Laatste nieuws
reconstructie

Hoe een cardioloog zijn baan verloor

Schadevergoeding voor Ruwaard-cardioloog na ingrijpen inspectie

7 reacties
Guido Benschop
Guido Benschop

Na ophef over de sterftecijfers zette de inspectie in 2012 de maatschap cardiologie van het Ruwaard van Putten Ziekenhuis op non-actief. Maatschapsvoorzitter Stanley Baldew werd tuchtrechtelijk berispt – waar anderen in die situatie gewoon doorwerken, vond hij nooit meer werk. Komende maand dient het hoger beroep in zijn rechtszaak voor een schadevergoeding.

Najaar 2011. Een nieuw instrument uit Groot-Brittannië – de hospital standardized mortality ratio (HSMR) – moet het mogelijk maken vermijdbare ziekenhuissterfte op te sporen. Ziekenhuizen maken eind 2011 hun HSMR-cijfers over 2010 bekend. Voor het Ruwaard van Putten Ziekenhuis (RPZ) in Spijkenisse komen de diagnosegroepen myocardinfarct, hartfalen, respiratoire aandoeningen, lymfomen en anemie slecht uit de bus. De raad van bestuur (rvb) van het ziekenhuis geeft opdracht aan onderzoeksbureau Medirede om dossiers te onderzoeken van patiënten die zijn overleden aan de twee grootste diagnosegroepen: myocardinfarct en hartfalen. De andere groepen zullen later volgen. De medische staf heeft de rvb dan al gewaarschuwd: het registratiesysteem van het ziekenhuis moet worden aangepast, anders geven de HSMR-cijfers een verkeerd beeld. In de jaren daarna zullen ziekenhuizen zoals het Erasmus MC om deze reden hun medewerking aan de HSMR weigeren. ‘Als een patiënt van de chirurg plotseling sterft aan een hartinfarct, stijgt het sterftecijfer voor cardiologie, terwijl het geen patiënt van ons was’, legt Baldew uit. Het Nivel stelt november 2011 dat het registreren van de HSMR-cijfers veelbelovend is maar nog niet voldoet omdat er te weinig wordt gecorrigeerd voor aandoening, leeftijd, et cetera.

Ellende begonnen

Toch is met de HSMR-cijfers de ellende begonnen, stelt voormalig cardioloog Stanley Baldew van het nu failliete Ruwaard van Putten Ziekenhuis. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ, voorheen IGZ) kwam in 2011 al veel bij het ziekenhuis over de vloer omdat het Ruwaard niet snel genoeg een perioperatieve richtlijn invoerde. In 2012 stond de toezichthouder vaak in Spijkenisse op de stoep vanwege de hoge HSMR-scores. Vanaf juni is er sprake van intensief toezicht in het Ruwaard dat gebukt gaat onder een bestuurlijke stoelendans en verstoorde verhoudingen tussen medische staf en management. Hierdoor is ‘de verantwoordelijkheid voor kwalitatief goede en veilige zorg op de achtergrond geraakt’ en ontbreken waarborgen voor de veiligheid, zal de Onderzoeksraad voor Veiligheid later concluderen. In augustus en september volgen onaangekondigde bezoeken aan de instelling, onder meer aan de afdeling Cardiologie. In een inspectierapport van 18 oktober 2012 eist de inspecteur verbetering van de patiëntveiligheid en van de kwaliteit van zorg in het ziekenhuis, en vooral binnen de vakgroep cardiologie. Het ziekenhuis krijgt een maand de tijd voor een plan van aanpak. De maatschap cardiologie heeft tegen die tijd bijna alle pijnpunten al weggewerkt, zegt Baldew. Per mail complimenteert de rvb hen met ‘de voortvarende manier waarop u met de door de IGZ gemelde zaken aan de gang bent gegaan.’

