Laatste nieuws
Ilse Kleijne
Ilse Kleijne
5 minuten leestijd
Achter het nieuws

Onrust om verplicht huisartsenpensioen

Wrevel over pensioenvoorwaarden drijft huisartsen naar de rechter

17 reacties
Getty Images
Getty Images

Onder sommige huisartsen groeit de onvrede over de gedwongen deelname aan pensioenfonds SPH. Huisarts David de Boer wil die plicht voor de rechter aanvechten.

David de Boer is sinds twee jaar waarnemend huisarts. De dag waarop hij met pensioen gaat ligt nog in de verre toekomst, maar hij verdiepte zich bij aanvang van zijn loopbaan al in zijn pensioenregeling. Wat hij aantrof, staat hem niet aan. Daarom wil hij het liefst zelf iets regelen voor zijn pensioen. Maar dat kan niet, omdat Nederlandse huisartsen verplicht moeten deelnemen aan de beroepspensioenregeling SPH.

Naast de tientallen verplichte pensioenfondsen die een hele bedrijfstak voorzien, kent Nederland een beperkt aantal verplichte pensioenfondsen voor mensen die een specifiek beroep uitvoeren. Huisartsen, maar ook vrijgevestigde medisch specialisten en bijvoorbeeld apothekers, notarissen en havenloodsen hebben zo’n eigen beroepspensioenregeling.

Onverantwoorde participaties

Het huisartsenfonds SPH stamt uit begin jaren zeventig. De Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) heeft zich daar destijds hard voor gemaakt. Tot die tijd werkten huisartsen nog weleens ‘langer door dan verantwoord was’, aldus de historiebeschrijving van de SPH, omdat spaarproducten en goodwill niet toe­­reikend waren om een inkomensval bij pensionering te voorkomen. Op dit moment telt SPH ruim 21 duizend deelnemers en heeft het 12 miljard euro in kas om te beleggen.

De Boer dook in de pensioenmaterie toen de Volkskrant berichtte dat de SPH en de beroepspensioenregeling voor vrijgevestigde medisch specialisten (SPMS) hun vermogen beleggen in onder andere bedrijven die wapens, drank of gokkasten produceren. ‘Daar heb ik als dokter een ethisch probleem mee’, aldus De Boer.

Na die berichtgeving zette huisarts Tibor Poelmann een petitie op die door ruim 1100 mensen werd ondertekend. Poelmann riep SPH op om ‘onverantwoorde participaties’ snel te verkopen en te vervangen voor ‘duurzame en ethische beleggingen’. Het leidde tot gesprekken tussen Poelmann en het SPH-bestuur, over het verbeteren van de beleggingsportefeuille, waar deze huisarts tevreden op terugkijkt. ‘Ik zie SPH wel degelijk bewegen in een duurzame richting.’

Doorn in het oog

Maar De Boer gaat het niet alleen om die portefeuille. Hij is ontevreden over de kosten die SPH rekent voor operationele werkzaam­heden. Ook vindt hij de verzekeringspremies voor arbeidsongeschiktheid en een weduwen- en wezenvoorziening te hoog. Volgens hem liggen die bedragen bij commerciële pensioenaanbieders lager en het verschil gaat volgens De Boer over ‘veel geld over dertig jaar tijd’.

Ook is het hem een doorn in het oog dat SPH vaste premies hanteert, die worden becijferd over de verdiensten in de afgelopen drie jaar. ‘Er wordt geen rekening mee gehouden als je inkomsten lager waren omdat je bijvoorbeeld ziek bent geweest.’ Verder ziet hij graag meer keuzevrijheid in de in te leggen premies. ‘Voor sommige waarnemers bedragen die een derde van hun brutomaandinkomen.’

‘Ik vind de voordelen te klein’

Alles bij elkaar past de plicht hem dus niet. ‘Ik wil meer vrijheid om te bepalen of ik groen of grijs beleg, defensief of offensief. Ik wil dat de keuze aan mij is en niet aan een generatie voor mij die deze keuze heeft gemaakt. Ik vind de voordelen van een verplicht fonds met beperkte schaalgrootte te klein.’

Pamflet

De Boer lijkt niet alleen te staan in zijn onvrede. Hij schreef begin dit jaar een pamflet over zijn ongenoegen, dat hij via LinkedIn verspreidde. Volgens hem kreeg hij daar positieve reacties op van ‘beginnend waarnemers tot ervaren praktijkhouders’. Hij zette een Telegram-groep op onder de noemer ‘huisartsen tegen verplicht pensioenfonds’, waar zo’n vierhonderd huisartsen bij aanhaakten. En volgens De Boer hebben ruim tweehonderdvijftig huisartsen zich via Facebook bij hem aangemeld voor een lijst van artsen die tegen het verplichte pensioen zijn. De Boer kan niet inschatten of de onvrede evenveel onder praktijkhouders als onder waarnemers leeft.

