Laatste nieuws
Wim Jongejan
6 minuten leestijd
recht

Fraudeaanpak zet beroeps­geheim op de helling

Wetsontwerp bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg bevat zorgelijke constructie

5 reacties
Getty Images
Getty Images

Een wetsontwerp om zorgfraude te beteugelen leidt ertoe dat patiëntgegevens die onder het beroepsgeheim vallen, tussen allerlei instanties kunnen worden uitgewisseld. Dat deugt voor geen meter, vindt gepensioneerd huisarts Wim Jongejan.

In het afgelopen najaar heeft de Tweede Kamer zich voor het eerst gebogen over het wetsontwerp Wet bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg (Wbsrz). Door deze wet kunnen zorgverzekeraars, zorgkantoren en gemeenten gegevens over fraudeurs in het Waarschuwingsregister zorgfraude registreren, en zodoende voorkomen dat fraudeurs ook in andere domeinen in de zorg fraude plegen.

De Wbsrz staat niet toe dat er gegevens over gezondheid worden verstrekt waarop een geheimhoudingsplicht rust. In de memorie van toelichting staat echter op drie plaatsen dat indien een zorgbehoevende daarvoor toestemming geeft, mogelijk wél gegevens kunnen worden uitgewisseld waarop het medisch beroepsgeheim rust.

Deze constructie is zorgelijk en in feite onhoudbaar. In de eerste plaats heft toestemming geven niet per se het medisch beroeps­geheim op. In de tweede plaats is het de vraag of een patiënt de toestemmingsvraag altijd in volledige vrijheid kan beantwoorden en of het voor de patiënt op voorhand wel duidelijk is met welke instanties die informatie wordt uitgewisseld.

Ongelukkige voorgeschiedenis

Het wetsontwerp kent een ongelukkige voorgeschiedenis. In de zomer van 2018 presenteerde het ministerie het wetsontwerp in een internetconsultatieronde. De opzet bleek toen zeer contro­versieel. Het medisch beroepsgeheim zou op zeer grove wijze worden geschonden.1 Minister De Jonge kreeg voor het wets­ontwerp de Big Brother-award 2018 van Bits of Freedom, een stichting die opkomt voor digitale burgerrechten. Het toen­malige wetsontwerp introduceerde een wettelijke verplichting voor gemeenten, Wlz (Wet langdurige zorg)-uitvoerders en zorgverzekeraars om elkaar tot personen herleidbare patiëntgegevens te verstrekken om fraude in de zorg te bestrijden. De genoemde partijen zouden die data onder andere in een waarschuwings­register onderbrengen. Het gaat daarbij ook om patiëntgegevens die door geheimplichtige en verschoningsgerechtigde artsen ­eerder aan deze instanties kunnen zijn verstrekt.

Medisch beroepsgeheim

Daarnaast legde het toenmalige wetsvoorstel aan het CIZ ­(Centrum Indicatiesteling Zorg), de gemeenten, de Fiscale ­Inlichtingen- en OpsporingsDienst (FIOD), de Inspectie gezondheidszorg en jeugd, de Inspectie SZW, particuliere ziektekostenverzekeraars, de belastingdienst, de Sociale Verzekeringsbank, Wlz-uitvoerders, de zorgautoriteit en zorgverzekeraars de wettelijke verplichting op om vertrouwelijke tot personen herleidbare patiëntgegevens aan het Informatie Knooppunt Zorgfraude (IKZ) te verstrekken. Daarmee doorbrak het wetsontwerp het medisch beroepsgeheim. Terecht tekende de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering van de Geneeskunst (KNMG) daar ernstig bezwaar tegen aan.2 Ook minister van VWS, Hugo de Jonge, zag in dat het wetsvoorstel in die vorm niet haalbaar zou zijn. Het wetsontwerp zou herschreven worden.

Het wetsvoorstel Wbsrz, dat de minister begin juli 2020 naar de Tweede Kamer zond is op meerdere punten flink aangepast. Zo is er een definitie van het begrip ‘zorgfraude’ toegevoegd: ‘het opzettelijk misleidend handelen binnen het zorgdomein, met het oog op eigen of andermans gewin, voor zover het in de wet strafbaar gestelde feiten betreft’.3 Verder is de verplichting voor de deelnemende instituties om tot persoon herleidbare zorggegevens uit te wisselen, komen te vervallen. Er staat nu dat op grond van deze wet geen gegevens over gezondheid worden verstrekt indien op deze gegevens een geheimhoudingsplicht rust.

