Laatste nieuws
2 minuten leestijd
Nieuws

Levensmoeheid blijft moeilijke categorie

Plaats een reactie

Lijden aan het leven is een medisch niet-classificeerbare categorie aldus de Hoge Raad in 2002. De praktijk is echter ingewikkelder, zo blijkt uit het proefschrift van Mette Rurup.


Ongeveer 5 procent van alle aanvragen om euthanasie komt van mensen die ‘klaar zijn met het leven’ - het gaat daarbij vooral om tachtigplussers. Dat blijkt uit het onderzoek van Mette Rurup waarop ze 15 september promoveert aan de VU te Amsterdam. Bij deze mensen is geen ernstige ziekte te constateren. Meestal zijn de problemen waarmee ze kampen van sociale aard, ofschoon bijna 80 procent wel één of meer kleine kwalen heeft. In de meeste gevallen weigeren artsen aan het verzoek te voldoen. In een enkel geval blijken artsen zelfs in staat met een behandeling het bestaan van deze patiënten zodanig te verlichten dat ze hun verzoek weer intrekken.



Een veel grotere groep zegt ‘levensmoe’ te zijn: de meerderheid van hen lijdt echter wel aan een ernstige ziekte. De meeste euthanasieverzoeken van patiënten met kanker in deze groep worden ingewilligd, maar verzoeken van patiënten die een andere of geen ernstige ziekte hebben, worden meestal geweigerd. Bepalende factoren blijken: de aanwezigheid van ondraaglijk en uitzichtloos lijden, de afwezigheid van alternatieven en de afwezigheid van depressieve symptomen.


De Hoge Raad stelde in 2002 dat het lijden in overwegende mate moet zijn bepaald door een medisch classificeerbare aandoening, wil een arts aanspraak kunnen maken op straf-uitsluiting bij euthanasie. Maar dat sluit niet aan bij de medische praktijk, aldus Rurup. ‘Oudere mensen zonder ernstige ziekte hebben immers vaak wel ernstige klachten en bij patiënten met ernstige ziekten speelt levensmoeheid vaak een belangrijke rol.’



Rurup wil daarom meer onderzoek naar de incidentie van wensen om te sterven, naar de redenen waarom mensen deze wensen hebben en naar de mogelijkheden om die wensen te elimineren of althans minder urgent te maken. ‘In een verouderende maatschappij is het nu eenmaal van groot belang dat artsen mogelijkheden hebben om de kwaliteit van leven van ouderen met een stervenswens te verbeteren. Als duidelijk is wat die mogelijkheden zijn, zijn artsen ook beter in staat om verzoeken om euthanasie van mensen die klaar zijn met leven te beoordelen.’



Ze keek ook naar de praktijk rond demente bejaarden met een euthanasieverklaring. Artsen blijken die weliswaar met de naaste familie te bespreken, maar tot euthanasie komt het slechts zelden. Is dat toch het geval, dan wordt het niet gemeld. De reden dat artsen deze gevallen niet melden is, volgens Rurup, dat de euthanasiewet op dit punt voor artsen onhelder is: ‘Die geeft geen duidelijke aanwijzingen hoe zorgvuldigheidseisen moeten worden geïnterpreteerd als een patiënt wilsonbekwaam is.’ Rurup stelt voor de meldingsdrempel voor artsen te verlagen, door helderheid te verschaffen met behulp van richtlijnen. << HM

 

Nieuws levenseinde Brongersma ouderen
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.