De Boer kondigde afgelopen week in een vervolgpamflet aan dat hij die verplichting wil aanpakken. Dat doet hij in eerste instantie door huisartsen op te roepen hun lidmaatschap van de beroepspensioenvereniging (BPV) die bij de SPH hoort, op te zeggen.

Deelnameplicht

Als minder dan 60 procent van de beroeps­beoefenaars lid is van zo’n BPV, dan trekt het ministerie van Sociale Zaken en Werk­gelegenheid die deelnameplicht in. Wettelijk is bepaald dat een BPV elke vijf jaar moet aantonen dat het nog voldoende beroeps­beoefenaars representeert. Het ministerie laat weten dat SPH in oktober 2020 heeft aangetoond daar ‘ruimschoots’ aan te voldoen.

Dat blijkt ook uit het jaarverslag van de BPV uit 2020, dat meldt dat het percentage BPV-leden ligt tussen 70 en 95 procent, afhankelijk van of het om waarnemers, praktijkhouders, huisartsen in dienstverband of in opleiding gaat. Het BPV-bestuur merkt daarin overigens ook de tendens op ‘dat nieuwe deelnemers zich niet meer meteen aanmelden als BPV-lid’, en dat er dat jaar ‘enkele protest­opzeggingen binnenkwamen’.

Driejarige premiebepaling

Danka Stuijver benoemt in een recente column dat 'een groeiende groep huisartsen het pensioenfonds niet langer als veilig vangnet ervaart, maar als een molensteen om hun nek.' (MC 21/2022: 13). Volgens Stuijver ervaart ‘een groeiende groep huisartsen het pensioenfonds niet langer als veilig vangnet, maar als een molensteen om hun nek’. Huisarts Poelmann deelt één kritiekpunt van Stuijver en De Boer, namelijk dat sommige huisartsen ‘in de knel komen’ door de driejarige premiebepaling.

‘Daar moet met gezwinde spoed iets aan worden gedaan’, aldus Poelmann, iets waar hij zich voor wil inzetten als nieuw lid van de Vergadering van Afgevaardigden van de BPV. Die vergadering bestaat uit vijftig huisartsen die de inhoud van de pensioenregeling bepalen. Poelmann benadrukt dat hij een ‘uitgesproken voorstander’ is van een collectieve beroepspensioenregeling. ‘Je dekt er risico’s mee af die je zelf minder makkelijk kosten­effectief afdekt. Dat raakt ondergesneeuwd in de huidige onvrede.’

De Boer wil daarnaast een gang naar de rechter maken, met steun van hoogleraar pensioen­recht Hans van Meerten als advocaat. Zo wil hij meer openheid krijgen over het precieze aantal huisartsen dat de verplichting momenteel steunt. Verder overweegt hij om het verplichte karakter direct aan te vechten, door een beroep te doen op Europese mededingingsregels. Om de rechtsgang te betalen, heeft hij een crowdfundingsactie opgezet.

Rechtsgang

In het 2020-jaarverslag rept SPH zelf over een nieuwe focus op ‘gezondheid en klimaat’ bij beleggen, en wijst het op de halfjaarlijkse publicatie van de lijst bedrijven waarin wordt belegd. Ook merkt het fonds op dat het werkt aan goedkopere dienstverlening, meer op maat, en dat het uitvoeringskosten zo laag mogelijk probeert te houden.

BPH-voorzitter Marc van Loenen noemt het in een eerste reactie ‘jammer’ dat De Boer kiest voor een rechtsgang. SPH is het niet eens met De Boers stelling dat verzekeringsbedragen hoger zouden liggen dan bij commerciële aanbieders. En volgens de pensioen­uitvoerder is deze, tegen z’n eigen zin, wettelijk gebonden aan de driejaarsregel voor premiebepaling.

Omdat De Boer geen BPV-lid is, kan de BPV niet zomaar data met hem delen, aldus Van Loenen. Hij geeft aan dat de besturen van de BPV en SPH een persoonlijk gesprek met De Boer aan willen gaan over zijn grieven. Van Loenen benadrukt dat de huidige pensioen­regeling is ‘opgezet samen met leden die kiezen voor solidariteit’. ‘Het gaat ons erom een goede pensioenregeling te hebben waar het gros van de huisartsen zich in kan vinden.’

