Kinderkanker vraagt om EU-samenwerking

In het Europees Parlement wordt op woensdag 9 februari een rapport over de stand van het onderzoek naar kinderkanker in Europa gepresenteerd. De auteurs concluderen dat er nog meer samenwerking tussen landen moet plaatsvinden om het kinderoncologisch onderzoek te verbeteren.

De presentatie vindt plaats tijdens een speciaal event dat in het teken staat van International Childhood Cancer Awareness Day, op 15 februari. Het rapport ‘The state of research into children with cancer across Europe: new policies for a new decade’ is samengesteld door de European Society for Paediatric Oncology (Siope) en het Centre for Global OncoPolicy.

Volgens de auteurs is meer samenwerking tussen landen nodig om het kinderoncologisch onderzoek te verbeteren. Zij pleiten daarom voor een goede langetermijnfinanciering vanuit de EU voor een Europa-breed netwerk op het gebied van klinisch onderzoek naar kanker. ‘Dit is een essentiële voorwaarde voor het effectief testen en verspreiden van nieuwe therapieën en technieken’, zegt onderzoekster professor Kathy Pritchard-Jones, tevens voormalig voorzitter van Siope. ‘We moeten ook behandelingsuitkomsten bestuderen, waarvoor een Europees epidemiologisch registratiesysteem voor kinderkanker van belang is.’

Kinderoncologie is een groeiend onderzoeksgebied volgens de auteurs, en dat heeft ertoe geleid dat meer en meer kinderen de ziekte overleven en hun kwaliteit van leven toeneemt. De financiering van het onderzoek blijkt echter niet voldoende om dit positieve effect over de lange termijn voort te zetten.

De onderzoekers brachten stand van het kinderoncologisch onderzoek en de internationale samenwerking op dit gebied in kaart. Er zijn tussen 1997 en 2008 wereldwijd 31.144 onderzoeksartikelen gepubliceerd op het gebied van pediatrische oncologie, wat 5 procent van het totaal aan kankeronderzoek gedurende deze periode beslaat. In de laatste drie jaar van deze periode is het kinderoncologisch onderzoek flink toegenomen.

Niet geheel verrassend, blijken Canada en de VS nauw samen te werken, maar er vindt weinig samenwerking tussen Noord-Amerika en Europa plaats. EU-landen werken steeds meer met elkaar samen, met name Nederland en Duitsland doen dit veel. Oost-Europese landen blijven echter achter, terwijl die juist veel baat zullen hebben bij meer samenwerking met landen met een verder ontwikkelde onderzoeksstructuur.

De auteurs schrijven dat met name Nederland bij andere landen gewild is als samenwerkingspartner en dat Nederlandse onderzoeksartikelen het meest worden geciteerd, gevolgd door onderzoek uit de VS, het Verenigd Koninkrijk en Zweden. Leidende Europese onderzoekscentra bevinden zich in Nederland (Rotterdam en Amsterdam), Duitsland, Frankrijk en het University College in Londen. Het kinderoncologisch onderzoek in Nederland wordt voornamelijk gerepresenteerd door de Erasmus Universiteit in Rotterdam en de universiteiten van Amsterdam: de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit.

Reina Zijlstra

‘The state of research into children with cancer across Europe: new policies for a new decade’

Verder:

• Artikel: Na de kinderkanker
• Meer nieuws