Laatste nieuws
Jan Willem Thissen
6 minuten leestijd
organisatie

Dé les uit failliete ziekenhuizen: begin op tijd met transitie

6 reacties
Bij sluiting kan een deel van medisch specialisten moeilijk weer aan het werk komen - Michel Utrecht, HH
Bij sluiting kan een deel van medisch specialisten moeilijk weer aan het werk komen - Michel Utrecht, HH

De ondergang van het MC Slotervaart was onafwendbaar, zegt bestuursadviseur Jan Willem Thissen. Te weinig gevoel voor de veranderende tijdgeest en onenigheid over de benodigde transitie deden zorgverzekeraars afhaken. Als andere ziekenhuizen hieruit geen lessen trekken, dan wacht hun eenzelfde lot.

Als adviseur van het medisch stafbestuur van het MC Slotervaart in de laatste vijf maanden van zijn bestaan, had ik van relatief dichtbij een inkijk in het faillissement en het proces eraan voorafgaand. Hieronder, zonder op specifieke details in te gaan, een aantal observaties die relevant kunnen zijn voor medisch specialisten en hun besturen. Evenals voor actuele transitiecasuïstiek zoals in de Haagse regio en het Noorden.

Medische staf en rvb waren het niet eens over wat voor soort ziekenhuis het moest worden

Diepgeworteld wantrouwen

Begin 2018 wilde de huisbankier van het MC Slotervaart geen krediet meer verlenen en dreigde het ziekenhuis in acute financiële nood te komen. Dit kon tijdelijk worden afgewend doordat de grootste verzekeraar (Zilveren Kruis) bereid was voorschot­betalingen te doen.

Inkomsten en uitgaven waren al langere tijd niet in balans, maar er bleek meer aan de hand. Medische staf en raad van bestuur waren het niet eens over wat voor soort ziekenhuis het Slotervaart moest worden en er bestond een diepgeworteld wantrouwen tussen beide gremia. Ook beschikten medisch specialisten en afdelingshoofden over onvoldoende sturingsinformatie voor een goede bedrijfsvoering. Tot slot leefde bij de medische staf het beeld dat sommige leden van de raad van bestuur bezig waren met hun eigen belangen en niet voldoende met goede zorg en het oplossen van de bestaande bedrijfsproblemen.

In oktober 2018 verkeerde het ziekenhuis wederom in een acute financiële crisis. De afspraken over bevoorschotting van begin dat jaar liepen af en acute geldnood dreigde. De raad van bestuur kwam met een plan van aanpak, dat drie scenario’s bevatte. Scenario 1 voorzag in surseance en ontmanteling van het Slotervaart, waarbij alle zorg verdeeld zou worden over de stadsregio. Scenario 2 ging uit van ‘afschalen en herverdelen’, waarbij 25 procent van de zorg (polikliniek, etc.) in het Slotervaart zou blijven. De resterende 75 procent zou verdeeld worden over andere ziekenhuizen in de stadsregio. Scenario 3 behelsde een ‘netwerkmodel’ waarbij het ziekenhuis zich zou beperken tot zorg waar men landelijk koploper in was (bariatrie, neurochirurgie, geriatrie, slaap-waak­problematiek en transgenderzorg). Zorg die niet noodzakelijk was voor deze vijf speerpunten zou het Slotervaart niet meer gaan verzorgen, maar zou door andere ziekenhuizen in het Slotervaart worden uit­gevoerd (netwerk).

Het stafbestuur stond met de rug tegen de muur en kon gezien de acute financiële situatie op dat moment niet anders dan kiezen voor het netwerkmodel. Zo bleef relatief het meeste over van het ziekenhuis.

