Laatste nieuws
Josine van Mill
7 minuten leestijd
psychiatrie

Nieuwe wet leidt tot juridisering van de psychiatrie

Wet verplichte ggz: eerste ervaringen vanuit een kliniek

5 reacties

De administratieve last die de nieuwe Wet verplichte ggz met zich meebrengt, houdt psychiaters van hun werk en frustreert patiënten. Psychiater Josine van Mill vreest dat sommige collega’s de geestelijke gezondheidszorg daardoor de rug toekeren.

Ik werk ruim vijf jaar op een gesloten opnameafdeling van een grote ggz-instelling in Amsterdam. Hier worden patiënten opgenomen die niet langer thuis behandeld kunnen worden. Veel van hen worden met een psychose opgenomen, maar ook een ernstige depressie, suïcidaliteit of een crisis bij een persoonlijkheidsstoornis kan een reden voor opname zijn. Vaak worden deze patiënten gedwongen opgenomen.

Sinds 1 januari 2020 is er een nieuwe wet in werking getreden (Wet verplichte ggz; Wvggz) die zowel de ambulante als klinische gedwongen zorg omvat. Het ministerie van VWS publiceerde op zijn eigen website onder andere een zogenaamde ‘kernboodschap’ waarin uitgelegd wordt waar deze nieuwe wet toe dient. De Wvggz maakt verplichte zorg zoals medicatie en het uitoefenen van toezicht op een patiënt ook in de thuissituatie mogelijk. Een opname geldt als laatste redmiddel. Patiënten en familie krijgen tevens meer inspraak in hoe eventuele verplichte zorg eruit komt te zien. De kernboodschap eindigt met de conclusie dat het tijdig bieden van passende zorg niet alleen beter is voor de patiënt, maar ook voor de samenleving. Ik heb deze kernboodschap aandachtig gelezen en heb mij de afgelopen weken meerdere keren afgevraagd hoe deze kernboodschap zich verhoudt tot de dagelijkse praktijk van psychiaters die net als ik werkzaam zijn op een gesloten opnameafdeling. Ik kan niet anders dan concluderen dat er een grote discrepantie bestaat tussen de geformuleerde doelstellingen uit de kernboodschap en de werkzaamheden die ik moet verrichten. Ik heb enkele grote bezwaren tegen de uitvoering van deze nieuwe wet. Zo is de wet een ramp voor ‘taalzwakke patiënten’, brengt de wet veel extra onnodige administratie met zich mee én zorgt de wet voor juridisering van de psychiatrie en een hiermee samenhangende verhoging van de kosten van zorg. Ook vrees ik dat psychiaters die toch al twijfels hebben, de geestelijke gezondheidszorg zullen verlaten. Enkele van deze punten wil ik verder toelichten.

De Wvggz is een ramp voor ‘taalzwakke patiënten’

Echt contact maken

Patiënten die op onze afdeling worden opgenomen, zijn vaak psychotisch. Een acute dwangopname in een psychiatrische kliniek kan voor hen erg verwarrend zijn en gepaard gaan met hevige spanning, stress en soms ook agressie. Niet zelden hebben patiënten in de uren voorafgaand aan de opname meerdere voor hen onbekende hulpverleners voorbij zien komen of is er voorafgaand aan het vervoer naar de kliniek medicatie toegediend. Bij aankomst op de opnameafdeling is het belangrijk een goede start te maken en aandacht te hebben voor ‘gewone dingen’. Hierbij kan gedacht worden aan het direct beschikbaar zijn van een schone kamer met opgemaakt bed, een rondleiding over de afdeling, het aanbieden van eten en drinken, informeren of de patiënt behoefte heeft aan een douche/toiletartikelen enzovoorts. Het is niet effectief om in deze fase ingewikkelde en lange gesprekken met patiënten te gaan voeren. Belangrijker is om eerst echt contact te maken met de patiënt, uitleg te geven waar en waarom de patiënt is opgenomen en een goede inschatting te maken van het risico op eventuele agressie/suïcidaliteit. Een patiënt die erg psychotisch is, kan nauwelijks zijn aandacht voor langere tijd vasthouden en heeft daarom behoefte aan heldere informatie, verpakt in korte zinnen. Het lukt ons niet altijd om bij opname overeenstemming te bereiken over het voorgestelde medicatiebeleid. Als er geen acuut gevaar dreigt, is dat niet erg en kan het beeld eerst verder geobserveerd worden.

Wij proberen onze communicatie over het beleid dus af te stemmen op wat de patiënt in de crisisfase aankan. Hierbij laten wij ons leiden door eerdere ervaringen met de patiënt, informatie van familie/naasten en de ambulante behandelaren.

