Eenzaamheid Wmo-gebruikers toegenomen

In 2017 voelde een vijfde van de mensen die gebruikmaken van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zich zeer eenzaam. De mate waarin ze zich eenzaam voelen is tussen 2015 en 2017 toegenomen. Dit blijkt uit de derde rapportage van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) over de ontwikkelingen in het sociale domein.

‘Bij eenzaamheid gaat het vooral om het ontbreken van een intieme relatie of een vertrouwenspersoon’, aldus het SCP. Vooral oudere Wmo-gebruikers voelen zich eenzaam. Het SCP legt een verband met het gedaalde aandeel 75-plussers dat huishoudelijke hulp ontvangt. Ook krijgen ouderen minder ondersteuning thuis en maken ze minder gebruik van woon- en vervoersvoorzieningen. Dit terwijl ondervraagden zeggen dat het hebben van voldoende inkomen en het kunnen gaan en staan ‘waar je wilt’ het belangrijkst zijn in het leven.  

Het SCP signaleert ook dat steeds minder mensen verwachten een beroep te kunnen doen op hun netwerk. Slechts 15 procent van de mensen in de Wmo verwacht hulp van familie of vrienden te krijgen. Ook een vijfde van de mensen die geen voorziening gebruiken, verwacht dat zij bij problemen geen hulp kunnen krijgen van hun netwerk. ‘De beleidsaanname dat mensen juist een groter beroep op hun netwerk kunnen doen, wordt door deze cijfers dus niet ondersteund’, aldus het SCP.