Laatste nieuws
Chella van der Post
4 minuten leestijd
Achter het nieuws

Herziene financiering maakt aios vrijer

Plaats een reactie

Actueel

Meer ruimte voor individueel opleidingsplan


Sinds 1 januari wordt het Opleidingsfonds niet meer beheerd door het ministerie, maar door twee zelfstandige bestuursorganen. Een formaliteit, maar voor aiossen pakt de verandering gunstig uit.

‘Het is fijn dat het niet meer zo vastligt.’ Chella van der Post, aios pathologie en vicevoorzitter van De Jonge Orde, is blij met de veranderde positie van het Opleidingsfonds. De reden: het gemak waarmee aiossen voortaan van opleidingsplaats kunnen wisselen.

Tot voor kort moesten aiossen uiterlijk 31 oktober laten weten dat zij het jaar daarop naar een andere opleidingsplaats wilden overstappen. Bij het naderen van die datum groeide de onrust, vertelt Van der Post: ‘Dan was bijvoorbeeld de opleider net met vakantie, en moest je veel moeite doen om de waarnemer te bereiken om de zaak op tijd te regelen. Lukte dat niet, dan moest je een jaar wachten.’ Sinds 1 januari is die druk weg: voortaan staat het aiossen vrij om het hele jaar door van opleidingsplek te veranderen. Althans: de grote meerderheid van hen. Want aiossen die nieuw instromen op basis van het verdeelplan van de minister van VWS, hebben het eerste kalenderjaar dat recht nog niet. En voor artsen die opgeleid worden tot jeugdarts, arts infectieziektebestrijding, arts tbc-bestrijding en medisch milieukundige geldt een aparte regeling.  

Kosten

Minder direct zichtbaar is dat ziekenhuizen de kosten voor de opleiding sinds 1 januari ook op een andere manier krijgen vergoed. Gebeurde dat tot die datum vanuit de Rijksbegroting, nu regelt het College voor zorgverzekeringen (CVZ) de betalingen, daarbij puttend uit het Zorgverzekeringsfonds en het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten. Vandaar ook de genoemde uitzonderingspositie voor de vier opleidingen in de publieke gezondheidszorg: die leveren artsen af van wie de zorg niet tot een van beide fondsen valt te herleiden.

Het CVZ betaalt de opleidingsziekenhuizen op basis van zogeheten ‘beschikbaarheidsbijdragen’ die de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) voor hen vaststelt – onder de voorwaarden die ook het ministerie van VWS in de oude subsidieregeling hanteerde. Wel moet, net als voorheen, de Registratiecommissie Geneeskundig Specialismen (RGS) iedere overstap goedkeuren. De oude peildatum van 31 oktober bestaat nog, maar ziekenhuizen krijgen dan alleen een voorschot; de afrekening volgt aan het eind van het jaar daarop, op basis – en dat is essentieel – van de daadwerkelijke bezetting gedurende dat jaar, zoals die uit de RGS-gegevens blijkt.

 

Aios centraal

Volgens Van der Post past de flexibiliteit van de nieuwe regeling bij de veranderende praktijk, waarin aiossen hun plannen ook nu al vaak aanpassen: ‘In de opleiding komt de aios steeds meer centraal te staan. De langdurige meester-gezelrelatie van vroeger bestaat niet meer. Steeds meer ziekenhuizen plaatsen hun stages in de opleidingsetalage, er is sprake van concurrentie tussen opleiders. Misschien gek om het zo te zeggen, maar de “shoppende” aios kan steeds meer zijn eigen plannen maken: “Welke kant wil ik op?” Natuurlijk zijn er grenzen, beseft zij: ‘Stel dat een aios graag een oncologische stage wil doen bij het NKI en door de grote vraag is daar geen plaats meer, dan gaat het natuurlijk niet door. Dat is inherent aan ons opleidingssysteem. Maar als ik nu in januari een mooie stageplek vind waar wél plaats is, dan kan ik daar volgens de nieuwe regels’ – zij telt even – ‘per 1 maart of 1 april aan de slag.’

 

Prikkel

Ook gynaecoloog Joep Dörr, voorzitter van de Raad Opleiding van de Orde van Medisch Specialisten, is vol lof over de toegenomen flexibiliteit: ‘Het ziet ernaar uit dat het rugzakje nu realiteit wordt.’ Toch, zegt hij, ‘moeten we nog zien hoe het uitwerkt. Want de vraag is: is het ook organisatorisch haalbaar? Een opleider verliest niet graag een aios in het laatste deel van de opleiding. Anderzijds is het ook juist onze doelstelling dat aiossen zelf-standig een keuze maken voor hun differentiatiestage.’ Dat er makkelijker gewisseld kan worden, zegt Dörr, betekent ook dat een aios makkelijker kan voldoen aan de eindtermen van de opleiding, in alle competenties: ‘Het medisch handelen is overal goed geregeld. Veel moeilijker is het om algemene competenties als communicatie, samenwerken en ook evidencebased werken goed in de dagelijkse praktijk te integreren. Voor de aios is het een voordeel om gericht van opleidingsplek te kunnen wisselen. Voor de opleiders is het een prikkel om te verbeteren.’

 

Niet ontslaan

Eén zaak is op 1 januari níet verbeterd, benadrukt zowel Dörr als Van der Post. Was het in 2010 al lastiger geworden om een ongeschikte aios met behoud van de subsidie te ontslaan, sinds dit jaar kan dat überhaupt niet meer: wijst het ziekenhuis een arts in opleiding de deur, dan is het ook de opleidingsplaats kwijt. Zo’n aios wordt aangemerkt als uitval, laat de NZa desgevraagd per mail weten. ‘De reden hiervoor is dat de regeling (…) al vergaand is versoepeld en wijzigingen in het opleidingsschema flexibel kunnen worden doorgevoerd.’ Dörr is er niet gerust op: ‘Ik zeg het met enige aarzeling, maar er kán een perverse prikkel van uitgaan om een aios die niet voldoet, toch maar niet te vervangen. Dat is jammer.’ Met Van der Post heeft hij een voorstel opgesteld om ongeschikte aiossen toch tussentijds te kunnen vervangen.1

 

Kostprijsonderzoek

Onderzoek van de STZ en Berenschot in enkele niet-academische opleidingsziekenhuizen, uitgevoerd in 2009 en herhaald in 2012, maakt duidelijk dat ziekenhuizen met de toenmalige subsidies ongeveer vergoed kregen wat de opleiding hen ook daadwerkelijk kost. Maar van de umc’s is nog weinig bekend. ‘Wij hebben al jaren bij het ministerie aangedrongen op een deugdelijk kostprijsonderzoek’, zegt Dörr. ‘Het NZa kan nu met zo’n onderzoek nagaan of de beschikbaarheidsbijdragen die de ziekenhuizen krijgen, een redelijke vergoeding zijn van de kosten.’ Voorlopig staat zo’n onderzoek bij de NZa ‘nog niet in de planning’, laat een woordvoerder weten: ‘Voordat je een onderzoek naar kosten en opbrengsten uitvoert, moet je eerst precies weten wat je onder “kosten” en “opbrengsten” verstaat. En dat kunnen we niet in ons eentje vaststellen.’





1. Staken opleiding moet simpeler (early online artikel Medisch Contact)





Download het artikel (PDF)

Beeld: Hollandse Hoogte, Flip Franssen
Beeld: Hollandse Hoogte, Flip Franssen
Achter het nieuws opleiding aios
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.