Alles verandert op 12 november 2012. Die dag overhandigt bestuursvoorzitter Gerrit Jan van Zoelen het kersverse rapport van Medirede aan een medewerker van de IGJ die voor een calamiteitenmelding in het ziekenhuis is. De inspecteur slaat het direct open. De Medirede-auteurs concluderen op basis van onderzoek naar 51 dossiers dat er sprake was van onnodige sterfte en snel opklimmende doses morfine. Ze vragen zich af ‘welke juridische kwalificatie hieraan moet worden gegeven’. Nog dezelfde dag vaardigt de inspecteur een opnamestop af voor de afdeling Cardiologie. De mediastorm rond het ziekenhuis vangt aan.

Niets abnormaals

De nu 69-jarige Stanley Baldew vertelt getergd maar gelaten dat de medische staf op dat moment het rapport nog niet heeft gezien en dat de inspectie niet met de cardiologen heeft gesproken. ‘Alles ging buiten ons om. Zonder overleg werd de volgende dag onze afdeling gesloten’, zegt hij. Een cardioloog van het Maasstad Ziekenhuis licht een dag later op verzoek van de rvb en IGJ de afdeling Cardiologie door. De afdeling ‘voldoet aan de richtlijnen’, mailt hij een dag later zijn conclusies aan de rvb: ‘De diagnostiek en de interpretatie daarvan was goed en er werd hier duidelijk over gecommuniceerd, een en ander werd ook goed in de status vastgelegd. (…) Over hoofdbehandelaarschap, niet-reanimeerbeleid en abstinentiebeleid werden heldere afspraken gemaakt en deze werden per patiënt opnieuw getoetst.’ Baldew: ‘Hij heeft niets abnormaals gevonden, maar de inspectie stond erop dat de afdeling dichtging en dat de vijf patiënten werden overgeplaatst.’ Inmiddels had ook de medische staf het Medirede-rapport ontvangen. Hoewel de onderliggende dossiers door de inspectie waren geblokkeerd en niet meer toegankelijk waren voor de cardiologen, gaf de rvb de artsen wel de tijd om te reageren. ‘Ik heb meteen een rvb-lid opgebeld om te laten weten dat het rapport niet over de afdeling Cardiologie en dus over ons ging, maar over twee cardiologische diagnoses die in het hele ziekenhuis lagen, op alle afdelingen. Want ook op andere afdelingen worden door andere specialisten patiënten met de cardiologische diagnose hartfalen en myocardinfarct geregistreerd’, zegt Baldew.

Slecht nieuws

Maatschapsvoorzitter Baldew geeft deze boodschap mee aan het ziekenhuisbestuur dat op 14 november voltallig bij de inspectie op gesprek gaat. Maar de bestuursvoorzitter komt thuis met slecht nieuws: het hele ziekenhuis staat nu onder verscherpt toezicht. Ondanks de gesloten afdeling en de overgeplaatste patiënten werken Baldew en de drie andere cardiologen van het RPZ onder supervisie van cardiologen van het Maasstad Ziekenhuis nog een week op de poli. ‘Wij hoorden in de wandelgangen dat de inspectie aan de raad van bestuur had laten weten: “De cardiologen eruit of we sluiten het hele ziekenhuis”’, zegt Baldew. Maar de rvb kan de cardiologen niet zomaar wegsturen. Uit een telefoonnotitie van de inspectie dat via een Wob-verzoek openbaar is geworden, blijkt dat de cardiologen niet op non-actief kunnen worden gezet zolang ze tijd hebben gekregen om op het rapport te reageren. ‘Alternatief is een bevel van de IGZ aan de bestuurder over het verbieden door de bestuurder van werkzaamheden door de maatschap’, noteert de inspecteur.

