‘Duidelijke normen voor arts die doping toedient’

Het CDA wil dat artsen ‘niet zomaar wegkomen’ met het toedienen van doping bij talentvolle sporters. Deze jonge sporters moeten daar beter tegen beschermd worden, vindt CDA-woordvoerder Hanke Bruins Slot.

Het voorstel komt vandaag aan de orde in de Tweede Kamer dat de sportbegroting bespreekt. Bruins Slot noemt het van belang dat niet alleen de sporter maar ook het systeem dat dopinggebruik in stand houdt ‘hard wordt aangepakt’.

Volgens haar maakt de overheid nu nog niet goed gebruik van de beschikbare middelen om de artsen aan te pakken. ‘Zodra er dopinggebruik bij jonge sporters wordt ontdekt, worden zij aan de schandpaal genageld, terwijl de arts die het toegediend heeft ermee wegkomt.’

Het CDA wil dat de minister ingrijpt. ‘Het systeem dat we nu hebben is verziekt. Er moeten duidelijke normen worden gesteld zodat artsen kunnen worden aangepakt. De inspectie heeft de bevoegdheid om artsen die doping toedienen tuchtrechtelijk te vervolgen, maar dat is tot nu toe niet gebeurd. De minister moet hier werk van maken’, aldus Bruins Slot.

Eerder had Bruins Slot Kamervragen gesteld over het gebruik van schildkliermedicijn als doping tijdens de afgelopen Olympische Winterspelen. Dat was gebeurd naar aanleiding van uitspraken van olympisch chef-arts Cees-Rein van den Hoogenband in Nieuwsuur/Noord-Hollands Dagblad. Daarin had Van den Hoogenband gezegd dat in het topschaatsen te gemakkelijk medicijnen als schildklierhormonen, corticosteroïden en antibiotica worden gebruikt.

Minister Bruins heeft in antwoord daarop laten weten het gebruik van het schildkliermedicijn zonder medisch voorschrift ‘zorgelijk’ te vinden, maar noemt zijn eigen rol daarin verder beperkt. Hij meldt dat de NOC*NSF samen met deskundigen werkt aan het aanscherpen van gedragsregels en richtlijnen voor topsportartsen. ‘Dat zijn mijns inziens de juiste stappen.’