Laatste nieuws
Rob van Valderen-Antonissen
6 minuten leestijd
arts & patiënt

Huisartsenzorg is er niet alleen voor clubleden

Patiënten worden onterecht geweigerd omdat de regels niet goed bekend zijn

5 reacties
Marcel Krijgsman /ANP
Marcel Krijgsman /ANP

Onnodige drempels belemmeren de toegang tot de huisarts en juist de meest kwetsbare patiënten zijn daar de dupe van. Zorgverleners en met name ook de praktijkmanagers horen goed op de hoogte te zijn van de beleidsregels hierover.

Steeds meer kwetsbare patiënten zien hun recht op zorg met voeten getreden. Hoge werkdruk bij zorgverleners, in combinatie met een systeem van inschrijving op naam, verdeelt mensen in zij die een plek hebben weten te bemachtigen binnen een huisartsenpraktijk en zij die het maar moeten uitzoeken.

Met name kwetsbare mensen zijn hiervan het slachtoffer. Aan de hand van drie casussen wil ik dit probleem zichtbaar maken, handreikingen doen hoe het beter kan, maar vooral oproepen tot bekommernis. Dat laatste is een basisvaardigheid vanwaaruit iedere arts(enpraktijk) zou moeten werken.

Casus 1

Naar het buitenland

Een 40-jarige vrouw kampt al jaren met psychiatrische klachten en sociaal-maatschappelijke problemen. Zij staat ingeschreven bij haar huisarts in een achterstandswijk. Op een dag gaat ze op vakantie naar Scandinavië, om bij haar broer te verblijven. Ze wordt daar ziek en moet worden opgenomen in het ziekenhuis. Tijdens dit verblijf, dat enkele maanden duurt, raakt ze onverzekerd en komt zo bovendrijven in de administratie van de huisartsenpraktijk, waar inmiddels de oude huisarts met pensioen is gegaan en het patiëntenbestand is overgedragen aan een jongere collega. De praktijkmanager besluit om haar uit te schrijven en noteert in het dossier dat de gemeente heeft laten weten dat patiënte is geëmigreerd. Hoe dit misverstand is ontstaan, blijft onduidelijk. Zeker is dat bij patiënte niet wordt geverifieerd of dit klopt, of gevraagd wat er met haar medische gegevens moet gebeuren. Anderhalf jaar later meldt ze zich bij de sociaal-medische opvang op het straatdokterspreekuur in dezelfde stad. Ze is dakloos en wordt naar een woning begeleid. De huisartsenpraktijk waar ze jaren als patiënte welkom is geweest blijkt haar niet meer te willen zien. Zij krijgt te horen dat ze is uitgeschreven en dat, hoewel ze binnen een straal van vijftien minuten van de praktijk verblijft, niet weer kan worden ingeschreven omdat ze buiten het postcodegebied valt. Zij hoopt nu dat de straatdokter haar misschien wil helpen, aangezien er geen andere praktijk in de buurt is die haar als patiënt kan opnemen.

Casus 2

Gevlucht kind met oogklachten

Een Oekraïens gezin ontvlucht het geweld in de buurt van de Krim en zoekt een veilige plek in Nederland. Het gezin bestaat uit vader (42), moeder (38), en twee dochters van 18 en 5 jaar. Het kind van 5 heeft al enige tijd oogklachten. Er volgt een uitgebreide rondgang langs verschillende huisartsenpraktijken, maar niet één praktijk is bereid om dit kind te beoordelen.

Casus 3

Geweigerd als passant

Een 58-jarige Poolse man heeft geen vaste huisarts, maar wel een zorgverzekering. Al geruime tijd heeft hij allerlei ernstige klachten, waaronder erge kortademigheid. Desondanks willen minstens acht huisartsenpraktijken hem niet als passant beoordelen. Bij de meeste praktijken krijgt hij niet eens de kans om te vertellen welke klachten hij heeft, noch wordt er overlegd met de huisarts. Uiteindelijk lukt het hem via zijn zus een afspraak te maken bij haar vaste huisarts die hem direct per ambulance verwijst. Er volgt een wekenlange opname vanwege ernstig hartfalen.

Tuchtrechtelijk aansprakelijk

Deze drie patiënten hadden allemaal gezien moeten worden en alle praktijken waren tuchtrechtelijk aansprakelijk geweest of hadden bij de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd gemeld kunnen worden.

In de eerste casus wordt de WGBO over­treden. De KNMG-richtlijn ‘Niet aangaan of beëindiging van de geneeskundige behandelovereenkomst’ is gebaseerd op deze wet en is in hoofdstuk 3 heel helder over eenzijdige beëindiging van de behandelovereenkomst.1 Dit kan alleen bij zwaarwichtige redenen. Hoewel het voortdurend niet betalen van de rekening een reden kan zijn, is het onwaarschijnlijk dat dit ook geldt voor het inschrijftarief van de huisarts, aangezien de huisarts bij losse zorgvragen het passantentarief kan vragen en deze zelfs kan declareren bij het CAK als de patiënt niet kan betalen. Hoe het ook zij, er had op zijn minst met patiënte gecommuniceerd moeten worden over het niet-verzekerd zijn. Patiënte was dus niet uitgeschreven, had gewoon weer als ‘ingeschreven op naam’ geregistreerd moeten worden en onverwijld een afspraak moeten krijgen. Helaas zie ik de laatste tijd steeds meer vergelijkbare casussen waarbij kwetsbare mensen verstoken raken van medische zorg door het tijdelijk onverzekerd zijn, wat meestal ontstaat door schulden die weer een gevolg zijn van een combinatie van sociaal-maatschappelijke of psychische factoren. Juist deze mensen hebben de huisarts zo hard nodig.