Papieren werkelijkheid

Nu naar de Wvggz. Deze nieuwe wet vereist dat er voor opname al een keuze wordt gemaakt in de vormen van verplichte zorg die eventueel nodig zijn tijdens de opname. Op zich is dat een mooi uitgangspunt, maar complicerend is dat de patiënt hierover een aanzienlijke hoeveelheid brieven krijgt waarin dit hem wordt uitgelegd. Een groot aantal patiënten op onze afdeling heeft problemen met de Nederlandse taal; ze zijn laaggeletterd, verminderd begaafd of spreken de taal helemaal niet of heel gebrekkig. Het is dus een illusie om een papieren werkelijkheid te creëren met een stroom aan juridische brieven en dan te denken dat de patiënt goed geïnformeerd is. Ter illustratie: een patiënt die acuut wordt opgenomen, krijgt een brief van de geneesheer-directeur. In deze brief staan de vormen van verplichte zorg die de patiënt naar zijn/haar mening moet krijgen. Je kunt dan denken aan het innemen van medicatie, het uitoefenen van toezicht op een patiënt, het beperken van zijn bewegingsvrijheid of het afzonderen van een patiënt. Bij de daadwerkelijke opname in een kliniek (vaak enkele uren later) moet de kliniekpsychiater vervolgens de huisregels op schrift uitreiken (één à twee pagina’s). Daarna komt de rechter binnen enkele dagen langs en toetst welke vormen van de aangevraagde verplichte zorg gecontinueerd mogen worden voor de duur van maximaal drie weken. Direct na de zitting moet de psychiater bepalen of hij de verplichte zorg die de rechter heeft toegekend ook daadwerkelijk gaat uitvoeren. Deze beslissing stelt de psychiater opnieuw op schrift waarbij hij tevens moet motiveren of de vormen van zorg doelmatig, proportioneel en subsidiair zijn. Ook deze brief behelst weer enkele kantjes. En zo kan ik nog wel even doorgaan. De patiënt ontvangt voortdurend brieven. Ik heb hier grote moeite mee. Waarom zou je ernstig verwarde patiënten ‘lastigvallen’ met een grote stroom aan schriftelijke informatie? Daarnaast verliest een brief van de psychiater zijn waarde als de psychiater voortdurend brieven aan de patiënt schrijft. Een enkele brief wil de patiënt doorgaans nog wel lezen, maar vijf of zes brieven is echt te veel. Hier komt nog bij dat deze brieven vooral een ‘juridisch karakter’ hebben en dat ze absoluut niet zijn afgestemd op de individuele behoefte van de patiënt. De psychiater wordt dus gedwongen juridische doortimmerde brieven af te leveren. De afwikkeling van al deze procedures kost enorm veel administratieve mankracht, uren van de psychiater en ook van de geneesheer-directeur. Al deze tijd is niet beschikbaar voor directe patiëntenzorg. De brieven worden ook in hoog tempo ‘rondgepompt’ naar advocaten, het Openbaar Ministerie en andere betrokkenen. Ik vind dat getuigen van een enorme paranoïdie richting de psychiater: als het niet op papier staat, zal de psychiater het wel niet gedaan hebben (het idee van een papieren werkelijkheid).

Val verwarde patiënten niet lastig met schriftelijke informatie

Overprikkeld

Het achterliggende idee zal ongetwijfeld zijn dat de patiënt goed geïnformeerd wordt. Ik ben juist erg voor een gepersonaliseerde aanpak waarin je de patiënt ‘goed informeert’ al naar gelang zijn draagkracht op dat moment. Maar ik beschouw informeren eerder als een dynamisch concept waarbij je per dag bekijkt wat en hoe je uitlegt. Dat kan de ene keer een heel kort gesprek zijn, de andere keer een lang gesprek en soms misschien zelfs helemaal geen gesprek maar er ‘gewoon zijn’. Daarnaast: in de jaren voordat de nieuwe wet inging, trof ik ook al zelden een patiënt die meer prijs stelde op een brief van mij dan op een gewoon gesprek. Sommige patiënten worden namelijk ronduit agressief van een juridisch getinte brief. Onlangs moest een patiënt zelfs gesepareerd worden omdat hij direct overprikkeld raakte van het ‘zorgplan’ dat wij met hem door moesten spreken.