Tunnelvisie

Volgens Baldew voerde de inspectie de dagen na de sluiting van de afdeling Cardiologie de druk op de rvb op. ‘Op grond van een rapport dat niet over ons ging, is de raad van bestuur onder druk gezet, want de inspectie wilde dat wij weggingen. De directie heeft op een gegeven moment gezegd dat ze de kwaliteit en de continuïteit niet konden garanderen. Daar is iets gebeurd tussen de inspectie en de rvb wat verklaring behoeft. De raad van bestuur had geen andere keuze. De inspectie zei later: “Wij hebben de afdeling niet gesloten, de rvb gaf aan dat ze niet voor de zorg konden instaan.” En voor de rechter is alleen van belang dat de rvb heeft gezegd dat ze de continuïteit niet konden garanderen, dus dan is het bevel rechtvaardig. Maar ja, de vraag is waaróm het bestuur zei dat ze dat niet konden garanderen’, zegt Baldew. Hij vervolgt: ‘Ik denk dat de inspectie zich wilde bewijzen. Ze dachten iets gevonden te hebben en hebben verder een tunnelvisie gehad.’

Bevel

Het weekend begint en de inspectie belt met een cardioloog van het Maasstad Ziekenhuis over de overname van cardiologiepatiënten uit het Ruwaard. Op maandag 19 november publiceert de inspectie het voornemen tot bevel aan de cardiologen. In het bevel staat dat de cardiologen van het Maasstad grote problemen voorzien bij de overname van patiënten ‘gezien de gebrekkige kwaliteit van de dossiervoering alsmede de twijfels rondom de gestelde diagnoses’. Het Maasstad vraagt met klem om rectificatie, omdat er ‘geen waardeoordeel’ is gegeven over het functioneren van de cardiologen en het gesprek alleen ging over ‘operationele invulling van de cardiologische zorg in de regio’. Een tweede rectificatieverzoek stuurt het zusterziekenhuis naar het RPZ. Want in het bevel staat ook dat het RPZ heeft laten weten dat de waarnemend cardiologen hebben verklaard de verantwoordelijkheid voor de zorg niet te kunnen nemen zolang de RPZ-cardiologen nog werken. ‘De opmerking zoals hier beschreven is vanuit de maatschap cardiologen van het Maasstad Ziekenhuis niet gemaakt’, schrijft de Maasstad-bestuursvoorzitter en voegt eraan toe: ‘De opmerking is onderdeel van de onderbouwing van het bevel en is dus van belang’.

Beroepsverbod

Met het bevel aan het ziekenhuis verbiedt de inspectie de leden van de maatschap cardiologie om in het ziekenhuis cardiologische zorg te verlenen. Een week later verlengt minister Schippers dit bevel, dat pas wordt beëindigd als het Ruwaard van Putten Ziekenhuis op 24 juni 2013 failliet gaat. De bestuursrechter zal later oordelen dat het bevel van de inspectie terecht werd afgegeven. De minister had het echter niet voor onbepaalde tijd mogen verlengen, maar half december moeten opheffen – op 17 december 2012, om precies te zijn. Want dan gaat de RPZ-afdeling Cardiologie weer open en is het acute gevaar geweken, waartegen het bevel beschermt. De bezetting bestaat uit cardiologen van het Maasstad Ziekenhuis en andere ziekenhuizen. Baldew en zijn collega’s willen onder hun supervisie ook graag weer aan de slag. De inspectie staat dat niet toe zolang de tuchtrechter nog niet heeft geoordeeld. Baldew: ‘De insteek van de inspectie was ons nooit meer met patiënten te laten werken. Alsof we een gevaar waren voor de patiënt. De inspectie heeft ons eigenlijk een beroepsverbod gegeven.’ Voor Baldew staat deze ingreep in schril contrast met de relatief milde straf die hij kreeg van de tuchtrechter: ‘De overdracht vonden ze niet goed, ook bij diensten. Patiënten werden zeker overgedragen, maar we hadden geen vast moment. Iedereen kent alle patiënten, dus dan valt er niet veel over te dragen. Als je naar huis ging, deden we een telefonische overdracht. En elke dag tijdens de lunch bespraken we patiënten. Maar dat had een vast moment moeten zijn. We kregen een berisping omdat we de organisatie moesten aanpakken. Maar er werken zoveel artsen met een berisping, waarom hield het voor ons dan op?’

