Besnijdenissen ten onrechte gedeclareerd (1)

In NieuwsReflex stond een berichtje over de vergoeding van religieuze besnijdenissen (MC 47/2004: 1851). Sinds 2001 voeren in besnijdeniscentra in Amsterdam, Utrecht en Almere chirurgen, huisartsen en arts-assistenten heelkunde bij jongens onder lokale verdoving jaarlijks honderden religieuze circumcisies uit. Door de grote ervaring van de operateurs zijn de cosmetische resultaten goed en is het complicatiepercentage laag. Artsen van beide centra doen de nazorg. De centra hebben bij de allochtone bevolking een goede reputatie: de wachttijden zijn kort en de geboden dienstverlening sluit aan bij de wensen van de ouders.

Beide centra rekenen voor een circumcisie minder dan eenderde van wat een circumcisie in dagopname in een ziekenhuis kost. Beide centra kwamen tot stand in overleg met Agis Zorgverzekeringen, die 50 of 75 procent van de kosten van religieuze circumcisies vergoedt vanuit de aanvullende verzekering.

Een aantal grote zorgverzekeraars weigert besnijdenissen in onze centra te vergoeden. Argument: het ontbreken van een medische indicatie. Dat is op zich juist, maar de praktijk is dat deze medisch niet-noodzakelijke ingreep verricht in een ziekenhuis onder algehele anesthesie, wel volledig wordt vergoed. Regelmatig worden eerder gemaakte afspraken bij een van onze centra afgezegd met het argument dat ouders ervoor kiezen hun zoon toch maar ‘gratis’ in een ziekenhuis te laten besnijden. Het opzetten van een besnijdeniscentrum in een naburige regio verloopt moeizaam, omdat de preferente zorgverzekeraar aldaar geen overeenkomst met een besnijdeniscentrum wil sluiten en een vergoedingsregeling afwijst, maar wel religieuze besnijdenissen in het ziekenhuis blijft vergoeden.

Het geheel schrappen van een vergoedingsregeling voor besnijdenissen acht ik

zeer onverstandig. Ook in Nederland komen nog steeds ‘lekenbesnijdenissen’ voor, waarbij jongens door niet-medici, zonder verdoving op traditionele wijze worden besneden, met alle risico’s van dien.

Abcoude, december 2004

A. Klein, huisarts, directeur Besnijdenis Centrum Amsterdam & Utrecht