Laatste nieuws
Wetenschap

Hormonen spelen rol bij etiologie autisme

Plaats een reactie

Buitengewoon agressief gedrag van klassiek autistische pubers dat onbehandelbaar lijkt, is mogelijk in een enkel geval toch succesvol te onderdrukken met behulp van een GnRH-analogen (gonadotropin-releasing hormone). Dat blijkt uit de casus die Robin van der Weiden e.a beschrijven.

Hoogleraar kinder- en jeugdpsychiatrie en autisme-expert Rutger Jan van der Gaag noemt de gevals-beschrijving ‘een pijnlijke illustratie van onze onwetendheid en van het feit dat bij ingrijpende problemen bij kinderen met ontwikkelingsstoornissen ouders “levenslang” krijgen en onmisbaar zijn. Zij kennen hun kind het allerbeste en zij moeten “out of the box” denken wanneer de reguliere behandelingen en protocollen tekortschieten.’ Vaak, zo weet hij, zijn woedeaanvallen en agressief gedrag bij autistische kinderen met een verstandelijke beperking met de nodige aanpassing van de omgeving, al dan niet gecombineerd met neuroleptica, in goede banen te leiden. ‘Maar bij een kleine groep zit je met de handen in het haar.’

Van der Gaag zegt in zijn vakgebied tal van soortgelijke n=1-studies te kennen waarbij de observaties van ouders of begeleiders essentieel waren om een hypothese te formuleren. Hij prijst ‘de enorme zorgvuldigheid’ die Van der Weiden e.a. in acht hebben genomen om hun hypothese te toetsen. ‘Zelf heb ik wel altijd in samenspraak met de patiënt, zijn ouders en de directe omgeving een placeboconditie toegevoegd. Bij autisme is bejegening en consistentie namelijk extreem belangrijk. En dan kan blijken dat tijdens een medicatietrial het nauwkeurig monitoren en de gerichtheid op het te behalen resultaat factoren zijn die ook een rol spelen.’

Dat Van der Weiden e.a. niet voor deze opzet hebben gekozen is, aldus Van der Gaag, ‘geen verwijt, maar een constatering’. ‘We mogen alleen maar ongelofelijk blij zijn dat hier naast een hypothese ook een nieuwe optie aan het therapeutische palet van de extreem moeilijke behandeling van agressie bij autisme is toegevoegd. Wat je hoopt is dat nader onderzoek ingezet wordt om deze n=1-bevinding te bevestigen. Deze behandeling biedt hoop en valse hoop. Want het gaat waarschijnlijk om een bijzondere en kleine subgroep binnen het autismespectrum, die nader geïdentificeerd kan worden aan de hand van zorgvuldige afname van de anamnese en functionele analyse. Maar die ook neurobiologisch getypeerd moet worden om voorspelbaarheid van de gevoeligheid voor de behandeling te vergroten door naast de hormonale status de farmaco-gentypering te definiëren.’

Dat in het algemeen hormonale invloeden een rol spelen in de etiologie van autistische stoornissen is al langer een punt van aandacht. Van der Gaag: ‘Verhoogde gehaltes intra-uterien testosteron spelen een rol bij het vergroten van de kwetsbaarheid voor autisme.’ Dat blijkt ook weer uit onderzoek van Simon Baron-Cohen e.a. dat twee weken geleden werd gepubliceerd in Molecular Psychiatry. Kinderen die later een autismespectrumstoornis ontwikkelen, blijken tijdens de zwangerschap te zijn blootgesteld aan verhoogde gehalten van steroïde hormonen als testosteron, progesteron en cortisol. Bekend was reeds dat verhoogde spiegels van prenataal testosteron leiden tot een vertraagde sociale en taalontwikkeling, tot meer aandacht voor details en tot andere, typisch autistische kenmerken. Nieuw is dat Baron-Cohen voor het eerst direct bewijs vindt voor ‘verhoogde foetale steroïdogene activiteit bij autisme’. Het kan volgens hem tevens verklaren waarom autisme vaker wordt gezien bij mannen dan bij vrouwen.

Psychiater Patricia van Wijngaarden-Cremers voegt daar in het proefschrift waarop ze vorige week promoveerde aan de Radboud Universiteit aan toe dat vrouwen hoogstwaarschijnlijk een ander autistisch fenotype hebben dan mannen en dat bij de kwetsbaarheid voor een autistische stoornis meerdere genetische en omgevingsfactoren een rol spelen, evenals de impact van seksehormonen. Mogelijk ligt de drempel voor klinische expressie bij vrouwen ook veel hoger dan bij mannen.

Henk Maassen

Wetenschap autisme
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.