In de tweede casus gaat het om het verlenen van medische zorg aan een kind. Kinderen hebben een bijzondere status in de gezondheidszorg omdat hun ontwikkeling in gevaar kan komen als medische zorg uitblijft. Het recht op toegang tot de zorg is daarom vastgelegd in het Verdrag inzake de rechten van het kind, artikel 24, lid 1 en lid 2b.2 Kort samengevat stelt men hier dat ieder kind toegang moet hebben tot adequate medische zorg, ongeacht de urgentie van de zorgvraag.

In de derde casus gaat het om passantenzorg. In principe ben je als huisarts niet verplicht passantenzorg te verlenen als de organisatie van de praktijk dit niet toelaat, maar dan moet je wel hebben vastgesteld dat er geen sprake is van spoedeisende zorg. Hierover staat in de KNMG-richtlijn ‘Niet aangaan of beëindiging van de geneeskundige behandelovereenkomst’ onder 2.2 lid b dat in geval van spoed er altijd zorg verleend moet worden, als redelijkerwijs aan­­nemelijk is dat de patiënt deze zorg niet bij een andere arts kan krijgen.1

Wij hebben toch een eed afgelegd die verder reikt dan een administratieve bepaling?

Zorgplicht

Het tekort aan huisartsen en ondersteunend personeel leidt ertoe dat praktijken gesloten zijn voor nieuwe inschrijvingen en de poort gesloten houden voor passanten. Huisartsen leggen zich voornamelijk toe op het verlenen van zorg aan de eigen patiënten. Dat is niet verwonderlijk aangezien het systeem van inschrijving op naam (ION) zowel betrekking heeft op bekostiging van zorg (inschrijftarief) als op verantwoordelijkheden die eraan vasthangen (bewaren en onderhouden van het medisch dossier). Dit werkt de veronderstelling in de hand dat de zorgplicht alleen voor de eigen patiënten geldt, terwijl dit – zoals hierboven beschreven is – niet het geval is. Hoewel ION voordelen heeft voor patiënt en huisarts (continuïteit van zorg bij één huisartsenpraktijk en deels gegarandeerde omzet), is het de vraag of dit voordeel opweegt tegen de nadelen die hierboven zijn genoemd. De voordelen zijn bovendien minder relevant geworden nu praktijken steeds groter worden met meer zorgverleners per praktijk. Misschien is het dan ook tijd om een nieuw systeem te bedenken dat bijdraagt aan toegang tot zorg voor iedereen. Wij hebben toch een eed of gelofte afgelegd die verder reikt dan een administratieve bepaling?

Taakdelegatie

Ook taakdelegatie kan de toegang tot zorg voor mensen verminderen. Zo maak ik vaak uit reacties van collega’s op dat ze best zorg willen verlenen, maar dat de zorg­weigering ontstaat bij de ‘voordeur’. Huisartsen maken met hun team afspraken over het gesloten zijn voor passanten of nieuwe inschrijvingen, zonder daarbij duidelijk te maken voor wie er in ieder geval wel toegang moet zijn. Patiënten die passantenzorg nodig hebben vertellen dat ze, zoals in het voorbeeld hierboven, bij de meeste praktijken niet eens de kans krijgen om hun klachten te vertellen. Hierdoor kan de urgentie niet adequaat worden ingeschat.

Ook de uitschrijving van patiënten zoals in de eerste casus, gebeurt gemakkelijker bij taakdelegatie. Ik stuitte al verschillende keren op praktijkmanagers die besluiten patiënten uit te schrijven en zich kennelijk niet bewust zijn van wat de wet hierover zegt. Vooral als een huisarts met pensioen gaat (waardoor de continuïteit er niet meer is), gaat dit vaak gepaard met een voortdurende weigering om de patiënt weer op naam in te schrijven.

Taakdelegatie moet gepaard gaan met het overdragen van attitude (wat is goede zorg), kennis (wat zegt wet- en regelgeving hierover) en toezicht (de huisarts draagt eindverantwoordelijkheid en is bereikbaar en wordt benaderd voor overleg). Een andere manier om bewustzijn bij ondersteunend personeel te vergroten is door dit onderwerp meer aandacht te geven in de opleidingen.

