Bij ’maagbloeding’ niet te snel transfunderen
Plaats een reactieHet is zinvol om bij hoge gastrointestinale bloedingen pas bloed toe te dienen bij een laag hemoglobinegehalte. Dit blijkt uit gerandomiseerd onderzoek van Càndid Villanueva e.a. in NEJM.
Artsen randomiseerden 921 patiënten die zich op een Spaanse SEH meldden met een ernstige hoge gastrointestinale bloeding: ongeveer de helft werd volgens een restrictieve strategie behandeld (pas erytrocyten toedienen bij een Hb lager dan 4,3 mmol/l), de andere helft volgens liberaal beleid (bij Hb lager dan 5,6 mmol/l). In de restrictieve groep kreeg ongeveer de helft een transfusie, ten opzichte van 86 procent in de liberale groep. In de restrictieve groep werd het transfusieprotocol wel vaker doorbroken: 9 versus 3 procent.
Desondanks was de sterfte lager in de restrictieve groep (5 versus 9 procent), ook na correctie voor mogelijk verstorende risicofactoren. Het verschil zit vooral in minder sterfte door niet te stoppen bloedingen. Er traden ook minder transfusiereacties op, minder nieuwe bloedingen en cardiale misère.
Bij andere patiëntgroepen was al bekend dat het zinvol is om zuinig te zijn met zakjes bloed, aangezien hier nadelen aan kunnen kleven: de hemostase kan erdoor verstoord raken en cardiale complicaties zoals longoedeem treden vaker op. Villanueve e.a. tonen aan dat ook bij hoge gastrointestinale bloedingen, een veel voorkomende reden voor bloedtransfusies, enige terughoudendheid op zijn plek is.
Commentator Loren Laine noemt de studie van Villanueva belangrijk, maar wijst er wel op dat in sommige gevallen het toch logisch kan zijn om niet te wachten op een erg laag Hb, bijvoorbeeld bij forse hypotensie en massale bloedingen.
Sophie Broersen
N Engl J Med 2013; 368: 11-21 en 75-6, doi: 10.1056/NEJMoa1211801 en 1212009
Lees ook
- Er zijn nog geen reacties
