Kort geding Pfizer afgewezen

Het kort geding dat geneesmiddelenproducent Pfizer eerder deze maand aanspande tegen de Nederlandse Staat is deze week afgewezen door de rechtbank in Den Haag.

Pfizer betwistte de door de Commissie Farmaceutische Hulp (CFH) gestelde bewijseisen voor opname van het antirook­middel varenicline (Champix) in het geneesmiddelenvergoedings­systeem (GVS). De rechter stelt dat Pfizer nog tweemaal de gelegenheid heeft bezwaar kenbaar te maken voor het advies van CFH aan de minister volgt. Het door Pfizer gewenste ingrijpen door de minister is daardoor nog niet aan de orde. De rechtbank laat met de uitspraak in het midden of Pfizer op inhoudelijk gebied in haar recht staat.

Om in aanmerking te komen voor opname in het basispakket, moest varenicline worden vergeleken met de standaardbehandeling. Pfizer maakte in de aanvraag een vergelijking met nicotinevervangende middelen en bupropion (Zyban). De CFH gaf in haar conceptrapportage aan dat de therapeutische waarde van varenicline onvoldoende vaststaat. Bovendien eiste de CFH een vergelijking met nortriptyline (Nortrilen). Dit middel wordt in de CBO-richtlijn genoemd als mogelijk behandelalternatief. Nortriptyline heeft echter geen handelsvergunning voor de indicatie stoppen met roken. << KG