Maanziek
Plaats een reactieTaalkundige Nicoline van der Sijs laat wekelijks de oorsprong zien van een bekende medische term.
Iemand die wispelturig is en voortdurend van stemming verandert, wordt maanziek genoemd. Een echte ziekte is het tegenwoordig misschien niet, maar daar dacht men vroeger anders over. Het woord maanziek is al heel oud, het wordt al in 1332 vermeld, met als synoniemen maensch, manich en maensuchtich. In de Middeleeuwen duidde men met maanziek een ernstige ziekte aan, een tijdelijke krankzinnigheid die zich onder andere uitte in epileptische aanvallen en slaapwandelen. Het woord is een vertaling van het Latijnse lunaticus, dat epileptisch, maanziek betekende en een afleiding was van luna (maan). Men bracht vroeger ziekten, en in het bijzonder epilepsie, in verband met de maanfasen: volgens het volksgeloof vond een aanval van de ziekte plaats tijdens volle maan, doordat de maan een zinsverbijsterende werking bezat.
Het volksgeloof dat de maan invloed uitoefende op de geest, is ook terug te vinden in het woord luim (stemming, bui). Dit woord is waarschijnlijk ook afgeleid van het Latijnse luna. In het Middelnederlands sprak men van lune of luyne (wisselende gemoedstoestand), in het Duits bestaat nog Laune. De n in luyne is dan in een m veranderd. Dit kwam vaker voor, vergelijk pelgrim uit Latijn pelegrinus, peregrinus. Ook kan er sprake zijn van de invloed van luimen (loeren).
- Er zijn nog geen reacties