Wat de minister beoogt kan wel degelijk op een minder ingrijpende manier

In de memorie van toelichting bij het vernieuwde wetsontwerp schrijft minister De Jonge dat indien een zorgbehoevende daarvoor toestemming geeft, mogelijk wél gegevens waarop het medisch beroepsgeheim rust, kunnen worden uitgewisseld. Het kan bijvoorbeeld gaan om declaratiegegevens die bij een melding worden meegestuurd en waaruit blijkt om welke specifieke behandeling het gaat. De minister verwacht echter dat dit niet vaak zal voorkomen. Declaratiegegevens kunnen rechtstreeks, maar ook indirect (bijvoorbeeld door de hoogte van een bepaalde vergoeding) refereren aan een zekere diagnose. De passages over de toestemming wekken grote bevreemding op. Het duidt erop dat het ministerie van mening is dat als een patiënt maar toestemming geeft aan de arts, deze de gegevens wel ter beschikking zou kunnen en moeten stellen aan de in het wetsontwerp genoemde instituties. Maar niets is minder waar.

Overzien en voorzien

Een patiënt kan op voorhand niet overzien en voorzien bij welke instanties de medische informatie wordt vastgelegd en welke consequenties het vastleggen en uitwisselen van gegevens heeft. Vaak maken de betrokken instanties op hun beurt weer deel uit van andere informatieknooppunten, zodat de reikwijdte van de verspreiding van de medische informatie niet is te overzien. In het nu voorliggende wetsontwerp zijn de colleges van burgemeester en wethouders en de zorgverzekeraars de partijen die aan het Waarschuwingsregister deelnemen. Bij het Informatie Knooppunt Zorg zijn dat het CIZ, de colleges van B&W, de Inspectie gezondheidszorg en jeugd, de Inspectie SZW, de belastingdienst, waaronder de FIOD, de Sociale Verzekeringsbank, ziektekostenverzekeraars en de zorgautoriteit. Het moge duidelijk zijn dat het zeer ongewenst is dat medisch-inhoudelijke informatie bij deze instanties verdaagt.

Subsidiariteit

Bij het maken van wetten is naast de voorzienbaarheid ook de proportionaliteit en de subsidiariteit van groot belang. Proportionaliteit houdt in of het belang in verhouding staat tot de inbreuk. Subsidiariteit gaat om de vraag of de maatregel wel de beste manier is om het doel te bereiken en of minder ingrijpende methoden niet hetzelfde kunnen bereiken. Wat de minister beoogt kan wel degelijk op een minder ingrijpende manier. De KNMG heeft in 2016 de onafhankelijk deskundig arts (ODA) in het leven geroepen. De ODA kan signalen en verdenkingen van zorgfraude beoordelen. De KNMG beheert een pool van ODA’s, op basis van een ­convenant tussen OM, FIOD, Inspectie SZW, KNMG en VWS. Dit zijn dezelfde stakeholders die in het wetsontwerp opgevoerd worden. Tot heden zijn de ODA’s nog nooit ingeschakeld. Het huidige wetsontwerp blijkt dus niet proportioneel te zijn.

Doorbreken

Het medisch beroepsgeheim omvat twee onderdelen: het verschoningsrecht en de geheimhoudingsplicht. Het verschoningsrecht – het recht om te weigeren informatie te verschaffen – geldt tegenover de rechter, de rechter-commissaris, de officier van justitie en de politie (inclusief marechaussee). De geheimhoudingsplicht – over datgene wat tussen zorgverlener en patiënt aan informatie is gewisseld – geldt tegenover iedereen. In drie situaties kan de arts het beroepsgeheim doorbreken.4 Namelijk als een patiënt er toestemming voor geeft, als de arts wettelijk verplicht is om bepaalde informatie naar buiten te brengen (bijvoorbeeld als de patiënt een aangifteplichtige besmettelijke ziekte heeft) en ten slotte bij een conflict van plichten – bijvoorbeeld bij kindermishandeling: bij uiterste noodzaak en als er geen andere mogelijkheden zijn om het gevaar af te wenden mag de arts het beroeps­geheim doorbreken.

Beperkende voorwaarden

Aan het verbreken van het medisch beroepsgeheim na toestemming van de patiënt zijn beperkende voorwaarden verbonden.5 Ten eerste moet aan de patiënt duidelijk zijn uitgelegd waarvoor hij toestemming geeft. Ten tweede mag de patiënt bedenktijd claimen. Ook dient de arts zich af te vragen of de toestemming wel in volle vrijheid is gegeven. Er kan immers druk op de patiënt worden uitgeoefend door de in de Wbsrz genoemde instanties en instituties, bijvoorbeeld door dreiging met een justitieel traject of extra aandacht van de belastingdienst. In het licht van de recente toeslagenaffaire is dat geen vreemde gedachte.

Belang van de patiënt

Als de patiënt erin toestemt om zorgdata met niet-behandelaars te delen moet men beseffen dat die toestemming het medisch beroepsgeheim niet noodzakelijkerwijs opheft. Een arts dient zich af te vragen of het beschikbaar stellen van zorgdata aan ­derden wel in het belang is van de patiënt. De arts is en blijft de geheimhouder die eigenstandig beslist over het verschaffen van zorgdata aan instanties. Het kan dan ook niet verlangd worden dat de arts, ook al zegt de patiënt toestemming te geven, automatisch medische informatie, in welke vorm dan ook doorstuurt naar voornoemde instanties.

