Fijnstof reduceert longfunctie
Plaats een reactieLuchtvervuiling schaadt de longfunctie van kinderen. Hoe meer vervuilende deeltjes onderzoekers aantreffen, hoe slechter de resultaten van longfunctieonderzoek.
In The New England Journal of Medicine van 6 juli beschrijven kindergeneeskundigen van de universiteit van Leicester een studie naar de longfunctie van 114 gezonde kinderen. Bij 64 van deze kinderen kon in het sputum worden vastgesteld in welke mate aanwezige macrofagen kleine koolstofdeeltjes bevatten. Vervolgens werd de blootstelling aan fijnstof (deeltjes met een diameter van 2,5 tot 10 micrometer, PM10) in de woonomgeving gemeten.
Uit het onderzoek bleek dat elke extra blootstelling aan fijnstof van 1,0 µg per kubieke meter correleert met een toename van door koolstof aangedaan oppervlakte in macrofagen van 0,1 µm2. Elke toename van 1,0 µm2 op macrofagen resulteert in een afname van 17 procent van de 1-secondewaarde van de geforceerde vitale capaciteit, met een afname van 12,9 procent in de geforceerde vitale capaciteit en van 34,7 procent van de geforceerde vitale flow.
De auteurs concluderen dat er een dosis-responsrelatie is tussen de hoeveelheid fijnstof op macrofagen en de longfunctie.
Commentator James Gauderman van de Keck School of Medicine in Los Angeles onderstreept het belang van milieumaatregelen. Volgens hem is de luchtkwaliteit in westerse steden de afgelopen dertig jaar verbeterd. Desondanks zijn er sterke aanwijzingen voor gezondheidseffecten van luchtvervuiling. Mogelijk zijn de streefwaarden voor de concentraties aan vervuilende stoffen nog te hoog. Er is ook weinig bekend over toe- of afname van vervuilers zoals ultrafijnstof (PM0,1). Bovendien zeggen algemene cijfers niets over luchtvervuiling op specifieke plekken, bijvoorbeeld daar waar een school naast een snelweg is gebouwd. << RC
NEJM 2006; 355: 21-30 en 78-9
- Er zijn nog geen reacties