Meer euthanasie, minder vaak bij dementie

In 2014 is er bij de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie iets minder vaak dan in 2013 melding gedaan van euthanasie of hulp bij zelfdoding bij patiënten met een psychiatrische aandoening of met dementie, zo blijkt uit het jaarverslag van de RTE’s.

Het totaal aantal meldingen van euthanasie of hulp bij zelfdoding was in 2014 5306, een stijging van 10 procent ten opzichte 2013. In 5033 gevallen was er sprake van euthanasie, in 242 gevallen hulp bij zelfdoding en in 31 gevallen een combinatie van beide. Bij vier meldingen oordeelde de RTE dat de arts niet zorgvuldig te werk was gegaan. In de meeste gevallen was kanker de oorzaak van het uitzichtloos en ondraaglijk lijden, gevolgd door hart- en vaataandoeningen en aandoeningen van het zenuwstelsel.

In 41 gevallen betrof het een patiënt met een (uitbehandelde) psychiatrische aandoening, in 2013 waren dat 42 en in 2012 waren het er 14. Van de 50 in 2014 afgehandelde meldingen (9 kwamen er nog uit het jaar voorafgaand), kwamen er 19 van een arts verbonden aan de Levenseindekliniek. In één van de gevallen die in 2014 werden beoordeeld, werd geoordeeld dat een huisarts niet zorgvuldig te werk was gegaan. De arts had meer tijd moeten nemen voor gesprekken met de bejaarde patiënte, ook buiten aanwezigheid van haar kinderen. Bovendien had er een extra psychiatrisch deskundige moeten worden geraadpleegd.

Bij 81 meldingen ging het om patiënten met dementie; in 2013 waren dat er 97. In verreweg de meeste gevallen ging het, volgens de RTE’s om patiënten die zich in de beginfase van dementering bevonden en die nog inzicht hadden in hun ziekte en in de symptomen. Bij 12 meldingen speelde naast dementie ook een ander aandoening een rol, zoals kanker of de ziekte van Parkinson. Bij 14 meldingen was de arts verbonden aan de Levenseindekliniek. Alle meldingen werden door de RTE’s als zorgvuldig beoordeeld.

Simone Paauw

Jaarverslag RTE’s