Criteria verzekeraars

In het overleg met Zilveren Kruis en andere verzekeraars over scenario 3 bleek dat zij bij hun beoordeling van de situatie een set van criteria hanteerden. Voor hen was ‘juiste zorg op de juiste plaats’ hierbij het leidende principe.1 Dat wil zeggen dat zorg die buiten het ziekenhuis kan plaatsvinden ook buiten het ziekenhuis wordt verleend. MC Slotervaart leverde (naast complexe zorg) vooral basiszorg. Deze zorg wilden de verzekeraars naar een lagere complexe setting verplaatsen, wat betekende dat zij het voorgestelde ‘netwerkmodel’ niet steunden. Ander criterium was het optimaal gebruik van ruimte en schaars zorgpersoneel. In Amsterdam bestond overcapaciteit aan ziekenhuizen en tekort aan personeel. Sluiting kon dus bijdragen aan optimaal gebruik van zowel ruimte als personeel. Daarnaast gold als criterium dat de totale kosten per verzekerde gelijk moesten blijven of lager worden. Verder werd gekeken naar ‘frictiekosten’ (kosten van de transitie) waarbij de totale kosten en baten (inclusief vastgoed) werden mee­genomen. Tot slot letten de verzekeraars op de veranderbaarheid en bereidheid van de organisatie (o.a. medici) om de beoogde transitie daadwerkelijk te laten slagen. Ook op dit punt schoot het Slotervaart tekort; er was immers verdeeldheid en wantrouwen. Conclusie van de verzekeraars: het Slotervaart voldeed niet aan de criteria om open te blijven.

Verzekeraars zullen in meer ziekenhuizen gaan ingrijpen

Tijdgeest

Directievoorzitter Georgette Fijneman van Zilveren Kruis schreef onlangs in Skipr Magazine dat belanghebbenden in de zorg pas bereid zijn tot ingrepen wanneer crisis hen daartoe dwingt. Om tot echte veranderingen te komen heb je volgens haar ‘een burning platform’ nodig, dat wil zeggen een gevoel van dwingende noodzaak, van grote urgentie. Op zich geen nieuw inzicht in de wereld van verander­management. Maar wel een uitspraak om rekening mee te houden. Zeker in het licht van het rapport ‘Benchmark ziekenhuizen 2018’ van adviesbureau BDO.2 Dit rapport voorspelt een forse daling van de winstgevendheid van ziekenhuizen en laat zien dat verschuiving van de huidige ziekenhuiszorg naar extramuraal en beperkte groeiruimte ten gevolge van het Hoofd­lijnenakkoord medisch-specialistische zorg 2019-2022, bij nog veel meer ziekenhuizen tot finan­ciële problemen zullen leiden. BDO komt tot de conclusie dat verdere optimalisatie geen duurzame oplossing zal brengen en spreekt over de noodzaak van ‘een radicaal nieuw businessmodel’. Als de voorspelling van BDO uitkomt, dan zal het ‘burning platform’ zich uitstrekken naar veel ziekenhuizen die nu nog niet in de schijnwerpers staan. Verzekeraars zullen in meer ziekenhuizen gaan ingrijpen. En het is waarschijnlijk dat de criteria die zij bij het Slotervaart hanteerden in de toekomst een meer algemene toepassing zullen krijgen.

De casus Slotervaart en IJsselmeerziekenhuizen is om nog een andere reden leerzaam. Door veel belanghebbenden in deze ziekenhuizen werd de veranderende tijdgeest ‘onvoldoende’ begrepen. Men vertrouwde erop dat de ziekenhuizen de crisis zouden overleven met steun van verzekeraars. Net als vroeger. Dat bleek gezien de criteria van verzekeraars niet meer het geval.

Fundamentele veranderingen

Het is belangrijk dat medisch specialisten, stafbesturen, besturen van coöperaties en besturen van verenigingen van medisch specialisten in dienstverband (VMSD’en) zich realiseren dat ziekenhuizen aan de vooravond staan van fundamentele veranderingen. Het ziekenhuis in zijn huidige vorm – met aanbod van alle specialismen – heeft zijn langste tijd gehad. Het huidige brede aanbod van zorg is kosteninefficiënt en niet patiëntvriendelijk. De zorg van een aantal specialismen (oogheelkunde, orthopedie, kno, dermatologie, reumatologie, plastische chirurgie, en eenvoudige chirurgie zoals spataderen, aambeien en goedaardige huidgezwellen) kan buiten het ziekenhuis worden aangeboden. Het rapport van Twynstra Gudde ‘Productmarktafbakening Ziekenhuiszorg’ laat zien dat het gaat om ongeveer 28 procent van de dbc-zorg­producten en 14 procent van de omzet.3 Te verwachten valt dat het omarmen door overheid en verzekeraars van het thema ‘juiste zorg op de juiste plaats’ het proces van extramuralisering van zorg zal versnellen. Het lijkt een niet te stoppen ontwikkeling. Het is daarom geen luxe maar noodzaak dat (besturen van) medisch specialisten in ziekenhuizen zich grondig verdiepen in deze ontwikkeling en de gevolgen hiervan.

