Laatste nieuws
Frank van Wijck
8 minuten leestijd

Eureka!

Plaats een reactie

Innovaties in medische hulpmiddelen


 


Wie een hulpmiddel ontwikkelt voor toepassing in de gezondheidszorg, moet rekenen op een termijn van ge­­middeld zeven jaar tussen het prototype en een marktklaar product. Ontwikkelaars die zelf in de zorg werken, constateren dat je er meestal niet rijk van wordt. Maar daarvoor zeggen ze het ook niet     te doen; het gaat erom een bijdrage te leveren aan de verbetering van het zorgproces, in de breedste zin van het woord.

Soundmasking: functionele ruis

Mensen in de wachtkamer kunnen elkaar verstaan. Ook kan de assistente in de kamer naast die van de dokter vaak meeluisteren naar het gesprek dat deze met de patiënt voert. En als het mogelijk is om woorden te verstaan, probeer dan maar eens om niet te luisteren. Voor de assistente betekent dit een beperking van haar concentratie. Voor de patiënt is het aantasting van diens privacy. James Last kan uitkomst bieden, maar muziek biedt informatie en dat kan ook weer afleiden van de werkzaamheden. Bovendien is de muzikale fruitmand van de één niet de smaak van de ander.


STIsound biedt een andere oplossing: soundmasking. Deze techniek haalt geen geluid weg uit de omgeving, maar voegt er een achtergrondruis aan toe in de gebieden tussen 160 Hertz en 8 kH. Dit klinkt alsof er een airco aanstaat. Gepraat in een wachtkamer of in een aanpalende behandelkamer wordt daarmee onverstaanbaar. En als de aandacht niet door één of enkele woorden wordt getriggerd, is de behoefte om iets van een gesprek op te vangen ook veel kleiner. De privacy van de patiënt is zo beter gewaarborgd.

Unieke identificatie van producten en personen


Oncoloog Piet Bakker wil eigenlijk nog helemaal niet naar de pers met de RFID-pilot die in zijn ziekenhuis - het Amsterdamse AMC - van start gaat. Het is allemaal nog prematuur en hij wil geen valse verwachtingen wekken. Toch is RFID ofwel Radio Frequency Identification een interessante ontwikkeling, omdat het unieke identificatie van producten en personen mogelijk maakt. Daarvan kan ook de gezondheidszorg voordeel hebben en dat verklaart waarom de ministeries van VWS en EZ en de commerciële partners Cap Gemini, Oracle, Intel en Geodan participeren in de pilot.

Doel is patiënten voor bepaalde operatieve ingrepen, de behandelaars die daarbij betrokken zijn en de medische hulpmiddelen die erbij worden gebruikt te voorzien van tags. Met RFID zijn de gegevens van die tags te identificeren en met elkaar in verband te brengen. Zo kunnen de relevante patiëntgegevens worden gekoppeld aan gegevens over diens ingreep, waar en wanneer die is uitgevoerd en welke hulpmiddelen daarbij zijn gebruikt. Dit zal naar verwachting efficiënter en doelmatiger werken mogelijk maken. De gegevens bieden bijvoorbeeld inzicht in de vraag welke medische hulpmiddelen (die in pakketvorm aan de operatiekamer worden aangeleverd) tijdens een ingreep wel en niet worden gebruikt. Middelen die bij dezelfde soort operatie steeds onbenut blijven, kunnen dan uit het pakket worden verwijderd. Verder kan betere informatievoorziening fouten voorkomen en bijdragen aan betere planning van zorg.


Bij de pilot worden ook bloed en bloedproducten van tags voorzien, zodat de temperatuur ervan continu te meten is. Die informatie kan voorkomen dat bloed en bloedproducten die op de OK ongebruikt zijn gebleven, worden weggegooid omdat niemand weet of de bewaarcondities op de OK wel of niet goed zijn geweest.

CardiCard: eerste hulp bij reanimatie

Iedereen die een EHBO-cursus heeft gevolgd, kan iemand met een hartstilstand reanimeren. En als hij even niet meer weet hoe hij ook weer precies moest handelen, volstaat een druk op de knop van de CardiCard. Dit hulpmiddeltje ter grootte van een creditcard vertelt dan met een vriendelijke vrouwenstem welke stappen moeten worden gezet om iemand weer terug te halen naar het land der levenden. De instructies komen overeen met de richtlijnen van de Nederlandse Reanimatieraad. De Nederlandse Hartstichting beveelt het gebruik van de CardiCard aan.