Lees ook Download in pdf

Achter het nieuws huisartsen pensioen
  • Ilse Kleijne

    Ilse Kleijne-Thoonsen werkt sinds 2016 als journalist bij Medisch Contact. Ze werkte eerder als verslaggever voor regionale dagbladen en een energiekrant.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • P.H. Roozen

    Psychiater, Terneuzen

    Omdat ik verplicht verzekerd ben bij PFZW heb ik een paar jaar geleden het jaarverslag eens uit gepluisd. In zekere zin was ik positief verrast en tegelijk geschokt.
    De getallen weet ik niet meer uit mijn hoofd maar wat kosten betreft viel het me me...e. Op het niveau van een actief gemanaged fonds, maar duidelijk hoger dan wanneer je passief zou beleggen. Eerlijk gezegd viel me dat niet tegen (al zijn ook klein lijkende percentages een flinke hap uit je uiteindelijk opgebouwde kapitaal).
    Wat rendement was ik geschokt. In eerste instantie leek het een goed rendement te zijn (dat jaar >10%, waarbij de markt gemiddeld 7-8% per jaar doet) maar wanneer er passief in de wereld index was belegd was het rendement >30% geweest! Ik neem aan dat deze discrepantie veroorzaakt wordt door de wettelijke verplichting om in obligaties te moeten beleggen.
    Belangrijk om te weten bij beleggen is dat kleine kosten uiteindelijk grote gevolgen hebben. En dat compounding intrest het 8ste wereld wonder is. Sommige collega's spreken er over dat ze in het begin minder in willen leggen. Dat klinkt leuk, maar dat heeft een vernietigend effect op je uiteindelijk op te bouwen kapitaal.
    Voordelen van een pensioen fonds zijn natuurlijk wel de aanvullende verzekeringen die je er bij krijgt. Denk aan wezen en partner pensioen. Maar bij het huisartsen pension ook premie overname wanneer je >1j ziek bent. Al worden huisartsen natuurlijk nooit zelf ziek.
    In mijn geval is het nog mogelijk om naast mijn verplichte deelname aan PFWZ resterende jaarruimte te gebruiken om (belasting technisch zeer voordelig) zelf pensioen te beleggen om hier later een lijfrente mee te aan te kopen. Iets wat ik iedereen zou aanraden.
    Mensen die zeggen dat ze nooit hun inleg er uit gaan halen moeten denk ik nog een keertje rekenen. Want als je de gemiddelde levensverwachting haalt heb je altijd meer pensioen uitgekeerd gekregen dan dat je ooit ingelegd hebt (in het huidige stelsel).
    Kortom, er zitten voor en nadelen aan een verplicht pensioenfonds maar je kunt pas echt iets vinden wanneer je wat begrijpt van beleggen, belasting regels en de basics van pensioen.

  • M. Termaat

    Huisarts, Groningen

    Ik denk zeker dat het SPH een prima fonds is. Zelf een beter rendement halen lijkt me onwaarschijnlijk. Als je van plan bent een beroeps leven lang huisarts te zijn dan is daar dus niet veel mis mee. Als je dat nog niet zo weet. Misschien een paar ja...ar wat anders wilt gaan doen. Naar het buitenland of geen huisarts meer wilt zijn is het geld dat je geïnvesteerd hebt in het fonds veel minder rendabel. Daarmee ben je financieel “gevangen” door een pensioenfonds ( net als voor andere werkenden geldt). Daarnaast zijn ook de registratie eisen niet in het voordeel van de huisartsen die het niet zien zitten 35 jaar hetzelfde te doen. Gelukkig is er op beide gebieden aandacht voor dit thema om zo mensen die een wat ander carrière pad willen bewandelen niet af te laten vallen .

  • H.B. Bruins

    Gepensioneerd huusarts, Bodegraven

    Ik ben in september 1974 gestart als huisarts en heb 38 jaar de volle premie betaald . Na 22 jaar gescheiden en de helft van het opgebouwde vermogen is naar mijn ex gegaan. Het rendement van het pensioenfonds is 8 procent gedurende de looptijd. Mij...n uitgekeerde bruto pensioen is nu 92000 Euro per jaar na conversie. Dat is niet onaardig vind ik. Ons pensioenfonds heeft een speciale systematiek qua premie opbouw en vermogens opbouw. Gezien het gemor is er werk aan de winkel voor de SPH. Uit onvrede ben ik in de deelnemersraad gaan zitten en ben ik wijzer geworden.