Zonder inkomen

Met het faillissement van het RPZ ruim een halfjaar later is voor de cardiologen de kans op werk helemaal verkeken. In de rechtszaak tegen de inspectie die volgt, krijgen ze een vergoeding van gederfde inkomsten tot juni 2013. Daarna hadden de specialisten sowieso zonder inkomen gezeten door het faillissement, is de redenering van de landsadvocaat. De verdediging en Baldew zijn het daarmee niet eens: ‘Zonder het harde ingrijpen van de inspectie op zo’n cruciale afdeling als Cardiologie, was het ziekenhuis misschien helemaal niet failliet gegaan.’


‘Mijn gezin kwam in een isolement’

‘Ik ben in 1986 begonnen als cardioloog, nadat ik me in Amsterdam had gespecialiseerd. Later ben ik door fusies in Spijkenisse terechtgekomen. Ik heb één keer een tuchtzaak gehad, gezamenlijk met andere specialisten. Die is ongegrond verklaard. Ik heb keurig kunnen werken, met naam en faam, leefde zoals iedereen. Ik zat bij de Lions, was vaste medewerker bij de Centrale Raad van Beroep. Toen het rapport van Medirede kwam, dachten we dat het voorbij zou zijn als we het zouden toelichten en uitleggen. Maar op 21 november stonden we op straat. Daardoor hield ons inkomen meteen op. Ik kon mijn mensen niet betalen. Uiteindelijk moest ik mijn huis verkopen. Ik heb geprobeerd in Suriname aan de slag te gaan en in andere landen. Dat is niet gelukt.

En in de tussentijd: de media. De inspectie heeft ons laten wegsturen op vermeende hoge sterftecijfers en het morfinebeleid. Dat was niet een probleem van ons, maar van het hele ziekenhuis en dat speelde al een jaar eerder. Er werd gewerkt aan een protocol ‘Palliatieve sedatie’. Maar in de krant leek het net alsof wij mensen met morfine hadden doodgemaakt. Journalisten postten bij ons voor de deur en voor de school van de kinderen. Mijn kinderen van 5 en 6 maakten het allemaal mee. Ze hebben psychologische hulp gekregen. Mijn dochtertje vroeg of ik mensen met medicijnen had doodgemaakt.

Mijn gezin kwam in een sociaal isolement omdat familie en kennissen ook negatief werden beïnvloed. Mijn vrouw en ik zijn tijdelijk uit elkaar gegaan. Onze relatie stond onder druk en waar ik was, kwamen de journalisten. Ik kon niet bij mijn gezin zijn, want dan werden zij ook belaagd door de pers. Ik ben toen naar Suriname gegaan om werk te zoeken en mijn gezin verhuisde weg van de Slotvalkenstijnsedijk. Dat is een ramp geweest. Zodra het woord Ruwaard valt, worden de kinderen weer onrustig. Dat is vreselijk. Nog steeds hebben we twee verschillende adressen, maar ik ben veel bij mijn vrouw en kinderen.

Financieel ben ik aan de grond komen te zitten. Mijn eigen huis en twee huizen die ik verhuurde, werden gedwongen verkocht. Dat leidde tot kapitaalvernietiging. Het regende beslagleggingen, aanmaningen, dwangbevelen en verzoeken om me failliet te verklaren. Om in Suriname als cardioloog in het specialistenregister te komen, moest ik me daar permanent vestigen. Dat bracht weer allerlei kosten mee. Met het Diakonessenhuis in Paramaribo was ik heel ver in het proces, maar uiteindelijk is het niets geworden. Mijn naam was bezoedeld. De kansen in Nederland waren nihil door de uitspraken van IGJ en van minister Schippers en door de aangespannen tuchtzaak met het verzoek om me te laten schrappen.