Nog een voorbeeld: ik typte laatst een brief van drie kantjes aan een patiënt die op dat moment geen enkele prikkel aan kon, en om die reden afgezonderd werd verpleegd. Ik vraag mij dan sterk af waarom de wet veronderstelt dat dit in zijn belang is. Het lijkt mij namelijk veel beter deze tijd te besteden aan het vergaren van concrete informatie naar wat in een dergelijke situatie eerder geholpen heeft. Geen van de hulpverleners of familieleden die ik over deze patiënt sprak, zei dat deze patiënt op zou knappen van lange, juridische brieven van de psychiater. De patiënt zou volgens hen wel baat te hebben bij de voortdurende aanwezigheid van een verpleegkundige.

Van alle artsen wordt verlangd dat zij doelmatige zorg verlenen. De administratieve last die deze nieuwe Wet verplichte ggz met zich meebrengt, helpt in elk geval niet mee aan een efficiënte werkwijze waarbij de psychiater zich vooral kan richten op direct patiëntencontact. Het verhoudt zich ook niet tot de landelijke – en door de politiek ondersteunde! – initiatieven zoals ‘ontregel de zorg’. Ik vermoed dat sommige collega’s de ggz definitief de rug toekeren. En dat is het laatste wat wij als ggz-psychiaters kunnen gebruiken. Wij hebben juist behoefte aan collega’s die zich met hart en ziel willen inzetten voor de zorg aan complexe, psychiatrische patiënten die nergens anders terechtkunnen. Laten we er juist voor zorgen dat ook voor deze patiënten nog psychiaters beschikbaar blijven. Dat zal de zorg pas echt ten goede komen.

Ik blijf, alhoewel het wel erg afzien is met al die formulieren. Maar het minste wat zorgverleners en patiënten mogen verwachten is een spoedige evaluatie van deze wet, waarin gesystematiseerd wordt onderzocht of de nieuwe wet inderdaad aan de geformuleerde doelstellingen voldoet, en niet bijdraagt aan extra leed. 

download pdf

auteur

Josine van Mill, psychiater bij GGZ inGeest, Amsterdam

contact

j.mill@ggzingeest.nl

cc: redactie@medischcontact.nl

lees ook

ggz psychiatrie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • J. Hulshof

    GGZ-arts, Wolfheze

    De analyse van Josine van Mill is mij uit het hart gegrepen. Als we niet al te veroordelend willen denken en spreken over de wetgever / het ministerie van VWS, dan zouden we moeten stellen dat alle betrokken beleidsmakers een heel ander soort psychia...trisch patiënt voor ogen moeten hebben gehad dan de psychiatrische patiënten die we in werkelijkheid zien. Als het over verplichte vormen van zorg gaat, dan gaat het altijd over ernstige psychopathologie met reële gevaren voor het betreffende individu en zijn omgeving. Die hebben inderdaad helemaal geen interesse in alle brieven die ze over zich heen gestort krijgen. Ik spreek hier uit eigen ervaring met mijn "echte" patiënten.
    Het is mij een raadsel hoe de wetgever tot een verplicht brievencircus kon komen zoals dat waarmee we nu opgescheept zitten.
    Het enige goede in de Wvggz, zo ver als ik kan overzien, is dat het in beginsel een behandelwet is en geen opnamewet en dat inderdaad in principe verplichte zorg ook in de thuissituatie kan worden geboden. De tijd zal evenwel moeten leren of dit ook daadwerkelijk effectief in de thuissituatie kan worden toegepast. Vaak zal toch op zijn minst een korte opname nodig zijn om in een veilige omgeving een begin met verplichte zorg te maken (en die in de thuissituatie na ontslag voort te zetten).
    Tenslotte: aan collega De Groot: het door u gesignaleerde machtsmisbruik door psychiaters herken ik niet en zo'n aantijging zal u niet in dank worden afgenomen. Ik vrees dat, net als de beleidsmakers, ook u op dit punt te ver afstaat van de werkelijkheid zoals die is binnen (instellingen van) de GGZ. Wat ik wel herken en onderschrijf in uw schrijven is dat het belangrijk is om steeds goed naar de diagnose te blijven kijken en steeds kritisch te blijven bij de medicatie die je voorschrijft aan je psychiatrische patiënten.

