Laatste nieuws
Ilse Kleijne
Ilse Kleijne
8 minuten leestijd
interview

‘Ik wil dat Den Haag zich bewust is van de kracht van huisartsen’

LHV-voorzitter Mirjam van ’t Veld zoekt samenwerking met gemeenten

1 reactie
Ed van Rijswijk. Mirjam van ’t Veld: ‘Als covid een ernstige griep wordt, waar denk je dat de druk dan komt te liggen in elke golf?’
Ed van Rijswijk. Mirjam van ’t Veld: ‘Als covid een ernstige griep wordt, waar denk je dat de druk dan komt te liggen in elke golf?’

Als nieuwe LHV-voorzitter moest Mirjam van ’t Veld de Haagse beleidsmakers wijzen op de drukte die corona bij huisartsen teweegbrengt. Voor de langere termijn wil ze de huisarts beschermen tegen te veel taken. ‘Waak voor schaalvergroting en specialisatie.’

Het is koud op de kamer van Mirjam van ’t Veld. Het ventilatie­advies wordt goed opgevolgd op de LHV-burelen, het waterkoude windje en de dikke mist buiten ten spijt. Het interview vindt plaats een dag nadat huisarts in opleiding Bernard Leenstra aangifte heeft gedaan van doodsbedreiging.

Verontwaardiging maakt zich meester van Van ’t Veld als het onderwerp ter sprake komt. In haar burgemeestersjaren maakte ze hetzelfde mee toen ze zich inzette voor vluchtelingen­opvang.

In coronatijd zag de LHV de agressie ten opzichte van huisartsen ‘enorm toenemen’, aldus een verbolgen Van ’t Veld. ‘Ongehoord’, beklemtoont ze. ‘Het is een grote zorg. Hier moeten we echt een maatschappelijk gesprek over voeren. Het kan toch niet zo zijn dat zorg- en hulpverleners zó worden behandeld. Dat gaat voor mij over alle grenzen heen. Zorgprofessionals zijn niet kinderachtig, maar wat daar gebeurt… Ik vind het ongehoord hoe mensen verbaal en soms zelf fysiek agressief zijn.’

Op werkbezoek

Midden in pandemietijd, een halfjaar geleden, nam Van ’t Veld de voorzittershamer van de LHV op. In de aanloop naar haar benoeming laaide onder een deel van de huisartsen de discussie op over de vraag of een arts of bestuurder hen het beste kon vertegenwoordigen. Van ’t Veld: ‘Daar ben ik volstrekt niet mee bezig geweest. Ik ben gelijk heel veel op werkbezoek gegaan. Ik moet mensen spreken en dáár horen wat er leeft en speelt. En ik kende de zorg, ik heb op allerlei manieren met huisartsen samengewerkt.’ Dat ze wist ‘hoe de politiek-bestuurlijke wereld werkt en speelt’ scheelde haar inwerktijd. Dat maakte het volgens Van ’t Veld mogelijk om snel te kunnen meebewegen in de dynamiek van alle coronaontwikkelingen waar ze middenin viel en oog te houden voor de langeretermijn­agenda van huisartsen.

‘Ik ken de zorg goed, en het politiek bestuur. Ik kijk met een zorgbril en als voormalig burgemeester naar de samenleving. De huisarts is belangrijk voor mensen, als iemand die dichtbij, benaderbaar, veilig is. Dat staat enorm onder druk. Terwijl ik denk dat het maatschappelijk zo belangrijk is dat die zorg dicht bij mensen blijft. Dat raken we kwijt als we niet uitkijken.’

‘Een huisarts is geen specialist en dat moet hij ook niet worden’

Altijd bereikbaar

‘Ik zie twee andere dingen waar we voor moeten waken: schaalvergroting en specialisatie. Er zijn door de vele ontwikkelingen in de maatschappij nog weinig sociale verbanden, waardoor mensen op zichzelf zijn aangewezen. Schaalvergroting en efficiëntieslagen in veel sectoren hebben gemaakt dat instanties, ook hulpverleningsinstanties, verder weg kwamen te staan en anoniemer werden. Dan is er iemand die altijd bereikbaar en beschikbaar is, en dat is de huisarts.’

‘Veel mensen komen niet eens om ziekte, maar om andere, meer welzijnsachtige problemen bij huisartsen: relatieproblemen, geldzorgen, laaggeletterdheid. Kijken naar de vraag achter de vraag is cruciaal. Het is zo belangrijk dat dat er nog is. Er zijn reële problemen waar we een oplossing voor moeten vinden. Zijn er nog voldoende huisartsen in de toekomst, is er voldoende ondersteunend personeel? Bestuurders kijken dan snel naar schaalvergroting en digitalisering. Een simpel herhaalrecept kan prima digitaal. Maar ik zeg wel: pas op. Laten we dicht bij die rol blijven van generalist die naar de totale mens kijkt. Je wilt niet het échte menselijke contact verliezen. Dat werkt eerder kostenverhogend dan besparend, leidt tot medicalisering. Ik wil dat Den Haag en andere zorgprofessionals zich bewust zijn van de kracht van huisartsen.’

