Eerste cijfers vuurwerkletsel bekend

Traumachirurgen moesten deze jaarwisseling 95 patiënten met vuurwerkletsel behandelen, onder wie veertig kinderen. Dat is een kwart meer dan een jaar eerder. Dat blijkt uit cijfers van de Nederlandse Vereniging voor Traumachirurgie (NVT). Stichting VeiligheidNL inventariseert met hulp van artsen de stand van zaken en verwacht donderdag uitsluitsel te kunnen geven over het totaalaantal vuurwerkslachtoffers dit jaar.

Van de slachtoffers die de NVT turfde, moest bijna 30 procent dezelfde nacht of volgende dag een operatie ondergaan. Bij eveneens 30 procent is er waarschijnlijk sprake van blijvende schade, zoals amputatie, functieverlies van handen of ogen of littekens door brandwonden. De meeste slachtoffers hadden het vuurwerk zelf afgestoken. De helft van de verwondingen was het gevolg van legaal vuurwerk.

Het Rotterdamse Oogziekenhuis meldde op de eerste dag na de jaarwisseling dat daar acht vuurwerkslachtoffers waren binnengekomen. In zes gevallen hebben de patiënten blijvend letsel opgelopen: verminderd zicht tot blindheid, en mogelijk moeten ogen nog worden verwijderd. Het meeste letsel was gevolg van legaal vuurwerk. Drie van de acht slachtoffers waren omstander. Dit was de stand van zaken op Nieuwjaarsdag, het ziekenhuis verwacht dat het aantal nog oploopt. De mate van behandeld vuurwerkletsel is gelijk aan voorgaande jaren, zegt oogarts Tjeerd Faber op basis van het eerste letsel dat werd behandeld in het Rotterdamse ziekenhuis waar hij werkzaam is.

Ook het Zeeuwse Admiraal de Ruyter Ziekenhuis bracht al cijfers naar buiten en meldt zes mensen rond de jaarwisseling te hebben behandeld met vuurwerkletsel. Op oudjaarsdag betrof het een man van 22 die een pijnlijke pols opliep en twee kinderen met oogletsel. Na twaalf uur ’s nachts kwamen daar nog twee mannen van 50 en 21 jaar bij, beiden met oogletsel en brandwonden in het gezicht, en een 31-jarige man met oogletsel.

Zaterdag voor de jaarwisseling viel één dode bij het afsteken van illegaal vuurwerk, een 39-jarige man uit Swifterbant. Volgens de politie ontstak de man een mortier, die vrijwel direct tot ontploffing kwam.

Voorzitter Ties Eikendal van de Nederlandse Vereniging van Spoedeisende Hulpartsen (NVSHA) riep voorafgaand aan de jaarwisseling op om SEH-artsen ‘een rustige jaarwisseling te bezorgen’, als appèl om voorzichtig met vuurwerk om te gaan. Hij wees daarbij op de cijfers van een jaar eerder, toen SEH-artsen 473 vuurwerkslachtoffers moesten behandelen. Een kwart van dat letsel hing samen met illegaal vuurwerk.

Het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap inventariseert tot en met 6 januari het letsel van deze jaarwisseling. VeiligheidNL, die jaarlijks een zo compleet mogelijk overzicht probeert te maken, komt donderdag aan het eind van de dag met gegevens. De stichting gebruikt daarvoor cijfers die worden aangeleverd door plastisch chirurgen, trauma- en SEH-artsen en huisartsenposten.

In december kondigden Zuid-Hollandse ziekenhuizen een langlopende onderzoek aan om de medische en maatschappelijk kosten van vuurwerkletsel in kaart te brengen.