  • huisarts, Leiden

    Het feit dat SPH een *verplicht* beroepspensioenfonds is heeft een heel belangrijk voordeel voor de deelnemers: de premies mogen als kosten van de onderneming opgevoerd worden (bruto dus; "aftrekbaar"). Als SPH de status van beroepspensioenfonds zou ...verliezen, dan moeten pensioenpremie uit de netto inkomsten betaald worden. Dat maakt deelname aan een ander niet-verplicht pensioenfonds of een eigen spaarpot/investering direct een stuk duurder! Heeft De Boer daar rekening mee gehouden?

  • J.A. van Wijngaarden

    Kaderhuisarts Spoedzorg, Veenendaal

    Onvrede is van alle tijden
    In 1982 nam ik met goodwillbetaling een praktijkje over van 600 patiënten. Er bleken nog maar 450 aanwezig. Ik deed de praktijk in combinatie met een paar uur per dag in een verpleeghuis. Gelukkig groeide de praktijk…
    In ...1983 was de jaaromzet van de praktijk ƒ 71.000 (= € 32.200). De kosten waren ƒ 31.000 dus een winst van ƒ 40.000. Daar moest dan nog ƒ 16.000 (40%) pensioenpremie af. Dat was toen geen percentage, maar het ging in vijf staffels.
    Er was algemene onvrede over het pensioenfonds, men vond dat het rendement slecht was en dat het bedrag beter naar een commerciële pensioenverzekering kon gaan. Een argument tegen was dat er dan medische selectie zou plaats vinden die er nu niet was. Ik vond pas nog knipsels van een actiecomité ‘schaf het verplichte pensioen af’, waarmee ik gezien mijn situatie sympathiseerde.
    In 2018 ging ik drie jaar vervroegd ‘met pensioen’ en ik ben blij met het zeer royale pensioen en blij dat de actievoerders het toen niet gewonnen hebben!

    Ter inspiratie voor wie nu actie wil voeren nog wat literatuur uit 1982 en 1983
    file:///C:/Users/blauw/Downloads/MC23APR82.pdf
    blz 466 en verder
    file:///C:/Users/blauw/Downloads/MC11MAA83.pdf
    blz 266

  • G.R.I. Slock

    huisarts, sluis

    Omdat ik in België woon vloog ik sowieso eruit, maar globaal lijkt het SPH mij weinig rendabel. Belgische collega's mogen zoals alle zelfstandigen zelf of via een groepsverzekering op een fiscaal gunstige manier geld beleggen voor hun pensioen en ...hebben meestal betere resultaten dan de SPH. Als het SPH echt zo goed is als beweerd wordt dan zie ik ook niet in waarom het verplicht moet worden, terwijl verder in de zorg nog steeds de heilige marktwerking geldt.

  • M.J.C. Weijnen

    Huisarts, Tilburg

    Hoewel op ieder fonds ongetwijfeld van alles is op en aan te merken denk ik dat gemiddeld genomen het individu nooit zulke resultaten haalt als het collectief.

  • E. Wannee

    Forensisch arts

    Ik vind het prima dat werknemers verplicht bij een pensioenfonds zijn aangesloten.
    Maar het zou eens tijd worden dat werknemers de vrijheid krijgen om zelf te kiezen bij welk pensioenfonds ze aangesloten willen zijn.
    Automobilisten hebben een verpl...ichting om een WA-verzekering te hebben, maar we hebben toch ook niet een plicht om dat product af te nemen bij een specifieke verzekeraar die bij die beroepsgroep hoort?
    Ik zou zeggen: laat de pensioenfondsen gewoon concurreren en wedijveren om de gunst van de werknemer; dan kan die bepalen bij welk pensioenfonds die zich het beste thuis voelt. De een zal kijken naar ethische aspecten; de andere misschien meer naar financiële vooruitzichten. Prima toch?

  • W.C. Hartgers

    huisarts, Amsterdam

    Het grote probleem bij de SPH is dat het rendement bedroevend laag is. Ik heb uitgerekend, dat ik 82 jaar moet worden, voordat ik mijn inleg weer terug heb gekregen. Bovendien is de berekening van de pensioenpremie nogal ongewoon. Deze wordt namelijk... berekent over de bruto omzet uit de praktijkvoering. Dus kosten, zoals huur van een praktijkpand, personeelskosten en andere kosten worden niet meegerekend. Er zijn jaren geweest, waarin ik de helft van mijn inkomen aan de SPH moest overmaken.

