Laatste nieuws
Pim Verduijn
6 minuten leestijd
buitenland

Onnodige drempels opgeworpen tegen zorg in het buitenland

Nederlandse instanties leven de geest van de Europese regel niet na

3 reacties
Getty Images
Getty Images

Hoewel het patiënten vrij staat om te kiezen voor een behandeling in het buitenland, werpen betrokken instanties – waaronder zorgverzekeraars – hiertegen allerlei hindernissen op.

Sommige Neder­landse patiënten gaan naar het buitenland voor geplande zorg. Waarom? Soms omdat de nabijheid of de reputatie van een buitenlandse zorgaanbieder aantrekkelijk is. Zo bestaat er in Zuid-Limburg een route naar een kliniek in Maasmechelen voor een staaroperatie en naar Leuven voor een fertiliteitsbehandeling.

Soms is er behoefte aan een second opinion. Een andere belangrijke reden is de lange wachttijd voor eerste consult, diagnostiek of operatie in Nederland. Verder geldt dat de medisch-specialistische zorg in Duitsland en België kwalitatief even goed is als in Nederland terwijl de kosten gemiddeld lager zijn. Ook de door covid-19 ontstane zorgachterstanden, de zogeheten inhaalzorg, doen een duit in het zakje.

Waaruit bestaat de inhaalzorg? De NZa publiceerde in 2021 een lijst van door covid-19 gemiste operaties. Het gaat onder meer om: kno-ingrepen, staar, huidkanker, knie, heup, rughernia, spataderen, lies- en navelbreuk, galblaas, vet­zucht, zwelling in de borst, borstkanker, baarmoederhalskanker, prostaatkanker en darmkanker. Onlangs schatte de NZa dat er 130 duizend operaties moeten worden ingehaald.

Twee wetten

Op grensoverschrijdende geplande zorg zijn twee Europese wetten van toepassing. De oudere, de verordening, is gebaseerd op de sociale zekerheid en de nieuwere, de patiëntenrichtlijn, is gebaseerd op het vrij verkeer van personen en diensten.

De Europese Commissie heeft een ‘Handleiding voor patiënten’ gepubliceerd om deze ingewikkelde regels voor de EU-burger te verduidelijken. In de handleiding worden de voor- en nadelen van beide wetten op een rijtje gezet.

De patiëntenrichtlijn moet het voor de patiënt makkelijker maken om de grens over te steken voor zorg. Dat is gedaan door het vereiste van toestemming (van de zorgverzekeraar), het S2-formulier, voor de meeste situaties te laten vervallen.

De patiëntenrichtlijn geldt niet voor zorg waarbij een overnachting nodig is, maar deze voorwaarde vervalt als de zorg binnen een ‘medisch verantwoorde termijn’ moet worden gegeven. Omdat veel inhaalzorg uitgestelde zorg is, valt deze doorgaans in deze uitzonderingscategorie.

Uitgangspunt is dat de patiënt het bedrag voorschiet. Achteraf vergoedt de verzekeraar de kosten tot het bedrag dat zou zijn vergoed als de patiënt in Nederland was behandeld. De patiënt heeft recht op vrije keuze van arts, ziekenhuis of (privé)kliniek in ieder land van de EU.

Weinig uitnodigend

Hoe wordt de patiëntenrichtlijn in Nederland in de praktijk uitgevoerd? De richtlijn voorziet in een netwerk van nationale contactpunten (NCP’s) die patiënten duidelijk en precies moeten informeren over hun rechten, het verwijsproces en de hoogte van de terugbetaling. Het ministerie van VWS heeft de NCP’s ondergebracht bij het Centraal Administratie­kantoor (CAK).

De werkwijze van het CAK is weinig uitnodigend voor de patiënt. Zo wil het CAK dat de patiënt altijd vooraf contact opneemt met de verzekeraar, ongeacht of toestemming vereist is. Ook wordt, meer dan nodig is, de eigen betaling benadrukt. Het CAK zegt niet te mogen beoordelen of iemand recht heeft op behandeling in het buitenland, terwijl dat volgens de Europese Commissie juist wel de bedoeling is. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het CAK zich voor de rechter moest verantwoorden omdat het weigerde de behandeling van een Nederlandse verzekerde in Duitsland te vergoeden. Het Europees Hof van Justitie stelde de verzekerde uiteindelijk in het gelijk. Het EPF, een groep Europese patiëntenorganisaties, heeft al in 2015 uitgebreid beschreven waaraan een NCP moet voldoen. Zo moet er een ombudsman zijn. Het CAK is hiervan nog ver verwijderd.

Het lijkt erop dat de verzekeraars niet goed raad weten met de Europese patiëntenrichtlijn

Ontmoedigingsbeleid

De praktische uitvoering van de patiëntenrichtlijn ligt bij de zorgverzekeraars. Ook uit de informatie die de zorgverzekeraars op hun website geven, blijkt een ontmoedigingsbeleid jegens patiënten die de grens over willen.

