Laatste nieuws
Evert Pronk
Evert Pronk
3 minuten leestijd

Ook 's nachts in goede handen

Plaats een reactie

Geënquêteerde artsen positief over nachtelijke zorg



In studies naar de veiligheid van de patiëntenzorg in de nacht wordt meestal gebruikgemaakt van uitkomstmaten als sterfte of het percentage complicaties. Maar hoe oordelen artsen zelf over de zorg in de nacht? Medisch Contact zocht het uit.


Artsen aangesloten bij de KNMG zijn tevreden over de kwaliteit van de medische zorg in de nacht. Dit blijkt uit een onderzoek onder 746 artsen, dat Medisch Contact uitvoerde in samenwerking met onderzoeksbureau MWM2.



Net iets meer dan de helft van de respondenten noemt de kwaliteit goed of zelfs uitstekend (47% respectievelijk 4%). Nog eens 42 procent vindt de kwaliteit voldoende. Degenen die veel nachtdiensten draaien, zijn het vaakst tevreden. Van de artsen die minstens een keer per week ’s nachts werken, vindt 62 procent de kwaliteit goed of uitstekend. Het beeld van de slagers die hun eigen vlees keuren dringt zich op, maar de stelling dat artsen die ’s nachts werken de kwaliteit van de nachtelijke zorg beter kunnen beoordelen, is ook goed te verdedigen.



Acuut


Er is weinig wetenschappelijke kennis over de kwaliteit van de Nederlandse gezondheidszorg, maar uit buitenlandse studies blijkt dat patiënten ’s nachts meer risico lopen dan overdag (zie ook

Tasten in het duister

). Afgaande op de mening van artsen in Nederland is er weinig reden tot zorgen. Van de respondenten noemt 6 procent de kwaliteit van de nachtelijke gezondheidszorg matig en 1 procent vindt de kwaliteit onvoldoende. Maar liefst 91 procent van de ondervraagde artsen is van mening dat een familielid of kennis die ’s nachts acuut zorg nodig heeft, in de eigen werkomgeving in goede handen is.



Ook over de bereikbaarheid van medische zorg in de nacht zijn artsen positief. Slechts 1 procent vindt die onvoldoende, 8 procent noemt de bereikbaarheid matig. Bijna een derde (29%) vindt de bereikbaarheid voldoende, goed (51%) of zelfs uitstekend (11%).



Consulteren


Over andere aspecten van de organisatie van de patiëntenzorg in de nacht zijn artsen in Nederland ook tevreden, maar het beeld is wel iets minder gunstig. Bijna een vijfde vindt de mogelijkheid om zonodig een meer deskundige arts te consulteren matig of onvoldoende (respectievelijk 16 en 2%). Een grote groep respondenten (43%) noemt die mogelijkheid voldoende en een bijna even grote groep (39%) zelfs goed of uitstekend.



Een kleiner deel (11%) geeft aan er niet op te kunnen vertrouwen dat een achterwacht komt als daarom wordt gevraagd. De overige artsen geven aan dat dit geen probleem is.



Het minst tevreden zijn de artsen over de mogelijkheden ’s nachts aanvullend radiologisch en labora­toriumonderzoek te laten doen. Een op de 9 artsen vindt deze mogelijkheden onvoldoende. Nog eens 21 procent noemt ze matig. Ruim tweederde heeft geen problemen met het aanvragen van extra onderzoek in de nacht (36% voldoende, 25% goed, 7% uitstekend). Artsen die een of meer keer per week ’s nachts werken, zijn positiever over de mogelijkheden tot aanvullend onderzoek (52% goed of uitstekend) dan artsen die zelden in de nacht aan het werk zijn (21% goed of uitstekend).



Onzekerheid


Dat artsen tevreden zijn over de kwaliteit en de organisatie van de nachtelijke geneeskunde, blijkt ook het gegeven dat de meeste artsen zich tijdens het werk in de nacht niet onzekerder voelen dan overdag.



Toch zegt een derde van de respondenten zich tijdens het werk in de nacht wél onzekerder te voelen. Of het gewenning is of routine is uit de antwoorden niet op te maken, maar vaststaat dat vooral relatief jonge artsen, zich ’s nachts onzekerder voelen.



Dit geldt ook voor artsen die niet of weinig ’s nachts werken. Van de artsen onder de 45 jaar geeft 41 procent dit aan, van de artsen die weinig of niet ’s nachts werken 43 procent.


Mannen voelen zich gemiddeld zekerder in de nachtdiensten dan vrouwen. Van de vrouwen geeft 42 procent aan zich ’s nachts onzekerder te voelen dan overdag, van de mannen 26 procent.



Negatiever


Een analyse naar wat er aan de onzekerheid in de nacht ten grondslag ligt, laat zien dat artsen die aangeven zich ’s nachts onzekerder te voelen significant negatiever zijn over zowel de organisatie van de zorg, inclusief de bereikbaarheid, als de mogelijkheid tot aanvullende diagnostiek en consultatie van meer ervaren artsen. Toch vindt nog steeds 87 procent van deze respondenten dat de kwaliteit van de gezondheidszorg in de nacht op zijn minst voldoende is. 



Evert Pronk



PDF van dit artikel



Medisch Contact- onderzoeksrapport:

Dokters in de nacht

KNMG
  • Evert Pronk

    Evert Pronk is een van de twee adjunct-hoofdredacteuren bij Medisch Contact. Hij houdt zich bezig met de online ontwikkeling van Medisch Contact, nascholingen, evenementen, boeken en andere uitgeefkansen. Het perspectief van de artsen staat hierbij centraal. Uitgeven vanuit de inhoud, is zijn devies.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.