Laatste nieuws
Henk Maassen
Henk Maassen
7 minuten leestijd
muziek

‘Mijn werk is vooral psychologie’

Boni Rietveld behandelde duizenden dansers en musici

Plaats een reactie
Kick Smeets
Kick Smeets

Orthopedisch chirurg en musicus Boni Rietveld staat aan de wieg van de muziek- en dansgeneeskunde in Nederland. Duizenden musici en dansers consulteerden hem. ‘Ik zal nooit tegen hen zeggen: stop er maar mee. Dan ben je meteen het vertrouwen kwijt.’

Het is een druilerige dag, begin november. In de Nijmeegse Petruskerk verzamelen zich de deelnemers aan de cursus Dans, Muziek en Geneeskunde van de Radboudumc Health Academy. Voor in de kerk maakt een besnorde man met vlinderstrik zich gereed om op zijn trompet te blazen. Zijn trompetspel blijkt het gloedvolle, opwekkende startsein van de cursus. Hij zal het die dag na de diverse pauzes nog een paar keer doen, en welbespraakt het slotwoord voor zijn rekening nemen. Dat orthopedisch chirurg én musicus dr. Boni Rietveld (67) bij dit soort gelegenheden muziek ten gehore brengt is niet uitzonderlijk, vertelt hij een paar weken later: ‘Ik doe het bijna altijd. Het kan ook makkelijk, want ik ga nooit op pad zonder mijn instrument.’

Rietveld is sinds vorig jaar met pensioen. 25 jaar lang behandelde hij in het door hem opgerichte Medisch Centrum voor Dansers & Musici (MCDM) van Haaglanden Medisch Centrum (HMC) Westeinde in Den Haag meer dan 10 duizend dansers en duizenden muzikanten (zie voor meer hierover de reportage ‘Kapot van Muziek’, blz. 28). Hij was een begrip: van heinde en verre kwamen patiënten naar hem toe voor een consult. Maar stilzitten doet hij nog steeds niet. Hij besteedt nu veel tijd aan het overdragen van zijn kennis en ervaring, geeft veel presentaties en colleges, doet wetenschappelijk onderzoek, en is lid van het hoofdbestuur van de internationale Performing Arts Medicine Association.

Rietveld studeerde geneeskunde in Leiden en deed gelijktijdig het conservatorium in Den Haag, met als hoofdvak trompet en bijvak harp. Die harp is – ‘met pijn in mijn hart’ – wat op de achtergrond geraakt. ‘Het is een hele toestand om hem mee te nemen en het kost veel tijd om er dagelijks op te spelen, vanwege het stemmen en het vervangen van snaren.’ Trompet speelt hij al ruim vijftig jaar elke dag: ‘Al is het maar een kwartiertje.’

'Ik ga nooit op pad zonder mijn instrument'

Barok en oude jazz

Behalve dokter is Rietveld altijd optredend musicus gebleven. ‘Mijn absoluut favoriete muziek zijn de prachtige fanfares en solostukken voor trompet van de Engelse barokcomponist Jeremiah Clarke (1674-1707, red.).’ Rietveld vormt bij de uitvoering daarvan, veelal in kerken, een vast duo met organist Jaap Stork, met wie hij in 2011 een cd heeft opgenomen. Sinds 1973 speelt hij ook in een jazzorkest oude stijl, zijn tweede liefde in de muziek. ‘Mijn interesse in jazz eindigt op 31 december 1929, want we spelen uitsluitend muziek uit de roaring twenties.’

Hij was een muzikaal kind: ‘Ik maakte zelfs muziek op de wasmachineslang. Op de christelijke basisschool werd het Bijbelverhaal verteld, waarin David, spelend op zijn harp, Saul tot rust brengt. Daar is mijn interesse in de combinatie van muziek en geneeskunde begonnen. Aanvankelijk overwoog ik muziektherapie. Maar dat vond ik toen, in 1970, toch een te vage richting. Daarom koos ik voor geneeskunde en ben naar het conservatorium gegaan.’ Na een intermezzo als commando in het leger, trad hij na zijn afstuderen in de voetsporen van zijn vader, die ook orthopedisch chirurg was. Hij hoorde toen over een orthopedisch chirurg die verbonden was aan het New York City Ballet: William Hamilton – nu 87 jaar en nog steeds actief. ‘Bij hem ben ik in de leer geweest, bij hem ook ontvlamde mijn enthousiasme voor de dans. Ik ontdekte dat dans de perfecte synthese is van mijn drie grote passies: muziek, sport en het menselijk steun- en bewegingsapparaat.’ De eerste stappen in de dans- en muziekgeneeskunde zette Rietveld vervolgens als vaste orthopedisch chirurg van het Nederlands Dans Theater.