Tijdige transitie

Bij transitie zullen de belangen van ziekenhuis­(bestuurders) en medisch specialisten niet altijd parallel lopen. De kans bestaat dat raden van bestuur niet bereid zullen zijn om tijdig diep in de eigen organisatie te snijden. Onder andere vanwege de weerstand die dit zal oproepen, het risico op conflicten, de mogelijke gevolgen voor de eigen positie en het verlies van inkomsten voor het ziekenhuis. Gaat het financieel mis, dan verliezen raden van bestuur zelden hun baan of vinden snel weer iets nieuws. Dat ligt anders voor medisch specialisten. Bij sluiting kan een deel van hen moeilijk weer aan het werk komen. Dat zien wij ook bij het Slotervaart. Bestuurders hadden zo weer een baan. Een deel van de medisch specialisten niet. Zij lopen dus het grootste risico wanneer een noodzakelijke transitie niet tijdig wordt ingezet en sluiting of faillissement volgt. Te lang vasthouden aan optimalisatie van bestaande bedrijfsstructuren en dus niet op tijd kiezen voor die transitie kan leiden tot ernstige financiële problemen.

Afgaande op persberichten lijken Bronovo en Anthoniushove zich richting optimalisatie te bewegen. Daar zit, aldus ook het BDO-rapport, ‘een valkuil’, want optimalisatie is niet meer voldoende. Het Slotervaart laat zien dat medisch specialisten en hun besturen strategie en aanpak niet moeten overlaten aan de raad van bestuur en zich zelf grondig in de noodzaak van tijdige transitie en daarbij passende scenario’s moeten verdiepen. In het Slotervaart lukte het om uiteenlopende redenen niet om tijdig en gezamenlijk een transitie vorm te geven. Door de financiële nood hadden ziekenhuis en medisch specialisten geen onderhandelingspositie meer en waren volledig aangewezen op de gunsten en het beleid van verzekeraars. Het rapport van BDO geeft een duidelijk signaal dat veel ziekenhuizen financiële problemen gaan tegenkomen. Het is dus nú tijd om actief over transitie na te denken en actie te ondernemen. De nieuwe realiteit is allang begonnen.


lees ook


Download dit artikel (PDF)

organisatie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Marlon Merhai

    ,

    Vol aandacht uw artikel gelezen.
    Ben het ook met u eens dat veel zorg buiten het ziekenhuis kan.
    Het kan zeker goedkoper, efficiënter en met een betere kwaliteit.
    Een groot probleem benoemd u echter niet.
    U vergeet dat de IGJ eist dat er een ...achterwacht ziekenhuis moet zijn voor alles wat je extramuraal doet. Nou de ziekenhuizen werken hier niet aan mee, evenals bijvoorbeeld de bloedbank. Ze weigeren gewoon je patiënt als je die wil overplaatsen.
    Hier moet behandelplicht komen. Als ik als medicus in een zbc of privékliniek een patiënt wil overplaatsen moet het ziekenhuis verplicht deze patiënt accepteren.
    In België bel je de MUG en zij nemen de patiënt mee naar hun ziekenhuis. Waarom kan dat hier niet. Dit gedrag belemmert goedkope en betere zorg.