Ondanks deze aanbeveling lijkt de CardiCard toch een hulpmiddel met een beperkte toegevoegde waarde. Wie geen verstand heeft van reanimeren, moet ook met dit hulpmiddel bij de hand wel érg koelbloedig zijn om een reanimatie succesvol te voltooien. En wie de ins en outs van reanimatie kent, zal deze reminder veelal niet nodig hebben. Het feit dat de CardiCard wordt geleverd door een bedrijf dat kerstpakketten en ander promotiemateriaal levert, reduceert deze bovendien tot een leuk hebbedingetje. Bij een minimumafname van vijfduizend stuks ook in uw eigen bedrijfskleur, dat dan weer wel.

Twin blocker vereenvoudigt longoperatie

Anesthesist Peter Tjong van het Amsterdamse OLVG won in 2001 met de Intubator de ID-NL-prijs voor uitvinder van het jaar en heeft nu een andere uitvinding: de Twin Blocker. Het probleem bij longoperaties (wereldwijd 300.000 per jaar) is dat de long alleen goed te opereren is als deze goed stil ligt. Voor positionering van het bestaande systeem met een katheter en een eindstandige ballon is een kostbare en kwetsbare fiberscoop vereist. Positionering is moeilijk en er is geen garantie dat de ventilatie van de long tijdens manipulatie ononderbroken blijft. Lukt dit niet, dan moet de ingreep worden onderbroken om de ballon te herpositioneren.


Bij de Twin Blocker heeft de katheter aan het eind een Y-splitsing die overeenkomt met de Y-splitsing van de luchtpijp in de twee hoofdbronchi. De katheter die in de beademingsbuis wordt ingebracht, spreidt zich na uittreden uit de beademingsbuis naar zijn natuurlijke stand, die symmetrisch is aan de Y-vertakking van de luchtpijp. De katheter zit hierdoor stevig op zijn plaats. Door een van de ballonnen op te blazen wordt de betreffende long precies bij de oorsprong van de hoofdbronchus afgesloten. En daar blijft de ballon door zijn perfecte pasvorm ook als de chirurg de long manipuleert. De fiberscoop is dan overbodig en de ingreep kan ongestoord worden afgerond.


Een nulserie van de Twin Blocker komt volgend jaar op de markt. Een marktklaar product wordt over twee jaar verwacht. 



Femiscope: vrouwvriendelijk speculum


Als er nu twee woorden zijn die het in de Nederlandse gezondheidszorg niet verdienen om in elkaars nabijheid te worden gebruikt, dan zijn het wel ‘vrouwvriendelijk’ en ‘speculum’. De vrouw die met een speculum moet worden onderzocht, moet zich letterlijk blootgeven aan een relatief onbekende. Het voorwerp waarmee zij wordt onderzocht (‘Ontspant u zich maar’) is vervaardigd van metaal en dus koud. En zelfs als het vooraf is verwarmd, blijft het probleem dat specula scharend zijn, met het draaipunt buiten het lichaam.


Volgens huisarts Bernhard Klaassen is de door hem ontwikkelde Femiscope wel vrouwvriendelijk. Het draaipunt van het onderste lepelblad ligt binnen de vagina. De spieren in de bekkenbodem worden hierdoor niet meer opgespannen en geïrriteerd, wat het onderzoek beduidend minder pijnlijk maakt. Onderzoek onder 161 vrouwen door artsen en assistenten leerde dat 48 procent van de vrouwen het onderzoek met de Femiscope ‘beter’ of ‘veel beter’ vond dan met de ouderwetse eendenbek. En de onderzoekers hadden alleen de technische handleiding gelezen, ze hadden geen vaardigheids­training ondergaan.


Bovendien is het deel dat het lichaam ingaat disposable, zodat overdracht van het HPV-virus onmogelijk is. Het advies van de LHV aan huisartsen is daarom de vergoeding voor de ­disposable met de zorgverzekeraar te regelen in het kader van de module Modernisatie & Innovatie.

Backstretcher tegen rugklachten

De Backstretcher is een hulpmiddel dat helpt om het borstwervelgedeelte weer vijf graden achterwaarts te kunnen strekken. Dit is te danken aan de positie waarin het door de Backstretcher wordt gemanoeuvreerd. Zo wordt het thoracale gedeelte van de wervelkolom gemobiliseerd, wat klachten in rug, nek en schouders kan verlichten.

