Laatste nieuws
Wetenschap

Kans op borstkanker bij transvrouwen stijgt na hormonale behandeling

Plaats een reactie
getty images
getty images

Na hormoonbehandeling hebben transgendervrouwen een hogere kans op borstkanker dan voor hun transitie. Zij zouden moeten deelnemen aan de normale borstkankerscreening.

Transvrouwen (zij die een transitie van man naar vrouw hebben ondergaan) hebben een hogere kans op borstkanker dan cismannen (mannen die geen transitie hebben ondergaan). Hun kans is wel lager dan die van cisvrouwen (vrouwen die geen transitie hebben ondergaan). Het is de conclusie van Christel de Blok en andere onderzoekers van Amsterdam UMC op basis van retrograad onderzoek naar borstkankerrisico bij transgendermannen en -vrouwen. Hiervoor gebruikten zij de gegevens van de genderpoli van het VUmc, de plek waar het overgrote deel van zorg voor transgenderpersonen van Nederland plaatsvindt. Zij gebruikten gegevens van transgenderpersonen die daar tussen 1972 en 2016 zijn behandeld en hormonale behandeling ondergingen.

Bij 17 van de 2260 geïncludeerde transvrouwen werden later (mediane duur na hormoonbehandeling achttien jaar) vijftien invasieve en drie non-invasieve mammatumoren vastgesteld. In vergelijking met cismannen is de incidentie van borstkanker bij deze groep 47 keer hoger. In vergelijking met cisvrouwen is deze 3 keer lager. Bij 4 van de 1229 transmannen in de studie trad borstkanker op (mediane duur na hormoonbehandeling vijftien jaar). Deze incidentie is 5 keer lager dan bij cisvrouwen, en 59 keer hoger dan bij cismannen. Endocrinoloog Martin den Heijer, laatste auteur van deze studie: ‘We hebben lang gedacht dat de kans op borstkanker bij transvrouwen niet hoger was dan bij cismannen, dat hormoonbehandeling geen effect hierop zou hebben. Dat is dus wel het geval. Relatief neemt dat risico zelfs flink toe, maar het blijft ruim onder dat van cisvrouwen.’ Wat betekent dit voor de behandeling van transgendermensen die nog moeten starten met behandeling? ‘Het risico is niet zo groot dat we daarom mensen zouden afraden om hormoonbehandeling te starten, maar ze moeten zich er wel bewust van zijn. En meedoen aan het bevolkingsonderzoek naar borstkanker, waar ze overigens ook gewoon voor worden opgeroepen als ze bij de gemeente staan geregistreerd als vrouw.’ Voor transmannen is van belang dat zij zich bewust zijn van het verhoogde risico en verdachte knobbels in de borst laten controleren.

Het retrospectieve onderzoek laat nog vragen open, zegt Den Heijer: ‘We weten bijvoorbeeld niet of er bepaalde doseringen, of toedieningswijzen van hormonen zijn die minder bijdragen aan het kankerrisico. We weten ook niet van alle deelnemers of er sprake was van BRCA-mutaties en hoezeer deze het risico beïnvloeden.’ Het is daarom de vraag of genetisch onderzoek moet plaatsvinden voorafgaand aan een hormonale behandeling. Den Heijer: ‘We vragen wel naar het vóórkomen van borstkanker in de familie en als de familieanamnese wijst op een verhoogd risico dan overleggen we daarover met de patiënt. Als patiënten weten dat zij drager zijn van een BRCA1-mutatie, dan adviseren we hen dezelfde screening te ondergaan zoals die we bij cisvrouwen met deze aanleg zouden adviseren.’ Is in dergelijke gevallen niet te overwegen om helemaal niet te starten met hormonale therapie? ‘Dat is eigenlijk vergelijkbaar met het aandoen van een ovariëctomie bij alle vrouwen met een BRCA1-mutatie: dat doen we niet zomaar. De genderkwestie is vaak een groter issue voor de patiënt dan een verhoging van het risico op borstkanker. Dit overleggen we dus met de patiënt, en eventueel vindt er een moreel beraad plaats.’

Als er sprake is van een hormoongevoelige tumor, is vervolgens wel het advies om te stoppen met hormonen, zegt Den Heijer: ‘Op dat moment is dat beter bespreekbaar. Als iemand begint met hormonen, geeft dat vaak een enorm positief gevoel, een gevoel van thuiskomen in het eigen lichaam. Als iemand al jaren hormonen heeft gebruikt, heeft het stoppen een minder grote negatieve impact op de genderidentiteit. Net zoals cisvrouwen zich na de overgang niet minder vrouw voelen.’

The BMJ, 2019. Doi: 10.1136/bmj.l1652
lees ook

Wetenschap screening borstkanker transgender oncologie borstkankerscreening
  • Sophie Broersen

    Sophie Broersen was journalist bij Medisch Contact van 2008 tot 2021. Na haar studie geneeskunde en huisartsopleiding ging zij als journalist aan de slag. Bij Medisch Contact schreef zij over geneeskunde en zorg in de volle breedte: van wetenschap tot werkvloer, van arts-patiëntrelatie tot zorg over de grens. Samen met de juristen van de KNMG becommentarieerde zij tuchtzaken. Na haar journalistieke carrière is zij in 2021 weer als arts gaan werken.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.