Patiënten krijgen niet eens de kans om hun klachten te vertellen

Regionale samenwerking

Ten slotte wil ik benadrukken dat de werkdruk onder huisartsen een reëel probleem is. Het is begrijpelijk dat praktijken hierdoor soms geen ruimte ervaren om passantenzorg te verlenen. Juist daarom is het zo belangrijk dat alle huisartsenpraktijken bereid blijven om passantenzorg te verlenen. Ook is het zaak dat we bij schaarste de beschikbare huisartsenzorg eerlijk verdelen over iedereen die zorg nodig heeft. Regionale samenwerking kan helpen om dit proces te coördineren.

De gesignaleerde problemen wijzen naar mijn mening op een trend die voornamelijk wordt veroorzaakt door een combinatie van druk op de zorg en het systeem van inschrijving op naam. Daarnaast spelen kennis, attitude en taakdelegatie een rol. Hoog tijd dat huisartsen weer zorg gaan verlenen aan iedereen die dit nodig heeft. Onze voorgangers kwalificeerden deze morele plicht als ‘noblesse oblige’. 

auteur

Rob van Valderen-Antonissen, huisarts en straatdokter, Tilburg

contact

huisartsvanvalderen@outlook.com

cc: redactie@medischcontact.nl

Voetnoten

1. KNMG-richtlijn Niet-aangaan of beëindiging van de geneeskundige behandelingsovereenkomst

2. Verdrag inzake de rechten van het kind, New York, 20-11-1989

Lees ook:

vluchtelingen arts & patiënt
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • G.R.I. Slock

    huisarts, sluis

    Iedereen in de zorg inclusief de SEH mag dus straffeloos patienten weigeren zonder verwijzing maar de huisarts niet want dat is strafbaar...
    Volledig mee eens dat dit onwenselijk is maar aangezien straks een aanzienlijk deel van Nederland geen huis...arts meer heeft zal het probleem alleen maar groter worden.
    Zolang wij tuchtrechtelijk aansprakelijk blijven moet de politiek dus weer niks doen...

    • R.R. van Valderen-Antonissen

      Huisarts, Tilburg

      Beste collega, ik zie dat toch anders. Bij de SEH wordt getrieerd op urgentie. Het is juist zo dat iedereen wordt gezien als de urgentie dat nodig maakt, ook als je bijvoorbeeld onverzekerd of illegaal in NL verblijft. Het ziekenhuis in mijn regio ...heeft bovendien een contract met het CAK waardoor ik die doelgroep ook kan verwijzen als dat nodig is.

  • P. Stam-Sentjens

    Huisarts, Bussum

    Dit probleem is heel erg makkelijk op te lossen. Al jaren hebben wij met onze HAGRO een standaard ‘letterwaarneming’. Elke dokter in het dorp is dagelijks verantwoordelijk voor de passanten die met de eerste letter van de achternaam vallen in het stu...kje alfabet waar hij/zij voor verantwoordelijk is. Deze indeling wordt zoveel mogelijk gedeeld met alle instanties waar de passant mee te maken kan krijgen zoals campings, zwembaden maar ook uitzendbureaus waar veel mensen uit het buitenland werken. Alle patiënten worden op dezelfde wijze getrieerd als eigen patienten door de assistente. Bij patiënten die bij de andere praktijk aan komen lopen waar ze niet onder vallen wordt getrieerd of het spoed betreft en of een patiënt in staat is om naar de hem of haar toegewezen dokter te gaan. Zo niet dan wordt de passant gezien op de lokatie waar hij/zij is komen aanlopen.
    Zo is het nooit een probleem dat zich onverwacht aandient waarvoor niemand zich verantwoordelijk voelt. Uiteraard is dit complexer in een grote stad maar met enige organisatie zal er vast wel iets te bedenken zijn. Het begint bij het denken dat het er nu eenmaal bij hoort waarbij met duidelijke afspraken er geen verrassingen zijn.

    [Reactie gewijzigd door Stam-Sentjens, Paula op 17-02-2023 18:53]

  • E. van Veelen

    Bedrijfsarts, Hoogland

    De vraag is ook: in hoeverre zijn de praktijkassistenten die de telefoon aannemen op de hoogte van de regelgeving? Want ook ik als Nederlandse dokter met acute klachten, verblijvend in een andere stad, had veel moeite om ter plaatse een huisarts te v...inden die bereid was mij snel te beoordelen. Als er nota bene een collega belt die een dringend beroep op je doet er niet zomaar doorheen komt, is de nood blijkbaar heel hoog.

    • P. Olie

      HA, Amsterdam

      Duidelijk een mening van een arts zonder eigen praktijk of een id luwteZijnde huisarts in een zeer problematische wijk ben ik weerloos vanwege de regelgeving tegen agressieve of overdemanding patiënten.Dit is een cruciaal aspect wat jonge HA weerhoud...t een eigen praktijk te stichten.Tel daar bij op de discutabele rol die het TC speelt en het anonieme trappen via zorgkaart NL hetgeen resulteert in nog meer koudwatervrees bij de jonge garde.Ik loop tegen m'n pensioen aan maar kan niemand echt porren voor een overname. Het resultaat van al die knevelregetjes is dat de HA zorg zal instorten. Nog bedankt

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.