgie zich moet richten op deze verschillende verstoorde schakels van alle pijnroutes. Ook moet de behandeling gericht zijn op geassocieerde lichamelijke en psychische comorbiditeiten. << AV
Annals of Internal Medicine 2007; 146: 726-34
- Er zijn nog geen reacties