Laatste nieuws
Wetenschap

Neusspray vasopressine verbetert symptomen autisme

Plaats een reactie

Vasopressine lijkt het sociaal gedrag van patiënten met autisme in gunstige zin te veranderen, blijkt uit twee klinische trials waarin de werking van het neuropeptide werd beïnvloed. Bij kinderen werkte dat overigens stukken beter dan bij volwassen.

De ratio achter beide – overigens verschillende – behandelingen, waarvan de resultaten zijn gepubliceerd in Science Translational Medicine, is dat onderzoek bij muizen, ratten en apen heeft laten zien dat vasopressine sociaal gedrag reguleert en dat behandeling van autisme op dat mechanisme zou kunnen aangrijpen.

In de eerste gerandomiseerde trial (fase 2) gingen Federico Bolognani e.a. de werkzaamheid na van de vasopressine-receptor antagonist balovaptan bij 223 volwassen mannen met een matige tot ernstige autismespectrumstoornis. De onderzoekers maakten vier groepen: drie kregen 12 weken lang dagelijks ofwel 1,5 mg, ofwel 4 mg ofwel 10 mg balovaptan, één groep kreeg een pacebo. Bolognani e.a. vonden geen verbeteringen – gemeten met de ‘Social Responsiveness Scale’ – ofschoon de twee groepen met de hoogste doses op een andere test wel enige verbetering lieten zien in termen van socialisatie en communicatieve vaardigheden.

In een tweede, aanmerkelijk succesvoller verlopen dubbelblind gerandomiseerde trial gaven Karen Parker e.a. kinderen dagelijks, gedurende vier weken een neusspray met een hoge dosis vasopressine (17 kinderen) of een placebo (13 kinderen). Het betrof 25 jongens en vijf meisjes van 9,6 tot bijna 13 jaar. 

Tests die de kinderen in het laboratorium deden en vragenlijsten die ouders en artsen invulden, toonden aan dat het sociale gedrag van de 17 behandelde kinderen duidelijk was verbeterd. Ze konden beter gezichtsuitdrukkingen herkennen en emoties van anderen interpreteren, hadden minder last van angst en van repetitief gedrag, en hun sociale communicatie was er ook op vooruitgegaan.

Voor de onderzoekers zijn de uitkomsten van beide studies voldoende reden om door te gaan met onderzoek naar de therapeutische waarde van beide middelen. Het gebruik ervan lijkt in ieder geval veilig: de onderzoekers vonden in beide trials geen bijwerkingen. 

Sci.Transl. Med., 11, eaau7356(2019)
Sci.Trans.Med., 11, eaau7838(2019)

Lees ook

Wetenschap psychiatrie kindergeneeskunde autisme
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.