De belangrijkste bevindingen op een rij:

  • Vrijwel alle zorgverzekeraars bieden standaard het S2-formulier aan, waarmee zij dus de verordening volgen en niet de patiëntenrichtlijn. Automatisch hanteren ze daarmee het toestemmingsvereiste.
  • De verzekeraars bieden in feite geen vrije artsenkeuze omdat ze alleen alle kosten terugbetalen als de patiënt naar een gecontracteerde arts of ziekenhuis gaat. Buitenlandse zorgaanbieders hebben uiteraard vrijwel nooit een contract met een Nederlandse zorgverzekeraar.
  • Aan niet-gecontracteerde aanbieders worden terugbetalingen gedaan die tussen de 52 en 75 procent van het Nederlandse wettelijke of marktconforme tarief liggen.
  • Informatie over het wachtlijstcriterium (de ‘medisch verantwoorde termijn’) wordt, op een enkele uitzondering na, niet of onjuist gegeven.

Liefst bij huis

Waarom voeren verzekeraars een ontmoedigingsbeleid? Ze hoeven toch niet bang te zijn dat drommen Nederlanders de grens over trekken? De gemiddelde Nederlandse patiënt wil het liefst gewoon op tijd en dicht bij huis in eigen land worden geholpen. De op grond van de richtlijn verrichte uitgaven voor grensoverschrijdende zorg in de EU zijn geraamd op slechts 0,004 procent van het totale EU-brede jaarbudget voor gezondheidszorg. Gezien het ontmoedigingsbeleid mogen we aannemen dat het percentage voor Nederland nog lager ligt.

Het lijkt erop dat de verzekeraars niet goed raad weten met de Europese patiëntenrichtlijn. Mogelijk omdat deze niet past in de uitvoeringspraktijk van de Nederlandse Zorg­verzekerings­wet (Zvw), waarin onderscheid wordt gemaakt tussen gecontracteerde en niet-gecontracteerde aanbieders.

Exporteren

Zorgverzekeraars hebben geprobeerd om beide wetten met elkaar te verenigen door een aantal artsen en ziekenhuizen in het buitenland te contracteren. Hier ‘mogen’ patiënten naartoe. De zorg van andere buitenlandse zorginstellingen dreigt men niet of maar ten dele te vergoeden. Het is als het ware het ‘exporteren’ van de Zvw naar andere EU-lidstaten, terwijl de patiëntenrichtlijn juist bedoeld is om patiënten mogelijkheden te bieden in aanvulling op de nationale zorgstelsels. Het aantal gecontracteerde aanbieders is echter erg klein. In België alleen langs de grens, in Duitsland zijn nauwelijks contracten afgesloten en in Spanje een enkel ziekenhuis. De lijstjes lijken ‘voor de bühne’ te zijn opgesteld. Een toekomstbestendig beleid gebaseerd op contracten met aanbieders kan alleen als er voldoende contracten in alle EU-lidstaten worden afgesloten. Dat is vooralsnog een illusie. Stelt Nederland hiermee de Nederlandse wetgeving boven de Europese?

Hoe gaat Nederland om met de patiënten­richtlijn in Europees perspectief? Bij een onderzoek uit 2016 onder 25 EU-lidstaten naar het relatieve rendement van de invoering van de patiëntenrichtlijn, nam Nederland de negen­tiende plaats in.

In 2018 constateerde de Europese Commissie dat Nederland tot de drie (van de 27) lidstaten behoorde die minder dan de voorgeschreven 100 procent van de in het buitenland gemaakte zorgkosten terugbetaalt. Volgens art. 7.9 van de patiëntenrichtlijn kan dat alleen op grond van ‘dwingende redenen van algemeen belang’. Volgens art. 7.11 moeten die beperkingen noodzakelijk en evenredig zijn en mogen deze geen middel tot willekeurige discriminatie of een ongerechtvaardigde belemmering voor het vrije verkeer zijn.

Ook in het licht van de inhaalzorg ligt een andere benadering voor de hand

Ondergeschoven kindje

Het niet vergoeden van kosten van niet-gecontracteerde aanbieders in andere lidstaten is een belemmering omdat daarmee feitelijk het toestemmingsvereiste gewoon weer wordt ingevoerd. Met de recente rechterlijke uitspraak tegen het CAK wordt het moeilijker voor Nederland om de patiëntenrichtlijn als onder­geschoven kindje te blijven behandelen. Ook in het licht van de inhaalzorg die dit jaar zal moeten worden verleend, ligt een andere benadering voor de hand.

