LHV: geen onderzoek naar draagvlak ANW-diensten

De LHV zal vooralsnog geen onderzoek doen naar het draagvlak onder huisartsen voor verplichte diensten op de huisartsenpost. Dat meldt de huisartsenvereniging in reactie op een vandaag gepubliceerde enquête waarin wordt gesuggereerd dat er nog slechts een krappe meerderheid van de huisartsen is voor de handhaving van de verplichte ANW-diensten.

In de enquête van HuisartsVandaag en de Landelijke Vereniging van Praktijkhoudende Huisartsen (VPHuisartsen) gehouden onder 1093 huisartsen werd gevraagd naar de houding van huisartsen ten opzichte van de manier waarop de 24-uursbeschikbaarheid van huisartsenzorg momenteel is vormgegeven. De uitkomsten suggereren dat er op dit moment onder praktijkhouders en hidha’s een kleine meerderheid is voor handhaving van de 24-uurszorgplicht waarbij de huisarts-praktijkhouder zelf verantwoordelijk is deze zorg te  (laten) leveren (respectievelijk 52 en 51%). Ruim zes van de tien waarnemers zijn eveneens voor.

De LHV laat via woordvoerder Dianne Paarhuis weten dat het onderzoek is gehouden onder een specifieke populatie die niet representatief is voor de LHV-achterban. De LHV is dan ook op het moment nog niet van plan om opnieuw de achterban te raadplegen over dit onderwerp. ‘Het standpunt van de LHV is dat iedere Nederlander recht heeft op goede en toegankelijke 24-uurszorg en dat huisartsen deze zorg op zich moeten nemen.’

De uitkomsten van de enquête doen vermoeden dat de steun onder huisartsen voor de verplichtstelling van het leveren van 24-uurszorg aanzienlijk is afgenomen. Uit een LHV-enquête uit 2004 bleek dat destijds nog 77 procent van de huisartsen hier voor was. Ruim de helft van de LHV-leden (58%) vond tevens dat de huisarts-praktijkhouder verantwoordelijk moest zijn voor het organiseren en leveren van de 24-uurszorg voor de eigen patiënten. Uit de enquête van HuisartsVandaag en VPHuisartsen blijkt dat momenteel 40 procent van de praktijkhouders tegen de individuele verplichtstelling is. Het afnemende draagvlak lijkt vooral te wijten aan de toegenomen werkdruk. 66 procent van de huisartsen gaf aan dat de verhoogde werkdruk een reden was voor het wijzigen van hun mening over de ANW-diensten. Het honorarium was voor 49 procent een reden voor het bijstellen van hun opvatting.

Eveneens meldt 70 procent van de geënquêteerden dat zij vindt dat het werk op de huisartsenpost steeds minder te maken heeft met de kernwaarden van het vak, zoals persoonlijk contact, een vertrouwde arts-patiëntrelatie, contextgerichte huisartsgeneeskunst en de rol als poortwachter.

Twan van Venrooij

Lees hier de enquête (inloggen vereist)

Lees ook:

• Meer nieuws