In 2016 ben ik mijn registratie als cardioloog kwijtgeraakt, een enorme psychologische klap. Er is weinig van mijn bestaan van vóór november 2012 overgebleven. Ik leef teruggetrokken, deels bij mijn kinderen, deels in mijn Rotterdamse appartement vier hoog achter, bang om te horen wat mensen van mij vinden. Het voelt nog steeds alsof alles gisteren is gebeurd. Het is moeilijk te accepteren dat ik door de IGJ en de minister disproportioneel ben gestraft, nog voordat de tuchtcolleges een uitspraak hadden kunnen doen.

Stanley Baldew (1950)
1970-1972 Propedeuse geneeskunde Leiden
1973-1975 Doctoraal geneeskunde Suriname
1976-1979 Doctoraal geneeskunde Nijmegen
1979-1980 Agnio cardiologie Groot Ziekengasthuis Den Bosch
1980-1986 Specialisering cardiologie OLVG Amsterdam
1986-1990 Cardioloog Eudokia ziekenhuis Rotterdam
1990-2012 Cardioloog Ruwaard van Putten Ziekenhuis
1990-2012 Voorzitter maatschap cardiologie
2010-2012 Secretaris medisch stafbestuur
2016 Verlies registratie als cardioloog
2018 Verlies registratie in BIG-register

Reactie van de IGJ

Een intensief toezichttraject heeft altijd impact op de betrokken zorgverleners. Daar zijn we ons bewust van. Daarom maken we onze afwegingen zorgvuldig en altijd in het belang van de kwaliteit en veiligheid van de zorg. De Raad van State heeft al geoordeeld dat het bevel dat we hebben opgelegd rechtmatig was. De zorgen die wij hadden over de kwaliteit en veiligheid van de zorg in het maatschap cardiologie in het Ruwaard van Putten Ziekenhuis waren volgens de Raad van State gegrond. Wel heeft de Raad van State geoordeeld dat het bevel eerder had moeten worden beëindigd. Momenteel loopt er nog een civiele procedure, die onder meer gaat over de schadevergoeding die de betrokkenen eisen. Omdat dit nog een lopende procedure is, kunnen we hier niet op ingaan.


IGJ in de vuurlinie

Op de novemberdag in 2012 dat de inspectie het voornemen tot bevel publiceert, is zij zelf ook in het nieuws: VWS-minister Schippers krijgt de onderzoeksrapporten ‘Doorpakken!’ en ‘Van incident naar effectief toezicht’ over de inspectie aangeboden. De minister concludeert dat de IGZ ‘haar slagkracht op verschillende fronten moet verbeteren om toezicht te kunnen houden conform mijn toezichtsvisie’. In een aantal zaken uit die periode van politieke druk legde de inspectie de afgelopen tijd verantwoording af.

Zomer 2018 ontving de weduwe van huisarts Tromp excuses van de inspectie. Daarbij kreeg ze anderhalve ton vergoeding nadat de Raad van State oordeelde dat het bevel aan haar echtgenoot en medepraktijkhouder Nico Tromp in oktober 2013 ten onrechte was afgegeven. Huisarts Tromp suïcideerde zich oktober 2013.

Orthopedisch chirurg Piet van Loon kreeg januari dit jaar een excuusbrief van Inspecteur-Generaal Ronnie van Diemen voor de inadequate afhandeling van een melding tegen hem door Ziekenhuis Rijnstate in 2008 en het jarenlang zwijgen van de inspectie, ook nadat ze in 2013 door de Nationale Ombudsman op de vingers was getikt. Deze zomer kreeg hij 60.000 euro als ‘coulanceregeling’. De nu 65-jarige Van Loon vond lang geen werk meer.