  • Siep de Groot

    huisarts, niet praktiserend, Eelderwolde

    De nieuwe wet Wvggz zorgt voor boze reacties van psychiaters.
    Zij zal nog aangepast worden en zit in de proeffase. Hopenlijk zijn er ook nog psychiaters te vinden die positief aan deze aanpassing gaan werken. De nieuwe wet geeft de patiënt meer rech...ten en dat is een groot goed in onze maatschappij. Niet alleen ongeletterden en “gekken” worden opgenomen maar ook hoog opgeleiden. In de BOPZ had een psychiater veel macht. Hij of zij gaf een IBS af en met een medische verklaring werd die meestal door een rechter bekrachtigd, niet zelden met een gerechtelijke dwaling.tot gevolg. De behandelaar had de mogelijkheid om de Rechterlijke Machtiging ad libitum te verlengen indien de patiënt zich niet aan de regels hield. Misbruik van macht lag hier op de loer. Hopenlijk zal door het papierwerk de psychiater zich tweemaal bedenken om een patiënt met dwang te laten opnemen. De tijd die daarvoor nodig is zou hij aan de patiënt kunnen besteden om te zorgen voor een betere aanpak in thuissituatie. Dwang lost meestal niets op en past niet in onze rechtsstaat. Een patiënt kan er door beschadigd worden en het werkt stigmatiserend. De omgeving van de patiënt kan een IBS gemakkelijk verwarren met TBS. GGNet-Gelderland heeft alle-
    al of niet gedwongen opgenomen- patiënten die langdurig in een psychiatrische kliniek verbleven nog eens onder de loep genomen en zorgvuldig psychiatrisch onderzocht en wat bleek: 47 procent bleek een verkeerde diagnose te hebben, slikte onjuiste of te veel medicatie en kon weer zelfstandig met hulp terug naar de maatschappij.( dagblad Trouw, 30-5-2020).
    Laten we hopen dat het effect van de nieuwe wet is om een daling van het aantal sterk toegenomen dwangopnamen in de laatste jaren in gang te zetten.
    Siep de Groot, huisarts niet praktiserend

  • Maurice Debije

    psychiater , Maastricht

    Hoe overleef ik als psychiater de WVGGZ?
    1. Godzijdank ben ik geen kinder- en jeugdpschiater, anders was ik daar allang vertrokken. De schade dankzij de gemeentes is onherstelbaar. Mijd als ex-KJP dan zeker de WVGGZ Twee rampen achter elkaar is me...er dan de meeste psychiaters aankunnen.
    2. Vraag het Buro Geneesheer Directeur (BGD) om een overzicht van alle lopende machtigingen met expiratie-data. Begin 2 maanden vantevoren. Overleg met het BGD welke termijnen in het proces gehanteerd dienen te worden en houd rekening met vakanties, feestadgen e.d.. Informeer je team over die data: mijn case-managers verzorgen de Zorgplannen en de Zorgkaarten binnen de gestelde termijnen, zodat ik die kan corrigeren en accorderen. Maak afspraken met het BGD over de ondertekening van de formulieren met de juiste data.
    3. Formulitis: knippen en plakken. Uit andere dossiers haal ik ingevulde formulieren en plak de antwoorden in de nieuwe aanvraag.
    4. Motivatie ZM: hanteer centrale begrippen: gebrek aan ziekte-besef, -inzicht en lerend vermogen. Case-managers zijn doorgaans goed op de hoogte van de gevaren (oeps, foutje: ernstige nadelen).
    5. Gebruik standaard antwoorden en update die zo nodig.
    6. Vink bij voorkeur alle maatregelen aan, anders moet je straks weer een hele stapel formulieren invullen.
    7. Waag je niet aan voorspellingen m.b.t. duur en frequentie van maatregelen: dat kunnen we als psychiaters niet en daarvoor is geen wetenschappelijke evidentie. Mijn standaard antwoord: zo vaak en zo lang als nodig is. Standaard reaktie naar advocaten en rechters, die meer specifieke antwoorden wensen: dit is wat we kunnen en daar zult u het mee moeten doen. Dat voorkomt een hoop nonsense discussies.
    8. Verwacht geen wezenlijke veranderingen t.a.v. de administratieve lastendruk, noch in het reguliere werk, noch in de WVGGZ. Dat leert de gang van zaken in de Jeugdwet en de Toeslagen-affaire bij de Belastingdienst.
    Succes. Heb je tips, laat het mij weten.

  • Wil Buis

    Psychiater , Velp (NBr)

    Prachtig beschreven, prima pleidooi om het getij te keren.

  • Anne-Marie van Dam

    Psychiater, Amsterdam

    Josine, je hebt prachtig beschreven hoe we overgenomen zijn door de papieren realiteit en wat voor praktische gevolgen dat heeft. Als ambulant werkend psychiater herken ik het helemaal en ben ik zelf eens een hele middag bezig geweest met alle papier...en rond het regelen van een opname. En uiteindelijk was ik toch nog iets vergeten.
    Deze wet is niet gemaakt door praktijkmensen, hij is niet getest in de praktijk en er is niet geluisterd naar praktijkmensen die dit drama hebben aangekondigd.
    Bedankt Tweede Kamer, namens ons allemaal.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.