Laatste nieuws
Henk Maassen
Henk Maassen
2 minuten leestijd
Wetenschap

Een gevaarlijke eekhoorn

1 reactie

Tussen 2011 en 2013 overleden drie mannen in de Duitse deelstaat  Saksen-Anhalt door encefalitis. Ze waren vrienden, waren al wat ouder (63, 62 en 72 jaar) en – opmerkelijke overeenkomst – waren alle drie fokkers van bonte eekhoorns (Latijnse soortnaam: Sciurus variegatoides, inheems in Zuid-Amerika) en lid van een vereniging die zich daarmee bezighoudt. Dat de bonte eekhoorn iets met die sterfgevallen te maken had, was daarom een redelijk vermoeden; speurwerk van een groep Duitse artsen (Bernd Hoffmann e.a.) leverde het definitieve bewijs. Ze doen verslag in NEJM.

Tijdens hun ziekte konden de artsen bij de drie patiënten geen infectieuze agentia ontdekken, noch in monsters van het cerebrospinale vocht, noch in biopsieën of in het serum. Analyse van het  cerebrospinale vocht wees pleiocytose uit en een scan bracht oedemateuze lesies in de hersenschors, de basale ganglia en het hersenvlies aan het licht, die bovendien in omvang toenamen, hetgeen volgens Hoffmann e.a. consistent is met een virale infectie. 

De drie mannen overleden binnen een paar maanden na het begin van de symptomen, op de ic en na brede chemotherapie. Pas na genetische analyse op het hersenweefsel van een eekhoorn die in het bezit was van een van de patiënten dook de boosdoener op: een bornavirus. Verdere post mortem uitgevoerde moleculaire en immunohistologische analyse van hersenweefsel van de drie patiënten bevestigde aanwezigheid van dit virus. Volgens het RIVM, dat eerder dit jaar ook kort over het overlijden van de drie mannen berichtte, wordt een bornavirusinfectie beschouwd als een zoönose. Het virus kan vele gewervelde diersoorten in verschillende regio’s van de wereld infecteren en veroorzaakt abnormaal gedrag en fatale meningo-encefalitis.

PCR-data, antilichaamrespons en analyse van het RNA laten zien dat het bij de drie mannen hoogstwaarschijnlijk gaat om een nieuwe variant van het virus. De onderzoekers weten echter niet of bonte eekhoorns een reservoir of een vector zijn voor dit nieuwe virus. Ze weten wel hoe de overdracht ging: de mannen waren alle drie gekrast en gebeten door de dieren.

Henk Maassen

www.nejm.com
doi: 10.1056/NEJMoa1415627

Lees ook:

© Wikimedia
© Wikimedia
Wetenschap
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is sinds 1999 journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg. Hij stelt wekelijks de Media & Cultuur-pagina’s samen.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • A. van der Marel

    huisarts, VENHUIZEN Nederland

    Waar kan het borna-virus voorkomen, was een gedachte, die bij me opkwam.
    Wikipedia leverde het volgende:
    Bornavirus

    Het bornavirus (wetenschappelijke naam: Borna disease virus, soms afgekort als BDV) is een RNA-virus genoemd naar de stad Borna in Du...itsland, waar het in 1885 een epidemie onder cavaleriepaarden veroorzaakte. Het virus kan waarschijnlijk de meeste warmbloedige dieren besmetten, inclusief de mens, en werkt in op de hersenen. Het bornavirus is een verre variant van hondsdolheid.

    In 1990 deden Amerikaanse en Japanse onderzoekers een test met 1000 psychiatrische patiënten en 300 mensen zonder aandoening. Ze vonden antilichamen tegen het bornavirus in 768 psychiatrische patiënten die leden aan bipolaire stoornis en schizofrenie. De 300 mensen zonder een aandoening bleken negatief te zijn. Na onderbreking vanaf 2007 heeft het Robert Koch-instituut in Berlijn het onderzoek hervat en in 2008 een variant gevonden op het virus.

    Het virus lijkt vooral actief in het deel van de hersens dat men het limbisch systeem noemt en kan zo van invloed zijn op de emoties van besmette personen of dieren.

    In sommige studies wordt amantadine genoemd als middel dat het bornavirus uit het lichaam kan klaren. Hierover bestaat echter nog geen wetenschappelijke consensus.

    In januari 2010 maakte een groep voornamelijk Japanse wetenschappers bekend in het menselijk DNA op het bornavirus lijkend RNA-materiaal aangetroffen te hebben. Deze zogenaamde endogene niet-retrovirale RNA elementen zijn de eerste aanwijzingen dat ook niet-retrovirale virussen zich permanent in het DNA van de mens en andere diersoorten kunnen vestigen en op die wijze doorgegeven kunnen worden van generatie op generatie. Op vier plaatsen in het menselijk genoom zouden deze endogene borna-achtige nucleoproteïne zijn terug te vinden. De onderzoekers concluderen verder dat het virus al circa 40 miljoen jaar in het DNA van primaten voorkomt.[1]

    Biologische psychiatrie ?

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.