Britse kinderen nog vaak kinkhoest

Bij één op de vijf Britse kinderen die langdurig hoest, is sprake van een recente kinkhoestinfectie. Dit stellen Kay Wang e.a. vast op basis van een prospectieve cohortstudie waarover ze in The BMJ schrijven. Vaccinatie kon de infectie niet tegenhouden.

Ze includeerden 279 kinderen (5-15 jaar) die bij de huisarts kwamen, vanwege twee tot acht weken hoesten. Als er een bekende, ernstige oorzaak was voor het hoesten, werden ze geëxcludeerd. Bijna alle kinderen hadden de eerste drie prikken gekregen (bij 2, 3 en 4 maanden), en twee derde ook nog een booster op driejarige leeftijd. Bij allen werd sputum onderzocht.

Bij 1 op de 5 kinderen was sprake van een recente kinkhoestinfectie, ook bij de kinderen die alle vaccinaties hadden gekregen. De kans op kinkhoest was duidelijk hoger bij de kinderen die de booster langer dan zeven jaar terug hadden gekregen dan bij de rest. Sommige kinderen hadden een boostervaccin gekregen dat tegen drie kinkhoestcomponenten werkt, andere een vaccin met vijf componenten: tussen die groepen was geen verschil.

Begin deze eeuw werd dit onderzoek ook uitgevoerd: toen was bij bijna twee vijfde van de hoestende kinderen sprake van kinkhoest. Toen is in Groot-Brittannië het boostervaccin ingevoerd. Dat heeft wat opgeleverd, maar het is duidelijk dat tieners daarmee nog niet beschermd zijn tegen kinkhoest. De auteurs vragen zich af of een tweede booster voor pubers aangewezen is. Overigens is het Britse schema vergelijkbaar met het Nederlandse: hier krijgen kinderen in het eerste levensjaar vier prikken en op 4-jarige leeftijd nog één.

Sophie Broersen

BMJ 2014; 348: g3668. Doi: 10.1136/bmj.g3668

Lees ook:

RIVM: Vaccinatieschema

Kinkhoestvaccin blijft zorgenkindje