Niertransplantatie leidt niet altijd tot normaal leven
Plaats een reactieNog niet de helft (43%) van de mensen bij wie een nier is getransplanteerd, vindt dat hij weer een gezond en normaal leven kan leiden. Dit blijkt uit een studie van een groep Maastrichtse en Groningse onderzoekers onder leiding van hoogleraar revalidatie en handicap Wim van den Heuvel.
De onderzoekers ondervroegen 239 patiënten die een niertransplantatie hadden ondergaan en een controlegroep van evenveel gezonde mensen. Een aanzienlijk deel van de patiënten (38%) geeft aan niet meer op hetzelfde niveau maatschappelijk te kunnen functioneren als vóór de nierziekte.
Het lijkt aannemelijk dat de kwetsbare gezondheid een belangrijke reden is waarom mensen minder aan verplichte activiteiten kunnen deelnemen, schrijven de onderzoekers in een online artikel van Medisch Contact. Omgekeerd echter zijn mensen die wel actief participeren in verplichte activiteiten, ook op andere terreinen actief in de samenleving.
Bij nadere analyse concluderen de onderzoekers dat kwetsbare gezondheid niet een volledige verklaring geeft. Omgevingsfactoren, zoals overbescherming door anderen of te hoge verwachting van anderen, spelen ook een rol. Deze kunnen mensen na een niertransplantatie belemmeren om maatschappelijk weer actief te zijn.
Volgens de onderzoekers moet er na de transplantatie meer aandacht zijn voor het opvatten van activiteiten. Patiënten ervaren nogal eens weerstand als zij maatschappelijk willen participeren. Dit komt ook voort uit gebrek aan kennis over de mogelijkheden na een niertransplantatie. Gezien de variatie die optreedt in maatschappelijke participatie, is extra aandacht geboden voor getransplanteerde patiënten met bijwerkingen, comorbiditeit, hogere leeftijd en patiënten die het idee hebben weinig controle te kunnen uitoefenen op wat er om hen heen gebeurt. Deze extra aandacht is ook nodig voor patiënten die pas geleden zijn getransplanteerd. In overleg met de nefroloog zouden huisarts en bedrijfsarts meer aandacht aan deze patiënten kunnen geven om deelname aan maatschappelijke activi-teiten te stimuleren, aldus de onderzoekers.
Overigens blijkt dat 48 procent van de patiënten die een niertransplantatie ondergingen, een betaalde baan heeft. Maar uit vergelijking met een onderzoek onder
patiënten met verschillende chronische ziekten leiden de onderzoekers af dat de getransplanteerde groep vaker een betaalde baan heeft dan andere chronisch zieken (48 versus 34%). << ILS
Lees hier het artikel naar aanleiding van het onderzoek van W.J.A. van den Heuvel c.s.
- Er zijn nog geen reacties