Consulttijd

Met dat in het achterhoofd wil Van ’t Veld ook waken voor te veel versnippering binnen huis­artsenpraktijken. ‘Praktijkondersteuners doen geweldig werk, maar ze neigen wel steeds meer naar specialisatie. Er is een POH voor dit, een POH voor dat. Het werk moet wel generalistisch blijven. Een huisarts is geen specialist en dat moet hij ook niet worden, en ook het onder­steunend personeel niet. De huisarts moet tijd hebben om zelf met een patiënt het gesprek te blijven voeren.’

Dat betekent dat Van ’t Veld zich net als haar voorgangers zal blijven inzetten voor meer consult­tijd per patiënt. ‘Er zijn inmiddels genoeg voorbeelden dat het lonend is.’ En voor afstoting van taken die niet thuishoren bij huisartsen. ‘Samenwerking met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten is voor mij heel belangrijk. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het sociale domein. Wij moeten echt partners worden, samen optrekken om te zorgen dat een huisarts mensen naar de juiste plek kan doorverwijzen.’

Ed van Rijswijk
Ed van Rijswijk

Geëngageerde mensen

Dat op orde krijgen, is wat Van ’t Veld betreft een voorwaarde voordat er sprake kan zijn van substitutie vanuit de tweede lijn. ‘Huisartsen lopen nu over. Het zijn geëngageerde mensen die blijven proberen zelf een oplossing voor patiënten te vinden, maar dat is onhoudbaar. De rek is eruit. Uit substitutie kunnen mooie dingen ontstaan, maar niet nu. Je moet eerst zorgen dat huisartsen niet de welzijnsproblemen en de ggz-wachtlijsten op hun bordje vinden. De Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid zegt dat er een langetermijnvisie op zorg moet komen. Ik zeg steeds dat er een langetermijnvisie op zorg én welzijn moet komen. Ik breng nu overal aan de orde dat die nauw met elkaar zijn verweven.’

Ook bij huisvestingsproblemen waar veel huisartsen mee kampen, verwacht Van ’t Veld meer van gemeenten. ‘Praktijken barsten uit hun voegen, het vinden van nieuwe ruimte is een enorm probleem. Huur- en koopprijzen passen niet binnen het budget van de huisarts. Gemeenten zullen moeten inzien dat ze bij ontwikkelingsplannen en in nieuwbouwwijken ruimte moeten creëren voor huisartsenzorg, om te voorkomen dat wijken verstoken raken van huisartsen­praktijken.’

Optimistisch

De nieuwe VWS-minister Ernst Kuipers leerde ze in zijn vorige functie al ‘goed kennen’ tijdens de landelijke coronaoverleggen waar ze bij aansloot. Met de tweede minister op VWS, Conny Helder, wil ze nog beter kennismaken. Van ’t Veld probeert de beknopte frase ‘versterken van de huisartsenzorg’ in het coalitieakkoord positief te bekijken. ‘Dat biedt mogelijkheden. Het moet niet betekenen dat er nog meer taken bijkomen. Ik merk in alle gesprekken die ik voer met het ministerie, met de ggz, met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten dat er meer en meer erkenning is voor de rol die een huisarts te spelen heeft en dat de stapeling van taken zo niet langer kan doorgaan. Met het erkennen is het nog niet opgelost, maar ik ben een optimistisch mens.’

Ook in coronacontext probeerde Van ’t Veld oog te krijgen voor de positie van huisartsen. ‘Ik heb me erover verbaasd hoe er eerst volstrekt alleen gestuurd werd op ziekenhuiscapaciteit. Er werd gezegd dat afschaling van reguliere zorg leidde tot minder uitstroom naar huisartsen. Maar het omgekeerde was waar. Mensen met serieuze klachten die niet terechtkunnen in het ziekenhuis, doen vaker een beroep op de huisarts. En huisartsen hebben de zorg voor covidpatiënten met zuurstof thuis overgenomen, wat heel arbeidsintensief is. Er werd zo strikt geredeneerd vanuit de druk op de ziekenhuizen. Ik heb iedere keer in landelijke overleggen gezegd dat dit niet klopt.’

‘Er wordt makkelijk gedacht over thuismonitoring van ziekenhuis­patiënten’

Waakzaam blijven

Voor Van ’t Veld is het nu spannend hoe de omikrongolf zich de komende weken ontwikkelt, en wat dat betekent voor de druk op huisartsen. ‘Er komen nog spannende weken aan. Het ziet ernaar uit dat het meer besmettelijk is maar minder ziek maakt, dus minder ic-opnames. Nederlanders vertalen “het aantal ziekenhuis­opnames neemt af” in “het is minder druk in de zorg”. Maar dat is niet zo. Dat moet wel goed worden uitgelegd. De druk wordt nu verwacht in de huisartsenzorg en de thuiszorg.’

