Echo goed bruikbaar bij diagnostiek pneumonie

De echo is een goed hulpmiddel bij de diagnostiek van longontstekingen bij kinderen. Ook artsen met weinig echo-ervaring kunnen vrij snel leren hoe ze een pneumonie op deze manier kunnen vaststellen. Dit blijkt uit onderzoek van Vaishali Shah e.a. dat in Archives of Pediatric and Adolescent Medicine verschijnt.

Hiervoor kregen vijftien artsen gespecialiseerd in spoedeisende kindergeneeskunde een uur les over de methodiek: een halfuur uitleg, een halfuur oefenen. De ene arts had meer ervaring dan de ander met de echo op de SEH. Zij gingen kinderen (van 0 tot 21 jaar) echoën bij wie een röntgenfoto gemaakt werd vanwege de verdenking op een pneumonie. 

Van de 200 kinderen die meededen (mediane leeftijd 3 jaar), hadden er 36 een infiltraat op de röntgenfoto. Met de echo werden er bij 49 kinderen consolidaties gevonden. Bij 18 kinderen was er wel een afwijking te zien met de echo, niet met de röntgen. Het grootste deel hiervan betrof consolidaties kleiner dan 1 centimeter, slechts bij 2 was er sprake van een verkeerde interpretatie van de echo. Bij 5 kinderen was de situatie andersom: wel wat op de X-thorax, niet op de echo te zien. Bij 2 van die gevallen was er sprake van verkeerde interpretatie, bij 3 was de afwijking echt niet te zien op de echo.

Met een sensitiviteit van 86 en een specificiteit van 89 procent voor alle afwijkingen, is echografie een goede aanvulling op de diagnostiek. Dat is zinvol om een aantal redenen: vermijden van straling, en minder vaak zinloos antibioticagebruik door betere diagnostiek bijvoorbeeld. Daar komt nog eens bij dat het installeren van echoapparatuur veel minder behelst dan een röntgenfaciliteit. Goed nieuws voor arme en/of afgelegen gebieden.

Arch Pediatr Adolesc Med 2012, doi: 10.1001/2013.jamapediatrics.107 en 10.1001/2013.jamapediatrics.409

Sophie Broersen