    • N.C.J.A.M. Kochx

      Huisarts , Heythuysen

      Idem. Ik betaal meer premie per jaar dan ik ooit ga krijgen. Erg zuur!

    • M.J.P. Kruijer

      Huisarts

      1- De gemiddelde levensverwachting in 2040 is 86 jaar, bij hoger opgeleiden is de levensverwachting 4/5 jaar langer. Dus niet zo gek dat het even duurt voordat je de inleg terug krijgt toch…? Het moet ergens van betaald worden allemaal
      2- de bereken...ing voor premie wordt gebaseerd op je WUO = winst uit onderneming. Daar zijn als het goed is al jouw praktijk kosten (huur, personeel,ICT etc) al vanaf. Er wordt wel degelijk rekening gehouden met praktijklokalen dus; premie wordt berekend over jouw bruto INKOMEN uit de praktijk en niet over de bruto OMZET. Is dat wel zo, zou ik het even narekenen als ik jou was!

      • W.C. Hartgers

        huisarts, Amsterdam

        Sorry, maar dat klopt niet. Toen ik in de negentiger jaren lid werd van de SPH werd de premie berekend over de bruto inkomsten uit de praktijkvoering. Alleen kosten voor waarneming waren aftrekbaar voor de premieberekening, dit omdat de waarnemers hi...erover ook premie moesten afdragen.

        • Huisarts

          Das war einmal. De pensioenpremie wordt nu al weer een hele tijd berekend uit de winst uit onderneming. Zowel voor praktijkhouder als voor waarnemer. Deze manier van berekening is wettelijk bepaald, dus het klopt niet dat de pensioenberekening bij de... SPH ongewoon is.

          [Reactie gewijzigd door op 02-06-2022 08:34]

    • G. Nissink

      Psychiater , Amsterdam

      Dat valt nog mee! Bij SPMS is dat 104 jaar...

  • M.J.P. Kruijer

    Praktijkhoudend huisarts , Amsterdam

    Niet iedere huisarts deelt de mening van collega de Boer!!’ Ik vind het persoonlijk erg prettig om een gemakkelijk en goed pensioen op te bouwen binnen de maximaal fiscaal voordelige ruimte. Dat is momenteel bij SPH. Daar heeft de beroepsgroep in ove...rgrote meerderheid voor gekozen. Nota bene 20 jaar terug hebben waarnemers zich heel hard gemaakt om ook bij SPH te mogen. Een paar jaar terug idem met de aios die dolgraag bij SPH wilden ipv pensioenfonds HAIO of het zelf regelen. Als de dekking van BPH onder de 80% daalt is een gemeenschappelijk pensioen binnen de huidige fiscale regeling niet mogelijk . Dan wordt het niet alleen duurder (minder aftrekbaar) maar bovendien moet iedereen zelf het gaan regelen. Ik heb daar in ieder geval geen zin in, los van de discussie of ik het wel of niet zou kunnen, laat staan béter rendement zou gaan behalen dan SPH. Dat is al jaren 1 van de best scorende pensioenfondsen nl…

    Ik krijg een beetje de indruk de laatste jaren dat het erg hip is om te roepen dat je zelf alles beter kan/weet dan een ander. Voor mij geldt dat mbt pensioenen echter niet: ik wil graag lekker huisarts zijn en geen belegger maar wél na m’n pensioen een fijn inkomen. Ik blijf graag bij SPH dus….

    • J. Vos

      huisarts

      Helemaal mee eens, zeker met "Dan wordt het niet alleen duurder (minder aftrekbaar) maar bovendien moet iedereen zelf het gaan regelen. Ik heb daar in ieder geval geen zin in, los van de discussie of ik het wel of niet zou kunnen, laat staan béter re...ndement zou gaan behalen dan SPH."

      Ik denk niet dat ik het beter kan, ik denk niet dat ik het goedkoper kan, maar ik weet zeker dat ik er de tijd niet voor heb of voor wil maken om dat überhaupt te proberen.

  • G. Nissink

    Psychiater , Amsterdam

    Goed dat hier aandacht aan besteed wordt.

    SPMS is vergelijkbaar, los van wat SPMS doet met de premie staat de inleg die je moet doen totaal niet in verhouding tot het uiteindelijke pensioen dat er uitgekeerd wordt. Wellicht goed dat de verplicht...ing er af gaat of dat deze pensioenfondsen opgaan in een groter beter georganiseerd geheel met minder overheadkosten.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.