De cardiologen van het RPZ hebben via de rechter een schadevergoeding afgedwongen van in totaal ongeveer anderhalve ton per persoon. Hoger beroep volgt. Excuses heeft de inspectie niet aangeboden.

download dit artikel (pdf)

inspectie
  • Eva Nyst

    Eva Nyst werd geboren in Australië en groeide op in Middelburg. Ze studeerde filosofie en theologie aan de Universiteit van Amsterdam en werkte twee jaar als journalist bij De Volkskrant. Van 2001 tot 2022 was ze in dienst bij Medisch Contact. Sindsdien is zij werkzaam bij de KNMG als beleidsadviseur.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Wim Hartgers

    Huisarts, Amsterdam

    Ik ben bang dat collega Baldew, zoals zoveel andere collega's in die tijd, het slachtoffer is geworden van het uiterst dogmatische optreden van de toenmalige Inspecteur Generaal van de IGZ, Gerrit van der Wal. Onder leiding van Van der Wal werd de I...nspectie getransformeerd tot het Politburo van de Nederlandse Gezondheidszorg. Dit dogmatische optreden ging zover, dat Van der Wal zijn voorganger Menso Westrouen van Meeteren naar aanleiding van diens kritiek op de Inspectie de toegang tot de Inspectie ontzegde, waarna Westrouen van Meeteren een tuchtklacht tegen zijn opvolger indiende. Ik hoop voor collega Baldew, dat hij een forse schadevergoeding zal krijgen, zodat de Inspectie hiermee indirect een tik op de vingers krijgt.

  • Anneke van Strien

    specialist ouderengeneeskunde, Zoetermeer

    Bij lezen van dit artikel liepen mij de rillingen over mijn rug. En er gingen vele one liners door mijn hoofd. De belangrijkste daarvan waren: een typische casus van Barbertje moet hangen en je hebt leugens en je hebt statistische leugens. Een goed ...en onafhankelijk onderzoek zou hier zeker op zijn plaats zijn denk ik.

  • Pim Verduijn

    KNO-arts niet praktiserend, SITTARD

    De combinatie van domheid en macht leidt gemakkelijk tot ongelukken. Bovenstaande casus levert daar ook weer het bewijs van. Mijns inziens kan het geen kwaad om ook organisaties zoals de IGJ van tijd tot tijd eens door te lichten om te bezien of take...n en bevoegdheden opnieuw geformuleerd moeten worden.

  • Thomas Müller

    Uroloog, Drachten

    Het zijn verhalen zoals deze, die zo anders zijn dan mijn dagelijkse werkelijkheid,die mij bang maken. Verzeild raken in Kafkaëske bureaucratieën en dan met een overheid geconfronteerd raken die niet van ophouden weet en te veel macht tegen het indiv...idu toepast. Om rillers van te krijgen. Als een akelige ziekte haast. En de collega als melaatse. Het zal je maar gebeuren.

  • Frans Brons

    gepensioneerd huis- en SCEN-arts n.p., Den Haag

    Vooropgesteld: ik ben totaal onkundig van de feiten in deze casus en matig mij daarom geen oordeel aan.
    Maar ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat hier geoordeeld is op grond van statistieken, die niet zijn ondersteund door casuïstiek . Daaro...m moest ik denken aan Lucia de B. Daar leidde statistiek zelfs tot een vonnis van levenslang. En natuurlijk aan het geval Tuitjenhoorn, waar een buitengerechtelijk 'levenslang' in feite neerkwam op een doodvonnis.
    In mijn voormalige praktijk als SCEN-arts was de mortaliteit ook bijzonder hoog. Gelukkig heeft de inspectie hier nog geen lucht van gekregen.
    Als er ernstige fouten zijn gemaakt moet een arts natuurlijk verantwoording afleggen, maar dan wel op grond van bewezen fouten in de casuïstiek, nooit op grond van statistieken waarmee alles valt te 'bewijzen'.
    Schuldig of niet, ik bewonder collega Baldew om zijn moed en doorzettingsvermogen.

  • Merhai

    Anesthesioloog, Lelystad

    Het wordt tijd voor een parlementair onderzoek naar de faillisementen van ruwaard , slotervaart en lelystad.

  • Jochem van Ommen

    Intensivist, Amsterdam

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.