Kick Smeets
Kick Smeets

Voor u zijn dans- en muziekgeneeskunde één discipline. Sommigen zien ook overeenkomsten met de sportgeneeskunde. Hoe ziet u dat?

‘Sport gaat over competitie, dans en muziek over communicatie. Ik denk dat de psychologische overeenkomst tussen dansers en musici groter is dan tussen dansers en sporters. Uitvoerend kunstenaars willen emoties teweegbrengen, iets uitdrukken, je ziel beroeren. Doordat het zo veeleisend is, zijn ze uitermate kwetsbaar voor de geringste blessures. En een blessure is meteen bedreigend voor hun passie: het is hun leven. Dus is een groot deel van mijn werk een kwestie van psychologie. Het is daarbij essentieel dat ik zelf professioneel musicus ben, en dus de psychosociale kant van de uitvoerende kunstenaar van binnenuit ken. Ik zal daarom nooit tegen een danser of musicus zeggen: stop er maar mee. Dan ben je meteen het vertrouwen kwijt.’

'Een blessure is meteen bedreigend'

Wat zou er gebeuren als u om wat voor reden dan ook zelf niet meer zou kunnen spelen?

‘Dat is een heel emotionele vraag. Musicus zijn is een deel van mijn psychologische identiteit. Ik doe er alles aan om in goede conditie te blijven – ik ben een fervent hardloper, ik fiets. Ik moet een sterk gebit houden – dat is belangrijk voor een trompettist – en de kracht hebben om het instrument omhoog te houden. Een goede fysieke en psychologische conditie is voor elke musicus belangrijk, vind ik. Musici moeten daarom sportief actief zijn. Maar ooit gaat het natuurlijk wat minder worden. Dat verdring ik nu, want dan zal ik een stuk van mezelf kwijtraken.’

Kick Smeets
Kick Smeets


Zijn er – in grote lijnen – verschillen tussen muziekgenres in termen van blessures en klachten?

‘In de klassieke muziek zijn de eisen aan de exactheid van de uitvoering en de juiste interpretatie dwingender dan in de lichte muziek. Zeker als trompettist vereist het lef – of in ieder geval een zeker gebrek aan bescheidenheid – om dat te kunnen waarmaken. Elke misser wordt immers gehoord. Musici hebben mede daardoor vaak te maken met chronische overbelastingsblessures, die meestal houdingbepaald zijn: lang in dezelfde pose spelen, steeds dezelfde passage oefenen. Daarom is wetenschappelijk onderzoek zo belangrijk: door zulke en andere blessures te bestuderen krijgen we handvatten om aan preventie te doen en daarbij rekening te houden met de verschillen tussen instrumentalisten. Voorbeeld: de eerste violisten in een symfonieorkest spelen relatief meer in de hogere posities op de hoge snaren en dat is qua houding meer belastend voor de linker- dan voor de rechterschouder. Een altviolist of een tweede violist speelt meer op de lage snaren en belast juist zijn rechterschouder meer. In de lichte muziek zijn er andere gevaren. Ik noem een paar bekende gevallen: Amy Winehouse, Michael Jackson – beiden bezweken aan verslavingen. Klinisch arbeidsgeneeskundige Leo Elders heeft daar het begrip ‘artist deterioration syndrome’ voor gemunt: een prachtige term die ik vaak in de spreekkamer heb gebruikt, bijvoorbeeld als er weer eens een rockmuzikant zijn beklag deed over het zware tourschema. De sleutel ligt bij een goed management. Als de manager de musicus als een verdienmodel ziet, dan zit die in de gevarenzone. Helaas zit de manager niet in mijn spreekkamer.’