De ‘tandenborstel voor de rug’ noemt leverancier Help Medical het, al erkent die zelf ook dat voor structurele klachtenvermindering behalve dagelijks tien minuten op de Backstretcher ook buik- en borstspieroefeningen nodig zijn.


Ontwikkelaar is Neil Summer, die aan de ziekte van Bechterew leidt en claimt dat hij door de Backstretcher na tien jaar nog steeds slechts in milde mate met zijn ziekte te kampen heeft. Die claim is helaas niet bijzonder sterk, want dat kan ook andere oorzaken hebben. Onderzoek in Nederland toonde alleen aan dat gebruik van de Backstretcher bij milde Bechterew ‘verlichting kan brengen’.


Onderzoek naar het effect van het gebruik bij CANS (Complaints of Arm, Neck and/or Shoulder) heeft niet plaatsgevonden en zorgverzekeraars vergoeden het product niet. Het gebruik van de Backstretcher blijft daarom een beetje beperkt tot fysiotherapeuten en behandelaars in de meer alternatieve paramedische hoek, al kunnen individuen ook bestellingen plaatsen op de website van de leverancier.

www.backstretcher.nl

Hysteroscopie­systeem voorkomt baarmoeder­verwijdering

Tien procent van de vrouwen heeft hinder van overmatige menstruatie en dat is in een kwart van de gevallen toe te schrijven aan de aanwezigheid van poliepen en myomen in de baarmoederholte. De techniek om die weg te halen is dermate gecompliceerd dat veel gynaecologen er nog steeds voor kiezen de baarmoeder te verwijderen. Wie beseft dat poliepen en myomen in de baarmoederholte zich vaak vanaf het dertigste levensjaar kunnen manifesteren, begrijpt dat deze handelwijze ook vrouwen treft die nog een kinderwens hebben.


Dat moet anders kunnen, dacht gynaecoloog Mark Hans Emanuel van het Spaarne Ziekenhuis in Hoofddorp. Rond­kijkend bij andere specialismen zag hij de intra-uteriene shaver die in de orthopedie wordt gebruikt, en toen viel het kwartje: waarom morcelleren we niet hysteroscopisch? Met als basis een omgebouwde percutane nefroscoop maakte hij een prototype van een hysteroscopische morcellator.

Inmiddels is Emanuel ruim vijf jaar en een ID-NL-prijs voor uitvinder van het jaar verder. Samen met het Amerikaanse bedrijf Smith & Nephew is een marktklaar product ontwikkeld, is een FDA-goedkeuring verkregen en heeft een voorzichtige markt­introductie plaatsgevonden. De eerste reacties van gynaecologen zijn positief. Ze kunnen poliepen en myomen op mechanische wijze verwijderen zonder elektriciteit te gebruiken die de baarmoeder kan beschadigen. Hiermee kan nu 85 tot 90 procent van de baarmoederverwijderingen worden voorkomen. 

BerkelBike laat invaliden fietsen

Mensen die in een rolstoel zitten, maar die nog wel enige spierfunctie in de benen hebben, hebben maar één droom: hun benen weer gebruiken. De BerkelBike helpt hen hierbij, maar doet meer dan dat alleen. Deze mensen zijn volgens de Gezondheidsraad kwetsbaar voor het ontwikkelen van decubituswonden, omdat ze een slechte doorbloeding hebben, omdat hun hartcapaciteit is geslonken en omdat hun spiermassa is afgenomen.


Koppeling van de BerkelBike aan de rolstoel maakt het via elektrostimulatie mogelijk op alledrie deze risicofactoren in te grijpen, door de benen weer in beweging te brengen. Dit heeft bovendien ook nog een ander effect: gehandicapten die regelmatig de BerkelBike gebruiken, blijken beduidend lagere depressiescores te hebben, omdat hun B-endorfine­waarde verdrievoudigt. B-endorfinen werken pijndempend en zorgen voor verbetering in het functioneren van het immuunsysteem. Wie niet met een BerkelBike de deur uit wil of een elektrische rolstoel heeft, kan thuis oefenen met de Impulse Home, een soort hometrainer.


Sommige medici zijn razend enthousiast over de BerkelBike, terwijl anderen meer afwachtend zijn. Feit is wel dat producent Rik Berkelmans steeds vaker wordt uitgenodigd om lezingen te geven in revalidatiecentra. Ook het College voor zorgverzekeringen nodigde hem al uit. Zorgverzekeraar VGZ liet een experiment met de BerkelBike uitvoeren en concurrent CZ overweegt om te vergoeden.


Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.