Alles wijst erop dat buitenlandse ziekenhuizen graag Nederlandse patiënten ontvangen. Daar zijn relatief meer ziekenhuizen, klinieken, artsen en verpleegkundigen dan in Nederland. Sommige Duitse aanbieders adverteren via bladen in Nederlandse grensgemeenten, hebben een Nederlandstalige website of hebben Nederlandstalige medewerkers. Ook met België zijn de ervaringen in dit opzicht positief. 

auteur

dr. Pim Verduijn, kno-arts, niet-praktiserend

contact

pgverduijn@home.nl

cc: redactie@medischcontact.nl

GERAADPLEEGDE BRONNEN

1. Verordening (EG) nr. 987/2009 betreffende de coördinatie van socialezekerheidsstelsels

2. Richtlijn 2011/24/EU betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg

3. Handleiding voor patiënten. Recht van patiënten op toegang tot gezondheidszorg in ieder land van de EU/EER., p.35

4. Centrale Raad van Beroep 10 februari 2022, ECLI:NL:CRVB:2022:276

5. European Patients’ Forum. Summary report, Cross Border Health Care 18/03/2015

6. Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de werking van Richtlijn 2011/24/EU betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg COM/2018/651 final.,2.3 en 1.2.1.a

7. Proceedings of the 1st International Conference Europe in Discours: Identity, Diversity, Borders. Athene, 23-25 september 2016. “Common Health Policy? Unify you Must! Relative Performance of Cross-Border Health Policy in Member States.” Mevhibe B. Hocaoglu, Mustapha Ibrahim. Eastern Mediterranean University, Cyprus.

8. E.Steyger, TvGR:6:2015

Lees ook:

buitenland
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • G.K. Mitrasing

    Vogelvrije Huisarts, Kathmandu

    Het is de Minister van VWS die dit aan de verzekeraars oplegt; formeel mogen ingezetenen van een EU land in een ander EU land terecht kunnen voor zorg. Zeker in een private verzekeringswereld zoals in Nederland zou dat geen probleem mogen zijn. Is h...et wel. Want het Ministerie van VWS legt de verzekeraars een budget op. Het macro budget. Dat is de begroting van VWS. Per segment bepaalt VWS nog steeds waaraan in Nederland de verplicht af te dragen premie gelden aan moeten worden besteed. Indien de private verzekeraars het hun verzekerden toe staan om in het buitenland onbeperkt zorg af te nemen verliest VWS de greep op het budget.

    IN Nederland past VWS het MBH en de MBI toe om het budget te halen; het Macro Beheersings Instrument en de Macro Beheersings Heffing. Een overschrijding van het toegestane budget wordt dan teruggevorderd bij de zorgaanbieders! Dat kan dus niet bij buitenlandse zorgaanbieders. Zelfs Nederland snapt dat(ik schreef daar 10 jaar geleden over).
    Dus stimuleert de NL Overheid de verzekeraars om de afname van zorg in het buitenland zoveel mogelijk te beperken. Grensoverschrijdende zorg maakt budgettering op zijn Nederlands onmogelijk.
    Het zijn dus niet de zorgverzekeraars die dit willen, maar de Nederlandse Overheid zelf!
    Maar de verzekeraars laten zich graag misbruiken. Ze hebben inmiddels een 12 miljard afgeroomd van de verplicht af te dragen premie gelden……, het zijn calvinistische zorgverzekeraars; je moet je grenzen kennen.

  • N.H.Th. Croon

    verzekeringsarts/medisch adviseur, Veghel

    Na lezing moest ik een zekere woede onderdrukken tegen de macht van de grote aantallen waarbij we mensen die in het buitenland zorg vragen en krijgen iedere keer dwars zitten op bureaucratische wijze. Dat willen we toch niet zo voortzetten? Er moet e...cht "omgedacht" worden willen we deze trend stuiten: dat een onrechtvaardige regeling over de hoofden van individuele verzekerden wordt voortgezet.
    Natuurlijk zijn zorg aanbieders niet gecontracteerd in het buitenland. Alsof buitenlanden zich wat aantrekken van alle Nederlandse regeltjes. En dan moet een individu zijn recht halen bij het Europese Hof.
    Het CAK moet zich wel schamen over haar praktijken als je dit verhaal mag geloven. Ik had dan ook graag een weerwoord gezien vanuit die kring: wat is de rechtvaardiging van deze praktijken?
    Ik kan me voorstellen dat je ondeskundige/niet adequate behandelingen die niet in Nederland, maar wel in het buitenland worden gegeven wil weren, maar toch niet over het hoofd van de verzekerde heen?
    Hoe weet die individuele verzekerde nu wat wel of niet verantwoord is? En steeds toestemming vragen van het CAK: dat willen we toch ook niet? Verduijn geeft ook al aan dat wij één van de drie lidstaten zijn die deze praktijk uitoefenen. Ik ben trouwens benieuwd welke andere staten het dan betreft.
    Waarom kunnen behandelaars niet meer internationaal tot consensus komen welke behandelingen geprefereerd en effectief zijn, in plaats van allemaal lokale, nationale richtlijnen? Dan wordt het ook veel duidelijker voor verzekerden welke zorg ze waar kunnen krijgen.

  • Huisarts, Streefkerk

    Bart Bruijn

    Wat maken ze er een bende van hè, onze verzekeraars? Als hún centjes maar binnenstromen en niet teveel naar buiten.

    Man man man.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.