Dat u in 2000 een eigen tarief voor de orthopedische behandeling van dansers en musici kreeg, heeft u het belangrijkste wapenfeit uit uw carrière genoemd.

‘Ja. Het gaat namelijk om patiënten die meer tijd en aandacht vragen dan je tot je beschikking hebt in de standaardzorg. Een kort consult volstaat niet. In verreweg de meeste gevallen gaat het om conservatieve therapie met uitgebreide uitleg en ondersteuning door oefentherapie, mensendieck of fysiotherapie. Destijds werd je voor operatieve verrichtingen weliswaar goed betaald, maar voor het consult kreeg je weinig. Het lukte om daar een tarief voor te regelen en iedereen daarin mee te krijgen: de zorgverzekeraars, de Nederlandse Orthopaedische Vereniging en de raad van bestuur van mijn ziekenhuis. Dat is vooral erkenning voor de uitvoerende kunstenaars! Ik heb dat tarief nog kunnen ombouwen naar een eigen dbc, maar toen we de DOT’s kregen werd het tarief te laag. Dus zijn we nu weer terug bij af.’

Droom

Rietvelds droom is dat er een bijzondere leerstoel dans- en muziekgeneeskunde komt. Momenteel onderzoekt hij de haalbaarheid, ‘ijverig, maar enigszins onder de radar’. Het liefst ziet hij dat ingebed in een samenwerkingsverband tussen het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en de Universiteit Leiden, de instellingen waar hij zelf is opgeleid. Maar of het ervan komt durft hij niet te zeggen. Hij wijst op de Duitse situatie: ‘Daar zijn voorbeelden van dergelijke leerstoelen, bekleed door medici, die als hoogleraar muziekfysiologie of ‘Musikermedizin’ verbonden zijn aan conservatoria in onder meer Berlijn, Dresden en Hannover.’

'In de lichte muziek zijn er andere gevaren'

Zou zo’n leerstoel beide aspecten van de dans- en muziekgeneeskunde moeten verenigen: behandeling en preventie van blessures bij musici en dansers, én de toepassing van muziek in therapeutische zin?

‘Dat is een vraag waar ik al jaren mee worstel. Nog een keer het voorbeeld van de sportgeneeskunde. Die gaat grosso modo over het behandelen en voorkomen van blessures bij sporters. Maar de discipline kwam mijns inziens pas echt op stoom toen men duidelijk ging maken dat sporten gezond is. De dans- en muziekgeneeskunde loopt wat dat betreft achter. Bij contacten met mensen die niet in deze wereld actief zijn, merk ik bovendien nog geregeld verwarring over het verschil tussen muziekgeneeskunde en muziektherapie. Volgend jaar bestaat de Nederlandse Vereniging voor Dans- en MuziekGeneeskunde (NVDMG) vijftien jaar, een mooi moment om de krachten te bundelen met de mensen die zich inzetten voor ‘muziek als medicijn’ en muziektherapie. Daar zou zo’n bijzondere leerstoel een belangrijke rol in kunnen spelen. Ik zou dan ook niet langer willen spreken van dans- en muziekgeneeskunde maar van “dans, muziek en geneeskunde”: dan vat je alles onder één noemer.’

Webverwijzingen

Op 28/11/2017 promoveerde Boni Rietveld op ‘Performing Arts Medicine with a focus on Relevé in Dancers, zie: http://hdl.handle.net/1887/58767

Een kort interview met Boni Rietveld inclusief trompetspel:

Zie ook:

Zie verder:

www.haaglandenmc.nl/mcdm

www.nvdmg.org

www.iadms.org

www.artsmed.org

Boni Rietveld heeft een hoofdstuk van zijn proefschrift gewijd aan de geschiedenis van dans en muziekgeneeskunde, dat is online te vinden: https://openaccess.leidenuniv.nl/bitstream/handle/1887/58767/02.pdf?sequence=5

Beluister de podcast:

muziek orthopedie
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is sinds 1999 journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg. Hij stelt wekelijks de Media & Cultuur-pagina’s samen.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.