  • H. Gor

    Directeur, Eindhoven

    De huidige zorg dient met zijn tijd me te veranderen. Helaas gebeurt dit in veel ziekenhuizen en zorgorganisaties veel te weinig. Kijken naar de huidige en toekomstige tijd vereist dat er goed zorg van zeer hoge kwaliteit in een menselijke maat wordt... aangeboden. Daarbij dient de bedrijfsvoering (inkomsten, uitgaven, HR, netwerken, samenwerken, etc.) optimaal te zijn. Dit is helaas in de 2 failliete ziekenhuis niet het geval geweest. De problemen bestonden al veel en veel langer hetgeen duidelijk aangeeft dat de bedrijfsvoering (waaronder ook de samenwerking met de medisch specialisten) een grote puinhoop was. Het “runnen” van een ziekenhuis is oog hebben voor historie, omdat dit vaak ook van belang is voor de patiënten uit de regio, maar ook oog hebben voor vernieuwingen, innovaties en efficiënties. Veel ziekenhuizen en ziekenhuisbestuurders hebben dit niet. Als vb. kan genoemd worden de inschakeling van zeer dure wervings- en selectiekantoren omdat ze zelf met de afd. P&O kennelijk niet een wervingstraject kunnen of willen uitvoeren. Ziekenhuis zullen blijven bestaan en een afschaling is mijns inziens een totaal verkeerde richting. Echter, zorgverzekeraars moeten actief overtuigd worden dat een patiënten een compleet integraal zorgtraject nodig hebben, waarbij sommige onderdelen in de eerste lijn, sommige onderdelen in de tweede of derde lijn en sommige onderdelen in de thuissituatie of in een care omgeving moeten worden aangeboden. Uitgangspunt dient de patient en diens zorgvraag te zijn. Dit dient in de bedrijfsvoering structureel ingebouwd te worden.

  • Marchinus Hofkamp

    kinderarts n.p., Apeldoorn

    Wonderlijk dat de overheid geen taak meer voelt, of lijkt te hebben in de verdeling van de zorg over stad en land – waar is hoeveel van welke zorg nodig. Dit wordt nu aan ‘marktwerking’ overgelaten, met als gevolg dat centraal in de regio liggende zi...ekenhuizen als Lelystad (en vroeger Kampen) van de kaart konden verdwijnen – ten koste van de burger die nu onnodig ver moet reizen, zelfs als het acuut is.
    Een ander punt dat slechte zorg in de hand kan werken is de ‘uithuisplaatsing’ van bepaalde specialismen. De specialist die slechts met bepaalde handelingen bezig is, gaat voeling missen met andere artsen, en zal daarmee nog meer het overzicht over de patiënt kwijtraken. Ieder op zijn eigen eilandje is bepaald geen garantie voor de beste zorg, al zal het in de meeste gevallen wel goed gaan. Maar juist als het niet goed gaat, heb je elkaar nodig. En dan is het goed als je elkaar kent en gemakkelijk kan overleggen, en te hulp kunt schieten. Geen enkel vak op zich is ‘moeilijk’. Moeilijk wordt het pas bij complicaties en in onverwachte situaties.
    Managing dient primair over ‘zorg’ te gaan, met economie op een goede tweede plaats.

  • GJ Bonte

    Neuroloog, Dalfsen

    @Van Dam @Creijghton: Parasieten op een stervend dier vermenigvuldigen zich exponentieel. Zo ook het aantal adviesbureautjes, zorgeconomen, accreditatiebureaus, controlerende instanties en andere uitdijende verzamelingen van niksnutten op de zorg.

  • Anne-Marie van Dam

    Psychiater, Amsterdam

    En al die bureautjes en adviseurs maar goud geld verdienen aan deze markt.
    Overcapaciteit is er niet echt in Amsterdam, voor diverse specialismen zijn de wachttijden fors opgelopen. De andere ziekenhuizen draaien volop, ook ‘s avonds en in het week...end om de wachtlijsten weg te werken. Dus wie dat berekend heeft...

  • W.M. Creijghton

    Internist , Harderwijk

    Dat complexe zorg niet in elk ziekenhuis aangeboden hoeft te worden behoeft wat mij betreft geen betoog. Ook zou bepaalde zorg buiten ziekenhuis geleverd kunnen worden. Intrigerend vind ik echter dat zorgeconomen en adviesbureaus het vaak hebben over... overcapaciteit van ziekenhuizen (zie ook dit artikel) terwijl mijn perceptie in deze vergrijzende samenleving juist het tegenovergestelde is: het wordt steeds moeilijker ernstig zieke patiënten te kunnen opnemen. Lees voor de aardigheid eens de ingezonden brief “Weinig begrip” op pagina 38: deze Amsterdamse huisarts ervaart bepaald geen overcapaciteit.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.