Onzindelijk

Het wetsvoorstel probeert dus op een onzindelijke, onhoudbare wijze te realiseren dat medische informatie met en tussen instanties uitgewisseld gaat worden. Zulks als de patiënt er maar toestemming voor geeft. Het uitwisselen van medische informatie – ook al geeft de patiënt toestemming – hoort niet thuis in een wetsontwerp ter bestrijding van zorgfraude. Het medisch beroeps­geheim is het fundament van de arts-patiëntrelatie. Daar mag op geen enkele wijze aan getornd worden.

Nu het kabinet demissionair is, is dit wetsvoorstel controversieel verklaard. Het wachten is dus op een nieuw kabinet om hiermee verder aan de slag te gaan. 

auteur

Wim Jongejan, huisarts niet-praktiserend, ­Woerden

contact

wjongejan@planet.nl

cc: redactie@medischcontact.nl

Lees ook
Voetnoten

1. Grootschalige doorbreking medisch beroepsgeheim met zorgfraude-wetsontwerp. 2 augustus 2018

2. Nieuwe fraudewet: onnodige inbreuk op beroepsgeheim, 9 augustus 2018

3. De definitie van zorgfraude is overgenomen uit de Memorie van Toelichting bij dit wetsontwerp. Het staat beschreven in hoofdstuk 2.1 Fraude in de zorg van dit document.

4. KNMG Ethische Toolkit: Beroepsgeheim.

5. Wanneer mag je het beroepsgeheim doorbreken? 23 december 2014.

recht fraude beroepsgeheim Wim Jongejan
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Anoniem

    arts

    ik kom elders nog een wetsvoorstel tegen; "wijziging Wet op het bevolkingsonderzoek". Voor zover ik het begrijp gaat dat erover dat de overheid gegevens mag opvragen, inzien en kopiëren. En dat de houder van de gegevens zich niet kan beroepen op ber...oepsgeheim.

    Momenteel wordt er veel gerommeld aan het beroepsgeheim via aanpassing van wetten. Ik hoop ook dat de KNMG dit goed in de gaten houdt. Zorgelijk.

  • stef linsen

    psychiater, nijmegen

    Inderdaad, achterbakse toestand.De wantrouwende overheid ten voeten uit.
    Als dit gebeurt dan is het einde zoek. Dan komen ook notarissen enz aan de beurt.
    KNMG t.z.t. de rechter inschakelen z.n. om dit tegen te houden.

  • MaartenVasbinder

    Médico familiar e comunitario, Ubon Ratchathani

    Heel goed, dat collega Jongejan aandacht besteedt aan dit onderwerp.
    Het medisch beroepsgeheim is heel kwetsbaar voor chantage.
    Onder andere verzekeringen weigeren te betalen als ze geen gegevens krijgen. Artsen zouden hier niet meer aan mee moeten... werken. Het zelfde geldt voor alle andere instanties. Ook als de patiënt toestemming geeft, moet medewerking geweigerd worden, tenzij het de patiënt ten goede komt.
    Zelf een leugen voor het wel van de patiënt is in principe toegestaan.
    Elke ander interpretatie is verraad aan Hippocrates. De enige uitzondering is, wanneer de patiënt een gevaar voor de maatschappij betekent, maar dat zal opnieuw heel precies in de wet moeten worden vastgelegd, of nog beter, overgelaten moeten worden aan de behandelend arts. Anders zal charlatan De Jonge daarvan nog eens misbruik gaan maken, door bijvoorbeeld Covid als gevaar voor de samenleving te classificeren. Misbruik pleegt hij al met het vaccinatiebewijs, een regelrechte aantasting van het beroepsgeheim.
    Geen enkele arts zou moeten meewerken aan dit soort dictatoriale maatregelen. Daar hoeft ook niet over overlegd te worden. Wij zijn geen gesprekspartner van de overheid. Wij geven hooguit aan wat de regels zijn, onder het motto: "Take it or leave it". Take it is OK. Leave it, we doen het toch.
    Dit is een win-win situatie voor iedereen, behalve voor de machtswellustelingen in de politiek.
    Onze winst is dat er naast meer plezier in het vak en betere uitoefening daarvan, er ook nog eens een decimering van de administratie zal plaatsvinden.
    Collegae toon eindelijk eens dat u meent wat u heeft beloofd en houd de poot stijf.

  • JH Leenders

    zorgveldwachter, Leeuwarden

    Als er nu bij de ministeries van SZW en VWS en bij Rutte c.s. maar geen zwarte lijst van informatiedonatieweigeraars gaat ontstaan !

  • Lodewijk Crijns

    Arts sociaal gwriate, Driebergen

    Een heel goed verzet tegen dit wetsvoorstel, dat uiteraard niet kan. Het medisch beroepsgeheim wordt weer eens getracht door ondoorzichtige wetgeving onder uit te worden gehaald door burocratische machthebbers. Massaal protest is nodig. Dit mag nooit... gebeuren.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.