Van ’t Veld ziet hoe dat aspect nu beter wordt meegenomen. ‘Tot een paar maanden geleden gingen technische briefings in de Tweede Kamer alleen over de druk op de ziekenhuiszorg. Nu niet meer, nu gaat het ook over de druk bij huisartsen en thuiszorg. En in persconferenties wordt het nu ook genoemd. De boodschap is geland.’

Waakzaamheid blijft geboden. ‘Als we allemaal moeten gaan boosteren en covid een ernstige griep wordt, waar denk je dat de druk dan komt te liggen in elke golf? De zorg voor mensen met griep en covidklachten is gewoon huisartsenzorg. Het zou helpen als er dan aan de andere kant iets af gaat en de huisarts zich kan bezighouden met de taken waar de huisarts voor is. Ook wordt er makkelijk gedacht over thuismonitoring van zieken­huispatiënten als oplossing om afschaling van reguliere ziekenhuiszorg te voorkómen. Maar ook daarbij komt de huisarts vroeg of laat om de hoek kijken. Daar moeten we alert op zijn. We moeten ook bij de langetermijnstrategie het hele plaatje bekijken.’

Het grotere geheel

De LHV-voorzitter wil zich nog niet uitlaten over de rol die ze voor huisartsen ziet als covid-19 als endemische ziekte wordt behandeld en mogelijk leidt tot jaarlijkse vaccinatierondes. ‘Daar voer ik nog gesprekken over met de achterban.’ De LHV moest zich verhouden tot individuele huisartsen die dit najaar de media opzochten met onvrede over de ruimte die ze kregen om zich in te zetten voor de boostercampagne. Sowieso zochten artsen in coronatijd opeens ruimhartig het publieke debat op, soms om druk uit te oefenen om hun eigen ideeën over coronabeleid uitgevoerd te krijgen.

‘Als LHV vertegenwoordig je het belang van de grootste gemene deler. De simpele, door een individu bedachte oplossing kan soms in het grotere geheel anders uitpakken. Wij zijn bij de LHV 24 uur per dag bezig om de coronacrisis in goede banen te leiden, de grote lijnen in de gaten te houden. Je kunt het nooit voor iedereen goed doen. Zoveel mensen, zoveel meningen. Er speelt soms meer mee dan een individuele huisarts kan overzien. Het is wel een goede zaak dat mensen van artsen zelf horen hoe het er in de praktijk aan toegaat. Dat is de winst geweest.’ 

Ed van Rijswijk
Ed van Rijswijk
Mirjam van ’t Veld (1970) is sinds juli voorzitter van de LHV. De oud-verpleeg­kundige deed politiek-bestuurlijke ervaring op als CDA-raadslid en wet­houder in Amersfoort, en als (waar­nemend) burgemeester van Stichtse Vecht (2008-2014) en Amstelveen (2014-2017). Daarna maakte ze de overstap naar het zorg­bestuur, door in 2017 aan de slag te gaan als bestuursvoorzitter bij Ziekenhuis Gelderse Vallei. Van ’t Veld heeft zitting in diverse raden van toezicht (onder andere bij omroep­organisatie WNL en Jantje Beton), schreef diverse columns en is medeauteur van een boek over de overgang.

Lees ook de voorzitterscolumn van Miriam van ’t Veld via deze link.

Lees ook
interview LHV huisartsgeneeskunde samenwerking covid-19
  • Ilse Kleijne

    Ilse Kleijne-Thoonsen (1974) is sinds 2016 journalist bij Medisch Contact, inmiddels met het vizier op onder andere opleiding, loopbaan en arbeidsmarkt. Is gefascineerd door zieke dokters en artsen die even minder succesvol durven te zijn. Kleijne werkte eerder als verslaggever voor regionale dagbladen en een energiekrant, en schreef voor MC over financiële en politieke artsenzaken.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • R. Kurt

    Huisarts, Rotterdam

    Corona is een crisis. Een medische crisis. Een maatschappelijke crisis. In een crisis horen wij artsen ook uitzonderlijke prestaties te kunnen leveren.

    De benadering van de LHV bij het boosteren verdient geen schoonheidsprijs. Begin november was h...et duidelijk dat de GGD niet tijdig kon opschalen. Huistartsen konden met kordaat acteren van de LHV in twee weekenden heel Nederland boosteren.

    De LHV heeft de boot afgehouden en duidelijk gemaakt dat het geen speler in crisistijd is. Dit handelen praat Van 't Veld goed met dat sommige huisartsen het grote plaatje niet zien.

    Het grote plaatje is dat wij als enige land onnodig in een lockdown zijn gegaan. De economische, maatschappelijke en psychische schade is evident. Het late boosteren is een cascade van geklungel van actoren. De LHV heeft zich als goede partner in geklungel gepresenteerd.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.